-
Numeri 22:4-6Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
-
-
4 Moab zei dus tegen de oudsten van Mi̱dian:+ ‘Straks vreet die menigte onze hele omgeving nog kaal, zoals een stier een wei afgraast.’
In die tijd was Ba̱lak, de zoon van Zi̱ppor, koning van Moab. 5 Hij stuurde boodschappers naar Bi̱leam, de zoon van Be̱or, in Pe̱thor,+ aan de Rivier,* in zijn geboorteland. Hij ontbood hem met de woorden: ‘Er is uit Egypte een volk gekomen. Ze bedekken de hele aardbodem,*+ en ze wonen nu vlak tegenover mij. 6 Kom dus alsjeblieft en vervloek dit volk voor mij,+ want ze zijn sterker dan ik. Misschien kan ik ze dan verslaan en uit het land verdrijven, want ik weet heel goed dat wie door jou wordt gezegend, gezegend is en dat wie door jou wordt vervloekt, vervloekt is.’
-