Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • Met de Organisator van het gehele universum samenwerken
    De Wachttoren 1985 | 15 maart
    • 9:4). De koningin van Scheba had alle reden om onder de indruk te zijn van de wijze waarop alles in Salomo’s hofhouding geregeld was. En doordat Salomo alles zo goed had geregeld en alles zo ordelijk toeging, was hij in overeenstemming met de God van Orde. — 1 Kor. 14:33.

      20. (a) Wat schonk Jehovah Salomo, in antwoord op zijn gebed? (b) Wat doet Jezus Christus, die „méér dan Salomo is”, en wat doen zijn volgelingen?

      20 Jehovah verhoorde Salomo’s nederige gebed en schonk hem „een wijs en verstandig hart” (1 Kon. 3:5-14). De Grote Organisator van het gehele universum gaf Salomo de bekwaamheid om de dingen zo te organiseren dat alles op een ordelijke en efficiënte wijze verliep. De koning van Jehovah’s verbondsvolk was dus verplicht samen te werken met de goddelijke Organisator van al het geschapene in hemel en op aarde. De verheerlijkte Jezus Christus, die „méér dan Salomo is”, is zo verstandig dit insgelijks te doen. Derhalve dienen zijn getrouwe volgelingen op aarde dit eveneens te doen, en zij doen dat ook.

  • In eenheid met de Schepper van de universele organisatie
    De Wachttoren 1985 | 15 maart
    • In eenheid met de Schepper van de universele organisatie

      „Zie! Hoe goed en hoe aangenaam is het als broeders in eenheid te zamen wonen!” — PSALM 133:1.

      1, 2. (a) Welke storende factor verscheen er ongeveer zesduizend jaar geleden? (b) Hoe noemt de bijbel deze afvallige, en hoe trachtte hij zich aan de Allerhoogste gelijk te maken?

      DE SCHEPPER van de universele organisatie wenst dat deze organisatie rein, rechtvaardig en verenigd blijft. Maar kort na het begin van ’s mensen bestaan ongeveer zesduizend jaar geleden verscheen er een storende factor op het universele toneel. Dit gebeurde toen een bovenmenselijke tegenstrever de organisatie van de Schepper de rug toekeerde en zijn eigen onafhankelijke organisatie begon te vormen.

      2 Omdat deze afvallige in opstand kwam tegen zijn Schepper, noemt de bijbel hem Satan, wat „Tegenstrever” betekent. Hij is de aartstegenstrever van Jehovah, de rechtmatige Soeverein van het universum (Job 1:6, 7). In zijn eerzuchtige streven zich aan de Allerhoogste gelijk te maken door zijn eigen organisatie te hebben, zou de Tegenstrever er niet voor terugdeinzen pogingen in het werk te stellen om als een mededingende organisator en god op te treden. Derhalve gaf Satan zich een aantrekkelijk voorkomen. Satans houding werd weerspiegeld in de dynastie en schitterende wereldlijke positie welke „de koning van Babylon” innam, die terecht als de „schijnende” en „Lucifer” werd aangeduid (Jes. 14:4, 12-14; Belgische Professorenbijbel, voetnoot). Satan is tot op heden, doch slechts onder toelating van Jehovah, „de god van dit samenstel van dingen”. — 2 Kor. 4:4.

      3. (a) Op welk deel van Jehovah’s organisatie richtte deze tegenstrever zijn eerste aanval? (b) Welke ontwikkelingen leidden ertoe dat de Duivel de heerser der demonen werd?

      3 Waarschijnlijk om Jehovah’s organisatie te ondermijnen, richtte Satan zijn eerste aanval op het laagste deel ervan, Adam, het aangestelde hoofd van de menselijke familie (Gen. 3:1-24; Ps. 8:3-5; Rom. 5:12). Later werden veel engelen ongehoorzaam, verlieten hun „oorspronkelijke positie” of juiste woonplaats in de hemel en materialiseerden zich in het vlees ten einde met mooie doch onvolmaakte vrouwen te huwen en gemeenschap met hen te hebben (Jud. 6). Hun bastaardnakomelingen, die abnormaal groot en sterk waren, werden Nefilim genoemd. Deze uitdrukking, die naar men meent „vellers” betekent, was op zijn plaats aangezien zij blijkbaar mensen gewelddadig ten val brachten. Ten tijde van de Vloed dematerialiseerden de ongehoorzame engelen zich en keerden naar het geestenrijk terug (Gen. 6:1–7:23). Door zich van Jehovah’s organisatie af te scheiden, maakten zij zich tot demonen, en Satan de Duivel werd hun heerser. — Deut. 32:17; Ps. 106:37; Matth. 12:24; Luk. 11:15-19.

      4. Wat deden de menselijke overlevenden van de Vloed, maar wat trachtte Satan te doen, en met welk doel?

      4 Aldus richtte Satan het onzichtbare, bovenmenselijke, uit geestelijke schepselen bestaande deel van zijn organisatie op. De overlevenden van de Vloed, Noach en zijn gezin, bleven in eenheid met Jehovah’s onzichtbare hemelse organisatie (Gen. 6:9; 8:18-21). Maar Satan trachtte de eenheid van de nakomelingen van de getrouwe Noach te verbreken. Wat was het doel van de Duivel? Welnu, zijn goddeloze organisatie met een zichtbaar deel uit te breiden!

      5. Hoe opperde The Watch Tower van 1 mei 1921 de gedachte dat Satan een organisatie heeft?

      5 Het heeft enige tijd geduurd voordat de Internationale Bijbelonderzoekers onderscheidden dat Satan een organisatie heeft. Maar in The Watch Tower van 1 mei 1921 stond: „Niet tevreden met wat hij reeds had gedaan, verleidde Satan deze leden van de hemelse legerschare en bracht hen ertoe de mensheid te verderven en de aarde met geweld te vervullen. Hij organiseerde zowel een stelsel dat onzichtbaar is voor menselijke ogen, als een stelsel op aarde dat zichtbaar is voor menselijke ogen, en heeft elk deel van het geopenbaarde plan van God trachten na te bootsen.”

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen