DE CYCLUS DOORBREKEN

1 | Wees onbevooroordeeld

Wat de Bijbel zegt:

‘God is niet partijdig, maar in elk volk is iedereen die ontzag voor hem heeft en het juiste doet, aanvaardbaar voor hem.’ — HANDELINGEN 10:34, 35.

Waar het op neerkomt:

Jehovaha God beoordeelt ons niet op basis van onze nationaliteit, ras, huidskleur of cultuur. Hij is gericht op wat echt telt: je innerlijk. Volgens de Bijbel ‘zien mensen alleen het uiterlijk, maar ziet Jehovah wat er in het hart is’ (1 Samuël 16:7).

Wat te doen:

Wij mensen kunnen niet zien wat er in iemands hart leeft, maar we kunnen wel proberen net als God onbevooroordeeld te zijn. Probeer mensen als individu te zien, niet als lid van een groep. Iemand die merkt dat hij een negatief beeld van anderen heeft, misschien vanwege hun ras of nationaliteit, kan God in gebed vragen hem te helpen zijn beeld van hen te veranderen (Psalm 139:23, 24). Als u Jehovah oprecht vraagt u de kracht te geven om niemand te discrimineren, kunt u er zeker van zijn dat hij uw gebed zal verhoren en u zal helpen (1 Petrus 3:12).

a Jehovah is Gods persoonlijke naam (Psalm 83:18).

‘Ik was nog nooit in vrede met een blanke omgegaan (…). Nu hoorde ik bij een echte internationale broederschap.’ — TITUS

Praktijkvoorbeeld — TITUS

Doorbrak de haatcyclus

Titus was lid van een gewelddadige bende die in opstand kwam tegen onderdrukkende apartheidswetten. Hij zegt: ‘We gingen naar plaatsen in de stad waar zwarten niet welkom waren, zoals hotels en bars, met het doel vechtpartijen uit te lokken.’ Titus geeft toe dat hij gedreven werd door haat. ‘Of ik nu ruzie kreeg met een man of met een vrouw, ik was altijd de eerste die begon te vechten.’

Titus begon te veranderen toen hij met Jehovah’s Getuigen aan een studie van de Bijbel begon. Wat hij in de Bijbel las, had een sterke impact. Hij werd vooral geraakt door de belofte van een toekomstige wereld waar ‘de dood niet meer zal zijn’ en waar ‘geen rouw, geen gehuil en geen pijn meer zal zijn’ (Openbaring 21:3, 4).

Aanvankelijk was het een hele strijd voor Titus om zijn haat los te laten. ‘Ik vond het ontzettend moeilijk om mijn denk- en handelwijze te veranderen.’ Maar hij leerde uit Handelingen 10:34, 35 dat God niet partijdig is.

Wat was het resultaat? Titus vertelt: ‘Ik raakte ervan overtuigd dat Jehovah’s Getuigen het ware geloof hebben toen ik zag hoeveel liefde ze voor elkaar hebben, ongeacht hun ras of kleur. Nog voordat ik een gedoopte Getuige was, nodigde een blanke uit de gemeente me bij zich thuis uit voor een maaltijd. Het leek wel een droom. Ik was nog nooit in vrede met een blanke omgegaan, laat staan dat ik ooit bij een blanke thuis gegeten had. Nu hoorde ik bij een echte internationale broederschap.’