Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w75 1/11 blz. 652-658
  • Wij waarderen de jongeren die Jehovah’s weg bewandelen

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Wij waarderen de jongeren die Jehovah’s weg bewandelen
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1975
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • TEGENSTAND OVERWINNEN
  • EEN VASTBERADEN STANDPUNT INNEMEN
  • HET GOEDE NIEUWS MET ANDEREN DELEN
  • Jongeren — Verheug Jehovah’s hart
    Onze Koninkrijksdienst 1993
  • Het goede nieuws aanbieden — Op school
    Onze Koninkrijksdienst 1984
  • Uw Schepper gedenken in uw jongelingsdagen
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1971
  • „Uit de mond van kleine kinderen”
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1995
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1975
w75 1/11 blz. 652-658

Wij waarderen de jongeren die Jehovah’s weg bewandelen

„Gij zijt mijn hoop, o Soevereine Heer, Jehovah, mijn vertrouwen vanaf mijn jeugd.” — Ps. 71:5.

1. Wat is voor ouders nog belangrijker dan te zien dat hun kind zijn eerste stapjes doet?

WAT zijn ouders blij wanneer hun kleintje begint te leren lopen! Hoe vervult het hen met trots hem zijn eerste stapjes te zien doen! Waarheen zullen zijn stappen hem echter na verloop van tijd leiden? Zal hij leren de weg te volgen die door Jehovah wordt aangegeven? Zullen zijn ouders hem hierbij helpen door hem op deze weg voor te gaan? Zal hij het „pad des levens” en het „pad van oprechtheid” leren kennen? Of zal hij afwijken naar het pad van de goddelozen en de weg volgen van degenen die God vergeten? Veel hangt af van de opleiding die het kind in zijn prille jeugd ontvangt en van de opleiding die zijn ouders hem geven. — Ps. 16:11; 27:11; Spr. 4:14, 18.

2. Welke tendens wordt door een bekende schrijver opgemerkt?

2 Dat veel kinderen de juiste weg verlaten, werd toegegeven in een recent artikel van de hand van James Michener. Hoewel het getiteld was „Wat er goed is aan de hedendaagse jeugd”, werden actuele jeugdproblemen belicht, waarbij gesproken werd over de „onstuimige jeugdopstand gedurende de laatste jaren”, de „generatie- en de culturele kloof”, „de drugcultuur” en de tendens in de richting van gewelddaad. Zijn artikel berichtte: „In de afgelopen jaren zijn er bijvoorbeeld in Philadelphia onder schoolkinderen — van wie velen op weg naar school waren of van school naar huis gingen — zo’n vijftig moorden per jaar gepleegd. Dit is beslist geen bescheiden verandering; dit is een revolutie van uitzonderlijke afmetingen. Ik tref onder jongelui van alle leeftijden een verwilderde houding aan, een niet reageren op streng onderricht en, hetgeen sterk op de voorgrond treedt, een totale verandering in houding ten opzichte van het taalgebruik, aangezien de meest godslasterlijke taal thans algemeen wordt aanvaard.”

3. Hoe ernstig is het probleem van de jeugdcriminaliteit?

3 Hetzelfde probleem met betrekking tot de jeugd is in de gehele wereld kenbaar. In een artikel in de London Daily Mail werd bericht: „Kinderen van slechts tien jaar oud zijn in toenemende mate voor roofovervallen en geweldmisdrijven verantwoordelijk. Een Scotland-Yardstudie onthulde een schrikbarende toename in het aantal betrokken jongeren.” Een bericht uit Brazilië sprak over het „begin van serieuze disciplinaire maatregelen in Sao Paulo en Rio de Janeiro tegen de zich uitbreidende plaag van jeugdmisdaad. Volgens schattingen door de politie zal de jeugdcriminaliteit dit jaar met op zijn minst 12 percent toenemen. ’Sommige ouders leren hun zoons zelfs de kneepjes van het vak’, zo zei één politieagent”. In Los Angeles werden vorig jaar meer jongeren (in totaal 104) dan volwassenen voor moord berecht. In Ierland stierf een rijkspolitieagent toen een groep kinderen zijn patrouilleauto met stenen bekogelde, hetgeen een dodelijk ongeluk tot gevolg had. In New York werd een dertienjarig meisje bij een roofoverval op een spaarbank gearresteerd. Naar verluidt is de gemiddelde leeftijd voor van huis weggelopen jongeren thans vijftien jaar, en het is niet ongewoon wanneer kinderen van die leeftijd drugs gebruiken. Het is dus duidelijk dat kinderen zelfs op jeugdige leeftijd bij ernstige moeilijkheden betrokken kunnen raken. Kunt u uw kinderen helpen zulke moeilijkheden te vermijden?

4. Wanneer wij dit probleem in het licht van de bijbel beschouwen, dient het ons dan te verbazen, en wat is vaak nuttig voor de kinderen?

4 Hoewel ouders in sommige gezinnen alles in het werk stellen om de bijbel in hun leven toe te passen, bemerken zij toch dat hun kinderen niet gunstig op het onderricht reageren of opstandig zijn. Dit is echter niet zo verbazingwekkend wanneer wij het geval van Jakob en Esau beschouwen, twee zonen uit hetzelfde gezin die twee tegenovergestelde handelwijzen in het leven volgden, of wanneer wij het feit beschouwen dat de „laatste dagen” volgens de bijbelse profetieën gekenmerkt zouden worden door kinderen die „ongehoorzaam aan ouders” zijn (2 Tim. 3:1, 2). Zulke problemen doen zich echter veel vaker voor in gezinnen waar de kinderen geen schriftuurlijke richtlijnen ontvangen waardoor zij zich kunnen laten leiden.

5. Waarom verdienen veel ouders en kinderen lof?

5 Ouders met gelovige kinderen verdienen beslist lof voor de krachtsinspanningen die zij hebben gedaan om hun gezin in Gods Woord en voornemen te onderwijzen. Ook de kinderen verdienen lof, vooral wanneer wij in gedachten houden dat velen aan druk blootstaan van de zijde van ongelovige metgezellen en zelfs van de zijde van onderwijzers die het bijbelse standpunt misschien wel belachelijk maken. Bovendien zijn vele jongeren de wijsheid van Gods Woord gaan inzien ondanks het feit dat zij door hun ouders of andere gezins- of familieleden werden ontmoedigd of tegengestaan. Op grond van hun studie van de bijbel zijn zij ertoe gekomen om evenals de psalmist te zeggen: „Uw woord is een lamp voor mijn voet, en een licht op mijn pad.” — Ps. 119:105.

TEGENSTAND OVERWINNEN

6. (a) Welke tegenstand ontmoette een jonge broeder in Trinidad? (b) Welke schriftuurlijke raad volgde hij?

6 Een jonge knaap op Trinidad die de Schrift bestudeerde, ondervond veel tegenstand van de zijde van zijn familie, vooral van de zijde van zijn tante. Bij een zekere gelegenheid rukte zij hem zijn broek af om hem te beletten naar een vergadering te gaan. Een andere keer ging zij naar de Koninkrijkszaal om er een scène te maken en hem er zodoende van af te schrikken de vergadering bij te wonen. Zijn moeder sloeg hem vaak. Toen de tijd was aangebroken dat hij zijn eerste openbare bijbellezing zou houden, waren zijn schoenen verstopt, zodat hij een paar van een buurman moest lenen. Toch is hij nu in de christelijke volle-tijddienst en heeft hij anderen in zijn familie in geestelijk opzicht kunnen helpen. Hij heeft in feite datgene gezegd wat in Psalm 119:57-61 staat opgetekend: „Jehovah is mijn deel; ik heb beloofd uw woorden te onderhouden. Ik heb uw aangezicht vermurwd met heel mijn hart. Betoon mij gunst naar uw toezegging. Ik heb mijn wegen overdacht, om mijn voeten te doen terugkeren tot uw vermaningen. Ik heb mij gehaast en heb niet getalmd om uw geboden te onderhouden. Ja, de koorden van de goddelozen hebben mij omgeven. Uw wet ben ik niet vergeten.”

7. Welke zegeningen — ondanks tegenstand — genoot een jong meisje doordat zij zich op Jehovah’s Woord verliet?

7 In een ander gezin vertelt de dochter dat haar broer de waarheid het eerst leerde kennen en daarna haar ervoor begon te interesseren, maar dat hun moeder er om de een of andere reden onmiddellijk op tegen was. Om de studie te kunnen voortzetten, moesten zij dit in het geheim doen en onder de tafel studeren om niet gesnapt te worden, maar hun moeder maakte er al gauw een eind aan en het werd hun zelfs verboden thuis de naam Jehovah te noemen. Later werd de dochter naar een meisjesschool gestuurd, waar zij werd gedwongen naar de kerk te gaan, hoewel zij de predikant smeekte een van Jehovah’s getuigen te laten komen om met haar te studeren. De leraren op school waren erg sarcastisch met betrekking tot haar geloofsovertuiging en velen van haar klasgenoten bespotten haar en probeerden ruzie te maken. Toen zij later bij een Luthers echtpaar werd ondergebracht, gaf zij de moed niet op, hoewel zij erg tegen haar geloof gekant waren en haar uiteindelijk op straat zetten. Op de middelbare school benutte zij de gelegenheid om tijdens een natuurkundeles over het onderwerp te spreken: „Is de mens ontstaan door evolutie of door schepping?” Zij verspreidde toen vierentwintig boeken aan de leerlingen en richtte een bijbelstudie op. Een van de jonge mensen met wie zij studeerde, is nu een opgedragen getuige van Jehovah, en deze jonge zuster is nu al ruim drie jaar in de gewone pioniersdienst. Ervaringen zoals deze tonen aan dat kinderen ondanks tegenstand Jehovah’s weg kunnen bewandelen, waarbij zij feitelijk zeggen: „Ik heb vertrouwd op uw woord, . . . en ik wil uw wet voortdurend onderhouden, tot onbepaalde tijd, ja, voor eeuwig.” — Ps. 119:42-44; Pred. 12:1.

8. Hoe kunnen ouderlingen jongeren sterken die tegenstand ondervinden bij hun pogingen Jehovah’s weg te volgen?

8 Gemeenten waarin zich kinderen bevinden die met zulk een tegenstand van de zijde van familie te kampen hebben, doen er goed aan deze jongeren alle aanmoediging te geven welke maar mogelijk is. Ouderlingen in de gemeenten zullen niet alleen hulp en aanmoediging geven aan gezinsgroepen, maar vooral aan jonge mensen uit gezinnen die in religieus opzicht verdeeld zijn, en in de Koninkrijkszaal met hen spreken, hen thuis opzoeken als dit gelegen komt en hen uitnodigen om zowel in de geestelijke omgang als in de ontspanning van hun eigen gezin te delen als dit passend is. Deze jonge Getuigen moeten weten dat anderen in de gemeente heel veel belangstelling voor hen hebben, en het is goed om met hen te spreken over hetgeen zij doen en de doeleinden die zij in het leven hebben, waarbij vaderlijke en schriftuurlijke raad gegeven kan worden wanneer dit passend schijnt te zijn. Dit maakt allemaal deel uit van het werk van een ouderling in de gemeente en vormt er een extra aanwijzing van dat hij waardering heeft voor deze jongeren, die ondanks belemmeringen die zij op hun pad tegenkomen, Jehovah’s weg trachten te bewandelen. Wanneer de jongeren aldus door hun metgezellen in de gemeente worden aangemoedigd, zullen zij ertoe worden aangespoord te zeggen: „Een medestander ben ik van allen die u werkelijk vrezen, en van hen die uw bevelen onderhouden. Uw liefderijke goedheid, o Jehovah, heeft de aarde vervuld. Leer mij úw voorschriften.” — Ps. 119:63, 64.

EEN VASTBERADEN STANDPUNT INNEMEN

9. Welke schriftplaatsen hebben veel jongeren geholpen een voortreffelijk getuigenis omtrent christelijke neutraliteit te geven?

9 De rechtschapenheid en neutraliteit van christelijke jongeren worden op vele manieren bedreigd, vooral gedurende hun schooljaren. Vaak rijst er een strijdpunt in verband met volks- of schoolliederen en het groeten van de vlag, aangezien landen graag willen dat de geest van de leerlingen met nationalisme wordt vervuld. Jeugdige christelijke getuigen van Jehovah zijn als groep standvastig gebleven onder dergelijke vormen van druk, terwijl zij hierdoor hun christelijke neutraliteit bewaarden, ook al betekende dit voor sommigen dat zij van school gestuurd werden. Degenen evenwel die het beginsel in gedachten hadden van Exodus 20:4, 5 („Gij moogt u geen gesneden beeld maken, noch enige gedaante . . . Gij moogt u voor die niet buigen, noch u ertoe laten bewegen ze te dienen”) en die aan het voorbeeld dachten van de drie getrouwe Hebreeën — hetgeen staat opgetekend in Daniël hoofdstuk 3 — die zich ervan weerhielden beelden te aanbidden, zijn erin gesterkt deze beproevingen te verduren, en zij hebben school- en regeringsautoriteiten daardoor een uitstekend getuigenis gegeven. — Spr. 20:11.

10. Hoe had het krachtige standpunt van een jong schoolmeisje een zegen tot gevolg?

10 Een elfjarig schoolmeisje in Californië werd door een klasgenootje benaderd die haar vroeg of zij een van Jehovah’s getuigen was; zij meende dat dit de reden moest zijn waarom zij niet ging staan wanneer het volkslied werd gezongen en waarom zij niet meezong. Het meisje dat dit vroeg, had belangstelling voor de waarheid gekregen door haar grootouders en wilde een bijbelstudie hebben, hoewel haar ouders geen belangstelling hadden. Ook anderen toonden belangstelling voor de studie, zodat op zeker moment elf leerlingen gedurende de vrije tijd op school aan het studeren waren. Het standpunt dat een jong meisje voor haar geloof innam, had een voortreffelijk getuigenis voor anderen tot gevolg.

11. (a) Aan welke andere strijdpunten moeten jonge Getuigen het hoofd bieden? (b) Aan welke vormen van druk om ten aanzien van bijbelse beginselen te schipperen, hebben jongeren het hoofd moeten bieden, en hoe zijn deze overwonnen?

11 Ook al is het strijdpunt van het nationalisme niet krachtig, dan kunnen er toch andere vormen van druk rijzen. Een goede leerling wordt ertoe aangespoord „hoger onderwijs” te gaan volgen of misschien wordt hij er wel toe verlokt door middel van een wereldse werkkring materiële voordelen te behalen (1 Tim. 6:17, 20, 21). Op school moeten velen het hoofd bieden aan druk om zich aan te passen op het gebied van kleding en haarstijl. Jeugdige Getuigen hebben echter geweigerd zich als de wereldse jongeren te kleden, waardoor zij het vermeden maatstaven op het gebied van kleding te aanvaarden die misschien onbescheiden zijn en tot immoraliteit zouden leiden of die tot gevolg zouden hebben dat zij met een opstandige groep vereenzelvigd zouden worden. Eén jong zusje werd wegens haar bescheiden kleding geplaagd en „onaanraakbaar” genoemd, maar zij legde eenvoudig uit dat zij, als een van Jehovah’s getuigen, aan deze maatstaf vasthield. De vader van een gezin van zeven kinderen berichtte dat zij geen probleem hebben gehad met onbescheiden kleding of een extreme haardracht, omdat de ouders erop stonden dat het haar een bepaalde lengte had en de kleding bescheiden was. Dit heeft in werkelijkheid als een bescherming voor zijn kinderen gediend aangezien zij de kleding van andere kinderen in de omgeving nu vreemd vinden en niet met hen willen omgaan.

12, 13. Hoe kunnen bijbelse maatstaven als een bescherming dienen?

12 Ook hebben deze ouders hun kinderen leiding kunnen geven op het gebied van ontspanning door met betrekking tot muziek, lectuur en televisie maatstaven vast te stellen die overeenstemmen met bijbelse beginselen. Een dergelijke opleiding werpt veel nut af wanneer de kinderen later de leeftijd hebben bereikt dat zij hun eigen ontspanning kiezen: naar wat voor films zij zullen kijken, wat voor liederen zij zullen zingen en voor welke dingen zij belangstelling zullen hebben.

13 Vrees om Jehovah te mishagen zal er ook toe bijdragen druk af te weren die op school wordt uitgeoefend — de durf om dit of dat te doen, met inbegrip van het gebruik van drugs (Ps. 111:10). Vele jonge Getuigen hebben gemerkt dat zij het beste tegen moeilijkheden of slechte metgezellen worden beschermd door hun geloof met anderen te delen. Indien iemand als een getuige van Jehovah bekendstaat, doordat hij bij elke geschikte gelegenheid over de bijbelse waarheid spreekt, zal dit degenen afschrikken die geen goed hart bezitten of hoge maatstaven aanhouden, terwijl het degenen aantrekt bij wie dit wel het geval is.

HET GOEDE NIEUWS MET ANDEREN DELEN

14. Wat hebben vele jeugdige Getuigen gedaan om de waarheid op school met anderen te delen? Vermeld ook plaatselijke ervaringen.

14 Vele jeugdige Getuigen hebben voordeel getrokken van gelegenheden om het goede nieuws op school met anderen te delen door getuigenis te geven aan de leerkrachten en hun klasgenoten. Sommigen hebben hun schoolverslagen of commentaren tijdens klassebesprekingen op de bijbel of op materiaal uit de publikaties van het Wachttorengenootschap gebaseerd. Zij benutten graag gunstige gelegenheden om op school getuigenis te geven, waarbij zij soms speciaal interessante tijdschriften of exemplaren van het Evolutie-boek aanbieden, zodat er op deze wijze duizenden exemplaren van zijn verspreid. Zij hebben de waarheid ervaren van de woorden van de psalmist: „Meer inzicht dan al mijn leraren heb ik gekregen, omdat uw vermaningen mijn intense belangstelling hebben.” — Ps. 119:99.

15. Geef een voorbeeld van het getuigenis dat een waakzame tiener op school heeft gegeven.

15 In de Amerikaanse staat Arkansas herinnerde een meisje dat een Getuige was zich een Ontwaakt!-artikel over naaien dat geschikt zou zijn voor haar huishoudkundeles, en daarom nam zij het voor haar lerares mee, die het aan de hele klas voorlas. Later nam de lerares nog meer publikaties, en er werd met haar een studie opgericht. In Duitsland studeerde een jeugdige Getuige wat over het onderwerp drugs ten einde gedurende de klassebespreking na een filmvertoning over dat onderwerp getuigenis te kunnen geven. Toen de leraar hem vroeg hoe hij hier als een van Jehovah’s getuigen over dacht, wist hij dit zo goed te vertellen dat hij twee uur lang tot twee klassen mocht spreken, waarbij hij de Schrift en de meegenomen publikaties gebruikte. Later werd hem gevraagd gedurende een periode van vier uur tot zestien klassen te spreken. Alles bij elkaar hebben 691 leerlingen zijn uiteenzetting aangehoord, terwijl er honderden tijdschriften werden verspreid.

16. Hoe hebben anderen de waarheid met hun klasgenoten gedeeld?

16 Op Cyprus kreeg een negenjarige christelijke jongen de gelegenheid een prachtig getuigenis te geven toen in de klas een vraag werd gesteld over wat Jehovah’s getuigen geloven. Nadat anderen enkele opmerkingen hadden gemaakt, zei hij dat hij, aangezien hij zelf een Getuige was, in de beste positie verkeerde de vraag te beantwoorden, waarna hij voor de vuist weg een toespraak hield waarin hij aantoonde dat Jehovah’s getuigen christenen zijn die Jehovah aanbidden aangezien Hij zowel de Schepper als de Vader van Jezus is. Hij beantwoordde één tegenwerping door erop te wijzen dat neutraliteit met betrekking tot gewapende conflicten in harmonie is met de woorden van de engelen bij Jezus’ geboorte: „Op aarde vrede onder mensen van goede wil.” (Luk. 2:13, 14; vergelijk Matthéüs 11:25.) Nog een tiener die een gelegenheid benutte om getuigenis te geven, was een jong christelijk meisje in Californië dat werd uitgekozen om haar afstuderende klas te vertegenwoordigen door een afscheidstoespraak te houden. Deze getuige van Jehovah sprak tot 800 personen over het onderwerp „Mijn hoop voor de toekomst”, waarbij zij een schitterend getuigenis gaf over bijbelse beloften. Zoals zij echter opmerkte, zou zij „dit nooit zonder Jehovah’s hulp hebben kunnen doen”.

17. (a) Hoe belangrijk zijn een sterk verlangen en krachtsinspanningen om zulk een schitterende ervaring mogelijk te maken als die van de jonge Getuige in Chili? (b) Hoe passen jonge verkondigers die getuigenis geven, de gedachte uit Psalm 119:26-48 toe?

17 Heb jij voordeel getrokken van zulke gelegenheden om getuigenis te geven? Misschien valt je dan wel net zo’n wonderbaarlijk voorrecht ten deel als een dertienjarige verkondigster van Gods koninkrijk in Chili ondervond. Haar leraar vertelde de klas dat de bijbel een mythe is en dat de evolutie waar is, waarop de verkondigster enkele opmerkingen maakte om uit te leggen waarom zij het hier niet mee eens kon zijn. Het duurde niet lang of enkelen van de leerlingen vroegen haar of zij hun bijbelles wilde geven, en al gauw had zij een groepje van zevenentwintig leerlingen met wie zij tweemaal per week studeerde. Zij bereidde zich zorgvuldig op de studie voor en gaf hun zelfs schriftelijke overzichten. Aan het einde van het jaar verklaarde het hoofd van de school dat deze proefwerkcijfers als een onderdeel van hun gewone schoolwerk beschouwd zouden worden. Nu bezoeken drie kinderen van deze groep de vergaderingen. — Ps. 119:46-48.

18. Hoe hebben velen er vreugde in geschept Jehovah gedurende de jeugd te dienen, en met welke voordelen?

18 Anderen hebben voordeel getrokken van vrije dagen en schoolvakanties om hun vrije tijd voor de velddienst te gebruiken, en velen die gedoopt zijn, hebben aan het tijdelijke pionierswerk deelgenomen. Hierdoor is niet alleen hun eigen geestelijke gezindheid opgebouwd, maar zijn ook anderen naar de gemeente geleid. Vaak leidt deze tijdelijke pioniersdienst tot de volle-tijd predikingsdienst. Eén jong christelijk meisje dat zich nu al vier jaar in dit volle-tijdwerk verheugt, schreef onlangs dan ook: „Ik zou wel willen dat ik aan alle jonge broeders en zusters kon doorgeven welk een vreugde het schenkt Jehovah in je jeugd te dienen. Veel jongeren denken misschien dat je te veel gebonden bent als je het volle-tijd predikingswerk op je neemt, maar het tegendeel is veeleer waar. Je voelt je alsof je meer vrijheid hebt, aangezien je weet dat je doet wat je moet doen, en als je dan echt tijd voor jezelf hebt, kun je er met zulk een vrede des geestes en met een rein geweten van genieten.”

19. Wat dienen jongeren te beschouwen wanneer zij hun doeleinden in het leven vaststellen, en hoe kunnen zij in dit opzicht geholpen worden?

19 De doeleinden die jongeren zowel door hun ouders als door de gemeente voor ogen krijgen gesteld, helpen hen Jehovah’s weg te bewandelen. Wat zijn jouw doeleinden? Denk je aan de volle-tijd velddienst en het doen van Jehovah’s wil? Of is je streven op persoonlijke belangen gericht: op het krijgen van een baan, het kopen van een auto of de vooruitzichten van een huwelijk? Hoewel er niets verkeerds is aan zulke doeleinden, missen ze op zichzelf genomen een belangrijk element dat vreugde aan het leven schenkt — de dienst van onze Schepper. Ze komen overeen met de verlangens van de mensen in Noachs tijd, die ’geen acht sloegen’ op Noachs waarschuwing „totdat de vloed kwam en hen allen wegvaagde” (Matth. 24:38-42). Als kinderen thuis worden aangemoedigd de Koninkrijksdienst op de eerste plaats in hun leven te stellen, zullen zij hier graag gunstig op reageren. Dit is het geval geweest met een gezin met vijf meisjes die er altijd toe werden aangemoedigd zich na het beëindigen van de middelbare school pionieren ten doel te stellen. Nu nemen drie van hen aan deze activiteit deel, terwijl hun jongere zusjes zich te zamen met hun ouders geregeld in de tijdelijke pioniersdienst verheugen.

20. Op welke manieren, die bijzonder worden gewaardeerd, kunnen jonge Getuigen de gemeente helpen?

20 Ongeacht of men nu het volle-tijd predikingswerk op zich neemt of niet, allen kunnen gedurende de vergaderingen opbouwende commentaren geven en een aandeel hebben aan het programma van de Theocratische Bedieningsschool in de Koninkrijkszaal. De krachtsinspanningen die de jongeren doen om in zulke opzichten een aandeel te hebben, worden door allen bijzonder gewaardeerd. Anderen vinden het prettig er een aandeel aan te hebben de zaal schoon en presentabel te houden. Vele jongeren hebben met ouderen in de gemeente samengewerkt aan de bouw van Koninkrijkszalen, waarbij zij niet alleen iets over bouwwerkzaamheden leerden, maar ook genoten van de opbouwende geestelijke omgang met hun broeders. En later zijn er gelegenheden om mee te helpen aan de verzorging van de tuin of aan dingen die in de zaal gedaan moeten worden, zoals het podium in gereedheid brengen, voor de microfoons zorgen, helpen schoonmaken of andere taken. Velen spreken met waardering over het voortreffelijke gedrag van jonge verkondigers in de Koninkrijkszaal. Wat is het toch aangenaam wanneer jonge broeders en zusters bezoekers begroeten en zich aan hen voorstellen of wanneer zij waardering tot uitdrukking brengen jegens een spreker voor zijn lezing! En aangezien er zo veel jonge kinderen naar de vergaderingen gaan, is het voortreffelijke gedrag van degenen die hebben geleerd zich hoffelijk te gedragen en gedurende het programma aandacht te schenken aan wat er wordt onderwezen, bijzonder nuttig om nieuwelingen of kinderen die jonger zijn, een voorbeeld te geven dat zij kunnen navolgen.

21. Welke voorrechten staan degenen te wachten die Jehovah’s weg bewandelen?

21 Veel ouders hebben uiting gegeven aan het geluk dat het hun heeft geschonken te zien dat hun kinderen in geestelijk opzicht vorderingen maakten door wereldse druk te overwinnen en naar dienstvoorrechten te streven, waarna sommigen pioniers of zendelingen werden, sommigen het kring- of districtsopzienerswerk op zich namen, anderen leden van de Bethelfamilie werden en velen dienaren in de bediening en ouderlingen in de gemeenten werden. Veel van deze vooruitgang kan worden toegeschreven aan het voortreffelijke fundament dat werd gelegd toen zij jong waren. Wanneer jongeren in zulke gezins- en gemeenteregelingen samenwerken, kunnen zij verwachten dat Jehovah hen zal zegenen en belonen. — Spr. 22:6.

22. Wat is de hedendaagse toepassing van Exodus 20:12?

22 Het is voor iemand niet gemakkelijk zijn rechtschapenheid te bewaren wanneer hij onder de druk staat van dit samenstel van dingen, maar degenen die vastbesloten zijn Jehovah’s weg te bewandelen, zullen zijn zegen en steun hebben. In Exodus 20:12 wordt dan ook de raad gegeven: „Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen lang mogen blijken te zijn op de grond die Jehovah, uw God, u geeft.” Deze woorden werden tot de Israëlieten gesproken voordat zij het Beloofde Land binnengingen en zijn derhalve speciaal van belang in deze tijd, nu wij het einde van dit samenstel van dingen naderen en de nieuwe ordening van rechtvaardigheid snel naderbij zien komen. Het is voor de jongeren belangrijk niet alleen hun vader en moeder, maar ook hun hemelse Vader, Jehovah, en zijn met een vrouw te vergelijken organisatie, te respecteren en te eren (Spr. 1:8, 9). Door dit te doen, kunnen zij vol vertrouwen verwachten in dat nieuwe, door Jehovah beloofde samenstel een plaatsje te hebben. Ja, wij hebben beslist waardering voor de jongeren die Jehovah’s weg bewandelen. — Spr. 3:1-7.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen