-
1 Samuël 17:37Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
-
-
37 David zei verder: ‘Jehovah, die me gered heeft uit de klauwen van de leeuw en van de beer, zal me ook redden uit de handen van deze Filistijn.’+ Toen zei Saul tegen David: ‘Ga, mag Jehovah met je zijn.’
-
-
2 Samuël 21:22Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
-
-
22 Die vier mannen waren afstammelingen van de Refaïeten uit Gath en ze werden gedood door David en zijn dienaren.+
-