35 “Laat het geweld dat mij is aangedaan, dat mijn persoon is aangedaan, Babylon treffen!”, zegt de inwoner van Sion.+
“En laat mijn bloed de inwoners van Chalde̱a aangerekend worden!”, zegt Jeruzalem.’
36 Daarom zegt Jehovah:
‘Ik bepleit je zaak+
en ik zal wraak voor je nemen.+
Ik zal haar zee droogleggen en haar bronnen laten opdrogen.+