Voedsel: In 1980 zijn er ongeveer vijftig miljoen mensen van honger gestorven. Maar er is meer dan voldoende voedsel voor iedereen — als het maar doeltreffend verdeeld werd. De moeilijkheid is dat sommige landen meer verbruiken dan hun toekomt. Zelfs wanneer er voedsel beschikbaar is, hebben de armen dikwijls geen geld om het te kopen. Een hoge functionaris van het Kinderfonds van de Verenigde Naties zei dat de situatie ’onrechtvaardig, onaanvaardbaar en bijna geheel onnodig’ was.

Vooroordeel: Een nieuwsblad merkte in een beschrijving van een gewelddadige rassenrel in de Verenigde Staten op: „Van de vele oorzaken voor de rel heeft een gekwetst rechtvaardigheidsgevoel het meeste gewicht in de schaal gelegd.” Ja, bepaalde raciale groepen worden dikwijls gediscrimineerd. Vrouwen ook. En de armen ook, ongeacht hun sekse of kleur.

Waarom is de wereld zo vol onrecht?

Waarom moet het zo?

WAAROM is het onrecht zo wijdverbreid? Twee schriftplaatsen in de bijbel helpen ons deze vraag te beantwoorden. De eerste is Jeremia hoofdstuk 10, vers 23, en daar staat het volgende:

„Het [is] niet aan de aardse mens . . . zijn weg te bepalen. Het staat niet aan een man die wandelt, zelfs maar zijn schrede te richten.”

Dit wijst erop dat de mens eenvoudig niet over de hoedanigheden beschikt om zichzelf te regeren. Waarom niet? Ten eerste omdat hij van nature zondig is. God zelf heeft gezegd: „De neiging van ’s mensen hart is slecht van zijn jeugd af” (Genesis 8:21). Zo komt het dat de wetten en gewoonten van de mens allerlei ongelijkheid laten voortbestaan. Velen vergiftigen zichzelf bijvoorbeeld liever met sigaretten of maken liever wapens voor massale vernietiging in deze eeuw van de ruimtevaart, dan dat zij de behoeftigen schoon water of behoorlijk voedsel geven.

Ook ontbreekt het de mens aan voldoende wijsheid. Daardoor kunnen, zoals in het geval van Roy, wetten die rechtvaardigheid ten doel hebben, aanleiding geven tot ernstig onrecht. Ook al werken veel personen en organisaties hard om op het gebied van gezondheid, voedselverdeling en economische omstandigheden rechtvaardigheid tot stand te brengen, zij kunnen het niet. In veel gevallen weten zij gewoon niet hoe het moet.

De kwestie is dat de mens niet werkelijk bestemd was om zichzelf volstrekt autonoom of onafhankelijk te „richten” of regeren. Hij was bestemd om door een hogere macht, door God, geregeerd te worden. En aangezien de meeste mensen in de loop der geschiedenis de heerschappij van God verworpen hebben, heeft een ander machtig geestelijk wezen de gelegenheid te baat genomen om hen te beïnvloeden. Op deze geest wordt gedoeld in de tweede schriftplaats die helpt te verklaren waarom er in deze tijd zoveel onrecht is. Er staat:

„De gehele wereld ligt in de macht van de goddeloze.”

Dit zijn de woorden van de apostel Johannes (1 Johannes 5:19). Wie is „de goddeloze”? Niemand minder dan Satan de Duivel, die ook „de god van dit samenstel van dingen” wordt genoemd (2 Korinthiërs