Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • De apostel Paulus — ijverig voor rechtvaardigheid
    De Wachttoren 1973 | 1 augustus
    • der zee doorgebracht.” Na nog veel meer dingen te hebben verhaald die hij verduurde, spreekt hij over zijn bezorgdheid voor het geestelijke welzijn van anderen: „Wie wordt tot struikelen gebracht en ik ontsteek niet in toorn?” Ja, vertoornd wegens zijn rechtvaardige verontwaardiging over verkeerde dingen. — 2 Kor. 11:23-33.

      Wat een voortreffelijk voorbeeld heeft de apostel Paulus alle christenen, en vooral ouderlingen, opzieners in de christelijke gemeente, gegeven! Hoe ernstig vatte hij zijn bediening op! Hij offerde zich steeds ten behoeve van anderen op (2 Kor. 12:15). Het lijdt geen twijfel dat hij Jezus in zijn ijver voor rechtvaardigheid en haat tegen wetteloosheid navolgde.

      Als wij net zo’n ijver bezitten, zullen wij alles doen om het goede nieuws te bevorderen. Wij zullen ons er niet van weerhouden een volledig aandeel aan de velddienst te hebben en hieraan zoveel tijd te besteden als onze omstandigheden toelaten. Ook wij willen ons voor onze broeders opofferen. Op deze wijze tonen wij dat wij Gods dienst op de eerste plaats in ons leven stellen en dat wij, net als Paulus, al het andere dat ons ervan zou kunnen afhouden, als niet meer dan „een hoop vuil” (”afval”, Byington) beschouwen (Fil. 3:8). En dan kunnen wij, evenals Paulus, hopen nu te worden beloond met vele vreugdevolle dienstvoorrechten en in de toekomst met eeuwig leven in Gods nieuwe ordening. — 2 Tim. 4:8.

  • Gilead zendt meer zendelingen uit voor de oogst
    De Wachttoren 1973 | 1 augustus
    • Gilead zendt meer zendelingen uit voor de oogst

      TOEN Jezus verklaarde: „De oogst is . . . groot . . . Smeekt daarom de Meester van de oogst werkers in zijn oogst uit te zenden”, hadden zijn toehoorders er niet van gedroomd dat dit nu precies was wat de Wachttoren-Bijbelschool Gilead meer dan 1900 jaar later zou doen (Luk. 10:2). Maandag, 5 maart, was bijvoorbeeld weer een Gilead-graduatiedag, ditmaal voor de vierenvijftigste klas. Er werden nog vierennegentig zendelingen meer uitgezonden om zich bij de duizenden te voegen die in deze „tijd van het einde” reeds hard in de „oogst” werken.

      Het programma begon om 1.55 n.m. Na het openingslied en gebed, werden er door een aantal sprekers enkele zeer aanmoedigende toespraken gehouden. Een van de leraren, U. Glass, zei tot de afstuderenden: „In de niet al te verre toekomst breekt er een dag aan die de laatste zal zijn waarop jullie tot iemand in dit oude samenstel van dingen zullen prediken. Maar tussen nu en die ’laatste dag’ zal jullie geloof hevig op de proef worden gesteld. Als jullie echter elke dag getrouw zijn in jullie bediening, zullen jullie, wanneer die ’laatste dag’ van jullie predikingswerk komt, ’een reden tot lof en heerlijkheid en eer bevonden . . . worden’.” — 1 Petr. 1:6, 7.

      „Om te slagen, moeten jullie de juiste geestesgesteldheid bezitten”, verklaarde het hoofd van de school, E. Dunlap. Hij haalde de geestesgesteldheid van de apostel Paulus en de Heer Jezus Christus aan als juiste voorbeelden om na te volgen. Voortbouwend op deze voortreffelijke gedachten, sprak de bijkantooropziener van de Verenigde Staten, M. Henschel, vervolgens over waardering hebben voor juiste waarden, waarbij hij de waarde van stoffelijke bezittingen tegenover geestelijke rijkdommen stelde. Om dit te bewijzen, toonde hij de aanwezigen verschillende geldsoorten — schelpengeld van de Zuidzee-eilanden, bezettingsgeld, gedrukt door de Japanners gedurende de Tweede Wereldoorlog, en een oude Britse shilling, die thans alle heel weinig waarde hebben. Zelfs het Amerikaanse tiendollarbiljet dat hij liet zien, heeft veel van zijn vroegere waarde verloren. Hoe verstandig is de raad „vrij [te] zijn van de liefde voor geld”. — Hebr. 13:5.

      De drukkerijdienaar, M. Larson, herinnerde de afstuderenden eraan dat hun omgang met de Bethelfamilie feitelijk deel uitmaakte van hun opleiding, om hen te helpen in hun toewijzing te blijven. Hoe dan wel? Welnu, er zijn hier zeventig personen, zo zei Larson, die langer dan 28,6 jaar op Bethel hebben gewerkt, de gemiddelde leeftijd van deze klas! Wat een voortreffelijke voorbeelden zijn zij!

      De Betheldienaar, G. Couch, vertelde hoe bijzonder goed deze klas met kennis van geestelijke dingen was gevoed. Maar hoe succesvol zij als zendelingen zouden blijken te zijn, zou ervan afhangen hoe verstandig zij deze kennis zouden aanwenden om anderen te helpen.

      Na het voorlezen van meer dan twintig telegrammen en speciale groeten aan de afstuderenden uit alle delen van de wereld, hield de vice-president, W. F. Franz, vervolgens een dynamische lezing. In de loop van de lezing stelde hij de afstuderenden een paar interessante vragen: ’Hebben Jehovah’s getuigen hun hoogtepunt overschreden? Geloven jullie zendelingen dat? Is dat de geestesgesteldheid die jullie bezitten als jullie naar het zendingsveld

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen