32 Ten slotte stierf Gi̱deon, de zoon van Jo̱as, in een gezegende ouderdom, en hij werd begraven in de grafstede van zijn vader Jo̱as, te O̱fra van de Abiëzrieten.+
5 Daarna ging hij naar het huis van zijn vader te O̱fra+ en doodde zijn broers,+ de zonen van Jerubba̱äl, zeventig man, op één steen, maar Jo̱tham, de jongste zoon van Jerubba̱äl, bleef over, omdat hij zich verborgen had.