8 Jo̱jachin+ was 18 jaar toen hij koning werd, en hij regeerde drie maanden in Jeruzalem.+ Zijn moeder was Nehu̱sta, de dochter van Elna̱than uit Jeruzalem.
27 Koning E̱vil-Me̱rodach van Babylon liet in het jaar dat hij koning werd koning Jo̱jachin+ van Juda vrij* uit de gevangenis. Dat was in het 37ste jaar van de ballingschap van koning Jo̱jachin van Juda, op de 27ste dag van de 12de maand.+
37En koning Zedeki̱a,+ de zoon van Josi̱a, begon te regeren in de plaats van Cho̱nja,*+ de zoon van Jo̱jakim, want koning Nebukadne̱zar* van Babylon had hem koning gemaakt in het land Juda.+