-
„Mijn uitverkorene, die mijn ziel heeft goedgekeurd!”Jesaja’s profetie — Licht voor de hele mensheid II
-
-
„Ik heb mijn geest in hem gelegd”
3. Wat voorzegt Jehovah bij monde van Jesaja over „mijn knecht”?
3 Bij monde van Jesaja voorzegt Jehovah de komst van een knecht die hijzelf zal uitverkiezen: „Zie! Mijn knecht, die ik stevig vasthoud! Mijn uitverkorene, die mijn ziel heeft goedgekeurd! Ik heb mijn geest in hem gelegd. Gerechtigheid voor de natiën zal hij voortbrengen.
-
-
„Mijn uitverkorene, die mijn ziel heeft goedgekeurd!”Jesaja’s profetie — Licht voor de hele mensheid II
-
-
4. Wie is de voorzegde „uitverkorene”, en hoe weten wij dat?
4 Wie is de Knecht op wie hier gedoeld wordt? Daarover behoeft geen onzekerheid te bestaan. Deze woorden blijken in het Evangelie van Mattheüs geciteerd te worden en van toepassing te worden gebracht op Jezus Christus (Mattheüs 12:15-21). Jezus is de geliefde Knecht, de „uitverkorene”. Wanneer legde Jehovah zijn geest op Jezus? In 29 G.T., toen Jezus gedoopt werd. Het geïnspireerde verslag beschrijft die doop en zegt dat nadat Jezus uit het water omhoog was gekomen, ’de hemel werd geopend en de heilige geest in lichamelijke gedaante gelijk een duif op hem neerdaalde, en er een stem uit de hemel kwam: „Gij zijt mijn Zoon, de geliefde; ik heb u goedgekeurd.”’ Op die manier identificeerde Jehovah persoonlijk zijn geliefde Knecht. Jezus’ daaropvolgende bediening en de wonderwerken die hij verrichtte, bewezen dat Jehovah’s geest inderdaad op hem rustte. — Lukas 3:21, 22; 4:14-21; Mattheüs 3:16, 17.
„Gerechtigheid voor de natiën zal hij voortbrengen”
5. Waarom was het in de eerste eeuw G.T. nodig dat duidelijk werd gemaakt wat gerechtigheid was?
5 Jehovah’s Uitverkorene moest ware gerechtigheid „voortbrengen” of uitdragen. „Hij zal de natiën duidelijk maken wat gerechtigheid is” (Mattheüs 12:18). Wat was dat in de eerste eeuw G.T. hard nodig! De joodse religieuze leiders verkondigden een verwrongen opvatting over gerechtigheid en rechtvaardigheid. Zij streefden ernaar rechtvaardigheid te verwerven door zich aan een star stelsel van wetten te houden, waarvan er veel van eigen makelij waren. Hun wettische gerechtigheid liet geen ruimte voor barmhartigheid en mededogen.
6. Op welke manieren maakte Jezus ware gerechtigheid bekend?
6 In tegenstelling daarmee onthulde Jezus Gods kijk op gerechtigheid. Door Jezus’ onderwijs en manier van leven liet hij zien dat ware gerechtigheid meedogend en barmhartig is. Beschouw zijn beroemde Bergrede eens (Mattheüs hoofdstuk 5–7). Wat een meesterlijke uiteenzetting van de manier waarop gerechtigheid en rechtvaardigheid in praktijk gebracht moeten worden! Raken wij bij het lezen van de evangelieverslagen niet geroerd door Jezus’ mededogen met de armen en ellendigen? (Mattheüs 20:34; Markus 1:41; 6:34; Lukas 7:13) Hij bracht zijn vertroostende boodschap aan velen die te vergelijken waren met een beschadigd riet, geknakt en vertrapt. Zij waren als een smeulende vlaspit; hun laatste sprankje leven was bijna gedoofd. Jezus brak een „geknakt riet” niet en „een kwijnende vlaspit” doofde hij niet. Zijn liefdevolle en meedogende woorden en daden verkwikten het hart van de zachtmoedigen juist. — Mattheüs 11:28-30.
-