Door Jehovah onderwezen worden
1 De profeet Jesaja verklaarde: „De Soevereine Heer Jehovah zelf heeft mij de tong der onderwezenen gegeven, opdat ik de vermoeide met een woord weet te antwoorden” (Jes. 50:4). Eén manier waarop Jehovah dit doet is door de opleiding waarin de theocratische bedieningsschool voorziet. Persoonlijke krachtsinspanning is echter nog steeds vereist. De Handleiding voor de Theocratische Bedieningsschool zegt op blz. 39: „Ongeacht hoe vaak je een bepaalde soort van toewijzing hebt behartigd, voorbereiding is altijd waardevol.” Dit geldt voor een ieder van ons, of wij nu slechts enkele maanden op de school zijn ingeschreven of al sinds de oprichting ervan in 1943. (In Nederland vanaf 1947.)
2 Alle leerlingen dienen zich grondig voor te bereiden, ook wat de tijdsbepaling betreft. De richtlijnen in het Schema voor de theocratische bedieningsschool luiden: „Geen enkele lezing mag over tijd gaan.” Gaat een broeder die toewijzing nr. 1 behandelt, herhaaldelijk over tijd, dan dient hem persoonlijk raad gegeven te worden. De schoolopziener moet de vergadering ook precies op tijd laten beginnen en de richtlijnen in acht nemen betreffende de tijd die voor zijn raad en opmerkingen is toegestaan.
3 Allen kunnen veel profijt trekken van het gedeelte waarin de hoofdpunten uit het bijbelleesprogramma worden behandeld. Wij worden eraan herinnerd dat dit niet eenvoudig een samenvatting van het toegewezen materiaal dient te zijn. De spreker moet de toehoorders helpen te beseffen waarom en hoe de inlichtingen waardevol voor ons zijn.
4 Bij lezing nr. 3 zijn veel settingen gebruikt, met wisselend succes. Hebben wij echter een van de hoofddoeleinden van de school in gedachten — ons te helpen de waarheid nauwkeurig en duidelijk aan te bieden — dan verdient het de voorkeur om settingen te gebruiken die te maken hebben met de velddienst of het geven van informeel getuigen is.
5 Lezing nr. 4 zal, wanneer die genomen is uit het boek Wat jonge mensen vragen — Praktische antwoorden, worden toegewezen aan nieuwe of jongere leerlingen. Natuurlijk moet de leerling aan wie de lezing wordt toegewezen, kunnen lezen. Deze lezingen zullen wekelijks worden afgewisseld met een onderwerp uit het Redeneren-boek. Bij zowel lezing nr. 3 als lezing nr. 4 dient de leerling zich aan het aangegeven thema te houden.
6 Er dient voorzichtigheid te worden betracht wanneer wij extra materiaal in onze lezingen willen opnemen. Soms bestaat het toegewezen materiaal uit slechts één of twee paragrafen. Maar het materiaal kan in de toegewezen tijd nog steeds doeltreffend naar voren worden gebracht door de schriftplaatsen te lezen en te verklaren, illustraties te gebruiken, enzovoort. Gewoonlijk hoeven wij geen materiaal te brengen buiten wat toegewezen is. De toehoorders moeten je kunnen volgen in de publikatie waarop de lezing is gebaseerd.
7 De God die wij aanbidden, voorziet in een onuitputtelijke bron van wijsheid en kennis (Rom. 11:33). Zelfs na duizenden jaren zullen wij nog veel moeten leren. Ons vermogen om onze hemelse Vader te loven en de problemen van het leven te kunnen oplossen, alsook onze tevredenheid en vreugde, zullen alle toenemen naar de mate dat wij ons inspannen om goddelijke wijsheid te verwerven. Neem derhalve het vaste besluit volledig profijt te trekken van de voorziening die onze Grootse Onderwijzer voor ons heeft getroffen door geregeld de theocratische bedieningsschool bij te wonen. Moge je ijverige voorbereiding op en deelname aan de theocratische bedieningsschool in 1991 je helpen dit te verwezenlijken.