12 “Maar wanneer er 70 jaar zijn vervuld,+ zal ik de koning van Babylon en dat volk ter verantwoording roepen* voor hun zonde”,+ verklaart Jehovah, “en ik zal het land van de Chaldeeën voor altijd in een verlaten woestenij veranderen.+
12 Toen zei de engel van Jehovah: ‘O Jehovah van de legermachten, hoelang zult u uw barmhartigheid nog onthouden aan Jeruzalem en de steden van Juda,+ waar u nu al 70 jaar kwaad op bent?’+