Staat materiële welvaart garant voor geluk?
„VAN de ongeveer vijftig leerlingen op onze school droegen er maar een of twee schoenen”, vertelt de 45-jarige Poching, die in de jaren ’50 opgroeide in het zuiden van Taiwan. „Die konden we ons niet veroorloven. Maar wij beschouwden onszelf nooit als arm. We hadden alles wat we nodig hadden.”
Dat was een jaar of veertig geleden. Sindsdien is het leven ingrijpend veranderd voor Poching en de overige twintig miljoen bewoners van dat eiland. In het boek Facts and Figures — The Republic of China on Taiwan wordt uitgelegd: „Taiwan veranderde van een agrarische in een bruisende industriële samenleving.” Tegen het einde van de jaren ’70 werd Taiwan als „een stabiele, welvarende samenleving” beschouwd.
Ja, overal op Taiwan ziet men de bewijzen van welvaart. Of het nu gaat om de ultramoderne hoge kantoorcomplexen die overal op het eiland als paddestoelen uit de grond zijn geschoten of de grote wegen vol dure importauto’s — de materiële welvaart van Taiwan wordt door andere ontwikkelingslanden met afgunst bekeken. De China Post, Taiwans belangrijkste Engelstalige krant, schrijft trots dat nu „de bevolking van Taiwan de hoogste levensstandaard in de Chinese geschiedenis geniet”.
’Een menigte netelige problemen’
Heeft al deze materiële welvaart de mensen waar geluk en echte voldoening gebracht? Hoewel er ongetwijfeld veel is waarop de bevolking van Taiwan trots kan zijn, heeft dit succesverhaal zijn keerzijde. De China Post zet vervolgens uiteen: „Dit hoge welvaartspeil heeft een menigte ingewikkelde en netelige problemen meegebracht.” De materiële welvaart van Taiwan heeft haar tol geëist.
Over de „ingewikkelde en netelige problemen” die dit eens betrekkelijk misdaadvrije eiland bestoken, wordt in de China Post opgemerkt: „De afgelopen jaren zijn in onze welvarende samenleving misdaad en ordeverstoring alarmerend toegenomen, wat een groeiende bedreiging vormt voor het leven en de eigendommen van alle burgers die de wet respecteren.” In een artikel getiteld „Rijkdom maakt Taiwan tot een wellustig land”, gispt de Post de problemen met het groeiende aantal restaurants en bars met topless bediening en met illegale sekshuizen onder het mom van kapperszaken. Afpersing en ontvoering met het oogmerk een losgeld op te strijken, zijn ook een probleem geworden. In een verslag wordt het kidnappen van kinderen „Taiwans nieuwe groei-industrie” genoemd. Velen nemen hun toevlucht tot zulke misdrijven als een middel om gokschulden of andere financiële verliezen te vereffenen.
Kinderen zijn niet alleen onschuldige slachtoffers van de misdrijven. Zij raken steeds meer bij het plegen van misdrijven betrokken. Uit verslagen blijkt dat alleen al in 1989 het aantal door jongeren gepleegde misdaden met dertig procent steeg. Sommigen wijten deze stijging aan de ontwrichting van het gezin, en statistieken schijnen die mening te staven. Van 1977 tot 1987 bijvoorbeeld nam het aantal Taiwanese paren dat trouwde af, terwijl het echtscheidingscijfer meer dan verdubbelde. Daar de Chinese cultuur van oudsher het belang van het gezin in een stabiele maatschappij benadrukt, is het geen wonder dat velen zich ernstig zorgen maken over de verslechterende toestanden.
De wortel van het probleem
In een poging de oorzaak van de achteruitgang van de maatschappelijke orde te midden van een welvarende samenleving te begrijpen, zijn verscheidene verklaringen aangedragen. Sommige mensen die nogal filosofisch ingesteld zijn, zeggen dat dit nu eenmaal de tol voor het succes is. Maar het leggen van de schuld bij het succes of de welvaart, is net zoiets als vraatzucht aan voedsel wijten. Niet iedereen die eet is vraatzuchtig, evenmin als iedereen die welvaart geniet materialistisch of misdadig is. Nee, materiële welvaart op zich veroorzaakt geen criminaliteit en maatschappelijke wanorde.
In een redactioneel artikel in de China Post werd op een voorname factor gewezen met de woorden: „Wij hebben in de loop der decennia al te veel nadruk gelegd op materiële vooruitgang. Daaraan is de huidige achteruitgang in morele en geestelijke waarden in onze samenleving te wijten.” (Wij cursiveren.) Ja, al te veel nadruk op het streven naar materiële zaken leidt tot een materialistische en hebzuchtige geest. Daardoor wordt zelfzucht in de hand gewerkt. Het is juist die geest die tot de ontwrichting van het gezinsleven en een algemene verbreiding van maatschappelijke euvelen leidt. Wat de bijbel 2000 jaar geleden zei, is nog steeds waar: „De liefde voor geld [niet het geld op zich] is een wortel van allerlei schadelijke dingen.” — 1 Timotheüs 6:10.
Een wereldomvattend probleem
Op zoek naar vrede en rust — en veiligheid — zijn duizenden mensen van Taiwan naar andere landen geëmigreerd. Maar de problemen waar Taiwan mee kampt, zijn niet uniek voor Taiwan. Ze vieren overal hoogtij.
Enkele jaren geleden bleek uit een studie dat het rijkste district van Californië het hoogste echtscheidingscijfer van het land had. Ongeveer negentig procent van alle onroerend-goedtransacties in sommige delen van het district was het gevolg van stukgelopen huwelijken. Tweemaal zoveel zelfdodingen als het nationale gemiddelde werden gerapporteerd. Het percentage alcoholisten was een van de hoogste van het land en naar verluidt waren er per hoofd van de bevolking meer psychiaters en psychotherapeuten in het district dan overal elders in de Verenigde Staten.
Jezus Christus wees op een fundamentele waarheid toen hij zei: „De mens moet niet van brood alleen leven, doch van elke uitspraak die uit Jehovah’s mond voortkomt” (Mattheüs 4:4). Stoffelijke bezittingen, hoe overvloedig ook, kunnen niet elke behoefte van een mens bevredigen en staan evenmin garant voor geluk. Het is integendeel vaak zoals een Chinees gezegde luidt: „Wanneer iemand goed gevoed is en het lekker warm heeft, gaan zijn gedachten uit naar uitspattingen en vleselijke begeerten.” Dat blijkt uit wat er op Taiwan en elders gebeurt — materiële welvaart alleen blijkt vaak het voorspel te zijn tot moreel en maatschappelijk verval en alle problemen van dien.
Wat is er dan nodig opdat materiële welvaart kan bijdragen tot waar en blijvend geluk? Het antwoord vindt u in het volgende artikel.
[Inzet op blz. 6]
„Wanneer iemand goed gevoed is en het lekker warm heeft, gaan zijn gedachten uit naar uitspattingen en vleselijke begeerten.” — Chinees gezegde
[Illustratie op blz. 5]
Materiële welvaart veranderde kleine stadjes in drukke steden met neonlampen