2 ‘De Israëlieten moeten hun tenten opzetten op de plek waar hun driestammenafdeling+ is toegewezen, elke man bij het vaandel* van zijn vaderlijk huis. Ze moeten hun tenten opzetten rondom de tent van samenkomst, met de ingang ernaartoe.
34 De Israëlieten deden alles wat Jehovah Mozes had opgedragen: ze sloegen hun kamp op per driestammenafdeling+ en zo braken ze het ook weer op.+ Ze waren allemaal ingedeeld volgens hun families en hun vaderlijke huizen.