3De oorlog tussen het huis van Saul en het huis van David sleepte zich voort. David werd steeds sterker,+ terwijl het huis van Saul steeds zwakker werd.+
9 Ik zal met je zijn, waar je ook heen gaat,+ en ik zal al je vijanden vernietigen.*+ Ik zal je naam groot maken,+ zoals de naam van de groten van de aarde.