16 En uit Si̱on zal Jehovah zelf brullen, en uit Jeru̱zalem zal hij zijn stem laten weerklinken.+ En hemel en aarde zullen stellig schudden;+ maar Jehovah zal een toevlucht zijn voor zijn volk,+ en een vesting voor de zonen van I̱sraël.+
8 Want dit heeft Jehovah der legerscharen gezegd: ’Achter [de] heerlijkheid+ aan heeft hij mij naar de natiën gezonden die ulieden met geweld plunderden;+ want wie U aanraakt,+ raakt mijn oogappel*+ aan.