-
Leviticus 8:25-28Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
-
-
25 Toen nam hij het vet, de vetstaart, al het vet dat op de ingewanden zat, het aanhangsel van de lever, de beide nieren met hun vet en de rechterpoot.+ 26 Uit de mand met ongezuurd brood, die vóór Jehovah stond, nam hij één ongezuurd ringvormig brood,+ één ringvormig brood dat met olie bereid was+ en één platte koek. Hij legde die op de vette stukken en de rechterpoot. 27 Daarna legde hij dat alles op de handpalmen van Aäron en zijn zonen om het vervolgens als een beweegoffer vóór Jehovah heen en weer te bewegen. 28 Toen nam Mozes alles uit hun handen en hij liet het op het altaar boven op het brandoffer in rook opgaan. Het was een installatieoffer en de geur ervan was aangenaam. Het was een vuuroffer voor Jehovah.
-