11 Koning Og van Ba̱san was namelijk de enige die nog over was van de Refaïeten. Zijn lijkbaar* was van ijzer* en bevindt zich nog steeds in de stad Ra̱bba van de Ammonieten. De baar is negen el* lang en vier el breed, volgens de gewone el.
6 Ook in Gath was er een veldslag.+ Er was toen een afstammeling van de Refaïeten+ die abnormaal groot was.+ Hij had 6 vingers aan elke hand en 6 tenen aan elke voet: 24 in totaal.