2 Dit waren de inwoners van de provincie* die terugkwamen uit het midden van de ballingen,+ die koning Nebukadne̱zar van Babylon had weggevoerd naar Babylon+ en die later naar Jeruzalem en Juda teruggingen, ieder naar zijn eigen stad.+

8 945 afstammelingen van Za̱ttu,+

27 Van de zonen van Za̱ttu:+ Eljo̱ënai, E̱ljasib, Matta̱nja, Je̱remoth, Za̱bad en Azi̱za.

44 Die mannen waren allemaal met buitenlandse vrouwen getrouwd,+ maar ze stuurden hun vrouwen weg, samen met hun kinderen.*+