Kruiswoordpuzzel
Horizontaal
1. Net als osseprikkels kunnen ze een aansporende werking hebben (Prediker 12:11)
4. In dit vroegste ontwikkelingsstadium ligt toch al vast hoe het gaat worden (Psalm 139:16)
8. Het geheel van onderwijzingen (2 Timótheüs 4:3)
9. Niet bepaald vroeg meer (Markus 6:35)
11. „Aanhankelijkheid” noemde Lea deze derde zoon; zou hij haar meer liefde van de kant van haar man brengen? (Genesis 29:34)
12. Aan welke plaats waren zij niet blijven denken? (Hebreeën 11:15)
13. Lengtemaat waarin de muur van het Nieuwe Jeruzalem werd uitgedrukt (Openbaring 21:17)
15. Een van de steden die aan de stam Aser werden toegewezen (Jozua 19:26)
17. Samothráce was een eiland in de Egeïsche Zee; Filippi lag een paar uur het binnenland in; de haven waar Paulus voet aan land zette, was . . . (Handelingen 16:11, 12)
18. Het totaal van al Jehovah’s kostbare gedachten die gewoon niet te tellen zijn (Psalm 139:17)
19. Op correcte wijze (2 Timótheüs 2:15)
21. Dit voorzetsel geeft een richting aan (Psalm 122:1)
24. Wie geen geld, geen machtige beschermers had, kon gemakkelijk vergeten worden (Psalm 9:18)
25. Dodelijke gifslang (Job 20:16)
28. Dat Paulus dat was, verhinderde niet dat hij in een ander opzicht velen rijk maakte (2 Korinthiërs 6:10)
29. Niet (meer) verborgen (Lukas 8:17)
31. Een vlek of bezoedeling die niet toelaatbaar is voor wie God onberispelijk willen dienen (Filippenzen 2:15)
33. Opdracht van Jehovah’s engel tot de toekomstige bevrijder van Israël (Rechters 6:14)
34. Er was ook een oom geweest, die net zo heette (1 Kronieken 4:21; Genesis 38:2-5)
36. Een man die verkeerd had gehandeld maar gunstig reageerde op krachtige raad (Ezra 10:26; zie ook Ezra 10:10, 11, 44)
37. Zijn naam was verbonden aan een priesterafdeling (Lukas 1:5; 1 Kronieken 24:10)
38. Deze kost ontbrak in de wildernis; en in Egypte waren ze toch zo lekker geweest! (Numeri 11:5)
40. Deze daarentegen waren niet te eten (Spreuken 25:11)
41. Schrijfgerei (Jesaja 8:1)
Verticaal
2. Ook hij werd aanvankelijk genoemd als een van de opstandige Rubenieten (Numeri 16:1)
3. Een van Davids beambten (1 Kronieken 27:26)
5. Passende bruid voor de Hogepriester Jezus Christus (2 Korinthiërs 11:2; vergelijk Leviticus 21:10, 13, 14)
6. Ze komt van God (vergelijk Hebreeën 11:6), tenzij men haar liever van mensen wil ontvangen (Matthéüs 6:5)
7. Oase met twaalf bronnen en zeventig palmen (Exodus 15:27)
8. In het geval van deze man baarde het veel opzien dat hij dit deed (Handelingen 3:9)
10. Menselijk gesproken, blijft de situatie zoals ze is (Prediker 1:15)
14. Hiertoe is reden in geval van een geloof dat beproefd is (1 Petrus 1:7)
15. Sterrenbeeld (Job 9:9)
16. De profeet die de scheuring van Rehábeams rijk had voorzegd (1 Koningen 12:15)
18. Bevel tot een hemellichaam (Jozua 10:12)
20. Zoveel geslachten van Abraham tot David, en nog eens tot de wegvoering naar Babylon, en nog eens tot Christus (Matthéüs 1:17)
22. Dit dier gaf aanleiding tot het gezegde „Op de berg van Jehovah zal erin worden voorzien” (Genesis 22:13, 14)
23. Noodzakelijk voor leven, en een goede reden om de Levengever te loven (Psalm 150:6)
26. Als de boom zo is, zijn de vruchten het ook (Matthéüs 12:33)
27. Ruim behuisd is anders (Jesaja 49:20)
28. Twaalfmaal moest het volk dit zeggen (Deuteronomium 27:15-26)
30. Lijn die een ster langs de hemel beschrijft (Judas 13)
31. Nakomeling van Juda, zoon van Hur (1 Kronieken 4:1; 2:50)
32. Stamvader van indrukwekkend lange Kanaänieten (Numeri 13:33)
35. Als deze er niet is rondom hun woonplaatsen, dan is Jehovah hun enige bescherming (Ezechiël 38:11)
39. Hebreeuwse letter (Psalm 111:3)
OPLOSSING OP BLZ. 15
Oplossing horizontaal
1. WOORDEN
4. EMBRYO
8. LEER
9. LAAT
11. LEVI
12. UR
13. EL
15. AMAD
17. NEAPOLIS
18. SOM
19. JUIST
21. NAAR
24. ARME
25. ADDER
28. ARM
29. OPENBAAR
31. SMET
33. GA
34. ER
36. ABDI
37. ABIA
38. UIEN
40. APPELS
41. GRIFFEL
Oplossing verticaal
2. ON
3. EZRI
5. MAAGD
6. BELONING
7. ELIM
8. LIEP
10. KROM
14. LOF
15. ASJ
16. AHIA
18. STA
20. VEERTIEN
22. RAM
23. ADEM
26. ROT
27. ENG
28. AMEN
30. BAAN
31. SOBAL
32. ENAK
35. MUUR
39. HE