17 Wat I̱sraël betreft, het zal stellig in eendracht met Jehovah worden gered,+ met een redding voor onbepaalde tijden.+ Gijlieden zult niet beschaamd worden,+ noch zult GIJ te schande worden+ voor de onbepaalde tijden der eeuwigheid.
12 is hij, neen, niet met* het bloed+ van bokken en van jonge stieren, maar met zijn eigen bloed,+ eens voor altijd de heilige plaats binnengegaan en heeft een eeuwige bevrijding* [voor ons] verworven.*+