Weet u dit nog?

Heeft u de recente uitgaven van De Wachttoren nauwkeurig gelezen? Indien dit het geval is, zult u deze belangrijke punten herkennen. Neem ten opzichte van uzelf eens de proef op de som.

● Waarom vertegenwoordigen de religiën der christenheid voor de mensheid de grootste valkuil?

Hoewel ze christelijk beweren te zijn, staan ze wetteloosheid voor door de in Gods Woord uiteengezette geboden te verwerpen. — Blz. 686, 1961.

● In hoeveel talen is de bijbel thans vertaald?

In 1165. De volledige bijbel in 221 talen. — Blz. 628, 1961.

● Hoe bezagen de eerste christenen het eten van bloed?

Als een overtreding van Gods wet; als een verloochening van het christelijke geloof. Zij onthielden zich er zelfs van al liepen zij het gevaar hierom door hun vervolgers van het leven beroofd te worden. — Blz. 712, 1961.

● Kan er, hoewel Jehovah’s getuigen bloedtransfusie weigeren, iets voor hen worden gedaan in geval van ernstig bloedverlies?

Ja. Wanneer het vochtverlies bijzonder groot is, kunnen preparaten die het volume van het plasma vergroten, zoals dextran en zoutoplossingen, worden gebruikt. Het lichaam zelf is schitterend toegerust om zich uit eigen reserves van bloedverlies te herstellen. Zelfs vanuit medisch standpunt bezien kan men bloedarmoede als gevolg van bloedverlies het beste door middel van de ijzertherapie en niet door bloedtransfusie behandelen. — Blz. 722, 723, 1961.

● Redt een medische behandelingsmethode die Gods wet overtreedt werkelijk het leven?

Neen. Het brengt iemands kans om eeuwig leven in Gods nieuwe wereld te verwerven, ernstig in gevaar. — Blz. 723, 1961.

● Leren de geïnspireerde boeken van de bijbel dat de gebeden van de levenden op de een of andere wijze voordelen voor de doden afwerpen?

Neen; dit denkbeeld wordt echter wel gevonden in de apocriefe boeken en onder zulke niet-christenen als hindoes en boeddhisten. — Blz. 37-39, 1962.

● Wat betekent het om een verenigd hart te bezitten?

Het betekent dat iemands hart vrij is van mensenvrees en niet verdeeld is ten aanzien van genegenheid, terwijl het door de gezonde vrees voor Jehovah wordt beheerst. — Blz. 748-750, 1961.

● Wie nemen thans onder christenen deel aan het profeteren, en op welke wijze?

Ieder lid van de christelijke gemeente; allen op wie God zijn geest heeft uitgestort. Dit doen zij door te spreken over de profetieën die God in zijn eigen Woord heeft laten optekenen, en waarvan vele in onze tijd in vervulling gaan. — Blz. 754-758, 1961.

● Wanneer moeten alle natiën zich onder Gods koninkrijk verenigen?

Thans hebben zich reeds uit alle delen der aarde, uit 181 (thans 185) landen afkomstige getuigen van Jehovah onder Gods hemelse koninkrijk verenigd, en alleen zij die zich aldus onder Gods koninkrijk verenigen, zullen in leven blijven en Gods verenigde nieuwe wereld binnengaan. — Blz. 14, 15, 18, 19, 1962.

● Sinds wanneer zijn al de vele kenmerken van het teken van Christus’ tweede tegenwoordigheid in vervulling gegaan?

1914 n. Chr. — Blz. 26, 27, 1962.

● Welke naam dragen ware christenen die hen van de naam-christenen van de christenheid doet verschillen?

De naam van hun God, Jehovah. — Blz. 50, 1962.

● Welke verplichting hebben alle christenen ten aanzien van het „woord des levens”?

Zij moeten het in navolging van Jezus Christus verkondigen, tot anderen brengen. — Blz. 76, 1962.

● Hoe is de door de profeet Joël voorzegde sprinkhanenplaag in vervulling gegaan?

De volhardende prediking door de eerste christenen na Pinksteren over het onderwerp van Gods koninkrijk en de vernietiging die over dat ’verdraaide geslacht’ zou komen, gaf de onboetvaardige joden het gevoel dat Jeruzalem net als bij een sprinkhanenplaag van deze christelijke getuigen vervuld was. In moderne tijden is speciaal sinds 1926 de prediking van Jehovah’s oordeelsboodschappen door zijn gezalfde getuigen voor de christenheid even pijnigend geweest als een sprinkhanenplaag. — Blz. 111, 113, 119, 1962.

● Wat wordt door de „laagvlakte der beslissing”, waarover in Joël 3:14 wordt gesproken, afgebeeld?

Armageddon, waar Jehovah zijn oordeel over de natiën ten uitvoer zal brengen. — Blz. 122, 123, 1962.

● Wat is vereist, wil men in deze tijd een onverwoestbare moed bezitten?

Men moet Jehovah God kennen en vertrouwen in hem stellen, terwijl men eveneens de raadgevingen en beloften in Zijn Woord, de bijbel, moet kennen en waarderen. — Blz. 142, 1962.

● Wat is het ’ene ding’ waar christenen Jehovah net als koning David om vragen, en hoe tonen zij dat hun verzoek oprecht is?

Zij vragen of zij al de dagen van hun leven in Jehovah’s huis mogen wonen, en geven van de oprechtheid van hun verzoek blijk door elke gelegenheid om zich, zowel op vergaderingen als bij de prediking van huis tot huis, in hun aanbidding met Jehovah’s gemeente te verenigen, te benutten. — Blz. 152, 1962.