8 We namen toen het land in van de beide Amoritische koningen+ in de Jordaanstreek, van het A̱rnondal* tot aan de berg He̱rmon+9 (de berg die de Sidoniërs Si̱rjon noemden en de Amorieten Se̱nir),
23 De nakomelingen van de helft van de stam Manasse+ woonden in het gebied vanaf Ba̱san tot Baäl-He̱rmon en Se̱nir en de berg He̱rmon.+ Hun aantal was heel groot.