Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g96 8/8 blz. 4-6
  • Hoe het komt dat soorten in gevaar verkeren

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Hoe het komt dat soorten in gevaar verkeren
  • Ontwaakt! 1996
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Verwoesting van het woongebied
  • De directe aanval
  • Het ingewikkelde web des levens
    Ontwaakt! 2001
  • Bedreigde soorten — De omvang van het probleem
    Ontwaakt! 1996
  • Behoud tegenover uitsterven
    Ontwaakt! 1996
  • Het nut van het regenwoud
    Ontwaakt! 1998
Meer weergeven
Ontwaakt! 1996
g96 8/8 blz. 4-6

Hoe het komt dat soorten in gevaar verkeren

VOOR het uitsterven van soorten zijn diverse oorzaken aan te wijzen. Laten wij eens bij drie van de voornaamste stilstaan. Mensen zijn indirect voor twee ervan verantwoordelijk en direct verantwoordelijk voor de derde.

Verwoesting van het woongebied

Verwoesting van het woongebied of de habitat draagt in grote mate bij tot de achteruitgang van een soort. In The Atlas of Endangered Species wordt dit als „de belangrijkste bedreiging” maar ook als „het moeilijkst te voorkomen” betiteld. De snelle groei van de wereldbevolking dwingt mensen ertoe steeds meer beslag te leggen op land waar vroeger dieren huisden. Een treffend voorbeeld daarvan vormen de regenwouden van de wereld.

’Binnen veertig jaar zullen er geen regenwouden over zijn’, luidt de sombere schatting die de aandacht vestigt op wat velen zien als een betreurenswaardig verlies van waardevolle hulpbronnen. In feite is bijna een kwart van alle medicijnen die de westerse wereld kent, afkomstig van planten uit het tropisch regenwoud. Hoewel regenwouden naar schatting slechts zeven procent van het landoppervlak van de planeet bestrijken, herbergen ze vier vijfde van alle op het land groeiende vegetatie van de wereld.

Houtkap en verschuivende landbouwpatronen beroven de Westafrikaanse regenwouden van hun rijke erfgoed aan bomen. De ontbossing op het Indiase subcontinent heeft zelfs het weer veranderd, zodat de regenval in sommige gebieden is afgenomen maar zich elders overstromingen voordoen.

Wanneer de mens bomen velt om de grond geschikt te maken voor landbouw, sterven er massa’s planten, vogels, reptielen, insekten en andere dieren. Professor Edward Wilson van Harvard schat het verlies aan woud op een procent per jaar, zodat duizenden soorten uiteindelijk tot uitsterven gedoemd zijn. Gevreesd wordt dat veel soorten zullen verdwijnen nog voordat ze een wetenschappelijke naam gekregen hebben.

De situatie is al net zo in de wetlands van de wereld, ook een bedreigde habitat. Projectontwikkelaars leggen deze gebieden droog om er huizen te kunnen bouwen, of boeren maken er landbouwgrond van die zij in cultuur kunnen brengen. De afgelopen honderd jaar is wel negentig procent van het Europese droge grasland voor landbouw in gebruik genomen. Het verlies aan weidegrond in Groot-Brittannië in de afgelopen twintig jaar heeft het aantal zanglijsters met 64 procent verminderd.

Hoewel het blad Time het eiland Madagaskar „een geologische ark van Noach” noemt, verkeert zijn overvloedige diversiteit aan in het wild levende dieren in gevaar. Wanneer de bevolking groeit en de internationale schuldenlast toeneemt, wordt de druk op de eilandbewoners om bossen in rijstvelden te veranderen groter. Doordat drie kwart van het woongebied van de gouden bamboemaki in de afgelopen twintig jaar is verdwenen, zijn er nog maar 400 van deze dieren over.

De radicale verandering in het landgebruik ondermijnt ontegenzeglijk de regionale fauna. Neem als nog een voorbeeld eens de Polynesiërs, die 1600 jaar geleden in Hawaii arriveerden. Als gevolg van hun activiteit zijn er 35 vogelsoorten uitgestorven.

Onder de eerste kolonisten in Australië en Nieuw-Zeeland waren er die huiskatten invoerden, die soms verwilderden. Volgens het blad New Scientist hebben deze wilde katten het nu op 64 soorten inheemse Australische zoogdieren voorzien. Samen met ingevoerde Europese vossen vallen ze de nog resterende populaties van bedreigde soorten aan.

De directe aanval

De jacht is geen nieuw verschijnsel. Het bijbelverslag in Genesis beschrijft de rebelse Nimrod, een jager die ruim 4000 jaar geleden leefde. Hoewel niet vermeld wordt dat hij een hele soort uitroeide, was hij niettemin een reusachtig voorstander van de jacht. — Genesis 10:9.

In de loop van de eeuwen hebben jagers de leeuw uitgeroeid in Griekenland en Mesopotamië, het nijlpaard in Nubië, de olifant in Noord-Afrika, de beer en bever in Groot-Brittannië en de oeros in Oost-Europa. „In de jaren ’70 en ’80 van de vorige eeuw hebben jagers alleen al in Oost-Afrika een kwart miljoen olifanten gedood”, bericht het programmablad van de BBC, Radio Times. „Een halve eeuw weergalmde het in Afrika van het snelvuur van beroemdheden, rijken en vooraanstaanden die schoten op olifanten, neushoorns, giraffen, grote katten en alles waar hun oog nog meer op viel. . . . Wat nu heel schokkend lijkt, was toen volkomen aanvaardbaar gedrag.”

Terug nu naar de situatie van de majestueuze tijger. Uit tellingen in de jaren ’80 bleek dat de pogingen tot behoud met succes bekroond waren. „Maar schijn bedriegt”, wordt in het 1995 Britannica Book of the Year opgemerkt. „Uit zorgvuldiger tellingen bleek dat eerdere tellingen geflatteerd waren door functionarissen die óf onder één hoedje speelden met stropers óf er louter op uit waren indruk te maken op hun superieuren. . . . De illegale handel in tijgerorganen gedijde terwijl de afnemende aanvoer de prijzen steeds hoger opdreef.” Zo varieerden in 1995 de schattingen van de waarde van een Siberische tijger van $9400 tot $24.000 — nee, niet alleen vanwege zijn kostbare vacht maar ook vanwege zijn botten, ogen, snorharen, tanden, inwendige organen en voortplantingsorganen, die allemaal waardevol worden geacht in de traditionele oosterse geneeskunst.

De handel in olifantsivoor, rinoceroshoorn, tijgerhuiden en andere delen van dieren is nu een zwarte-markthandel waar vele miljarden dollars in omgaan en die daarin slechts onderdoet voor de drugssmokkel, schrijft Time. En de handel is niet beperkt tot grote zoogdieren. In 1994 werd in de traditionele Chinese geneeskunst het verbijsterende aantal van twintig miljoen zeepaardjes verbruikt, waardoor de vangsten in twee jaar in enkele delen van Zuidoost-Azië met naar verluidt zestig procent daalden.

Het is niet moeilijk na te gaan bij wie de schuld ligt wanneer op een soort dermate jacht wordt gemaakt dat ze uitsterft. Maar wat te zeggen van de verzamelaars? Een bedreigde papegaai, de Braziliaanse goudparkiet, brengt een zwarte-markthandelaar in Brazilië naar men zegt $500 op. Maar wanneer hij hem in het buitenland verkoopt, krijgt hij er meer dan drie en een half maal zoveel voor.

Oorlogen en hun bijverschijnselen, groeiende menigten vluchtelingen, samen met een stijgend geboortencijfer, toegenomen vervuiling en zelfs het toerisme, zijn een bedreiging voor uitstervende soorten. Toeristen in motorboten brengen de dolfijnen waar zij op afkomen letsel toe, en het onderwatergeluid van de boten kan het gevoelige echo-oriëntatiesysteem van de dolfijnen verstoren.

Na deze treurige opsomming van menselijke vernielingen vraagt u zich misschien af: ’Wat doen natuurbeschermers voor het behoud van bedreigde soorten en hoeveel succes boeken zij?’

[Illustratie op blz. 6]

Massa’s planten, vogels, reptielen, insekten en andere dieren sterven als de mens bomen velt

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen