De plaats van de jeugd in de christelijke maatschappij
„Looft Jah! . . . gij jongelingen en ook gij maagden.” — Ps. 148:1, 12.
1, 2. (a) Welke uitwerking heeft het op u wanneer u wordt voorbijgezien of overgeslagen? (b) Hoe bezien Jehovah God en Jezus Christus kinderen?
MISSCHIEN hebt u wel eens zo iets meegemaakt: U was uitgenodigd voor de een of andere grote feestelijke gelegenheid waar de plaatsen voor alle gasten door middel van naamkaartjes waren aangegeven. Maar door een vergissing was er geen plaats aan u toegewezen. Dit kan een penibele en pijnlijke situatie zijn. Het is niet prettig om overgeslagen of voorbijgezien te worden, niet waar?
2 Evenzo zouden sommige personen geneigd kunnen zijn jonge mensen over het hoofd te zien of over te slaan, omdat zij hen geen aandacht of belangstelling waard achten. Onze Schepper, Jehovah God, of zijn Zoon, Jezus Christus, bezien jongeren echter niet op deze wijze. Toen Jezus’ discipelen geneigd waren kinderen bij hem vandaan te houden, bestrafte Jezus hen: „Laat de jonge kinderen tot mij komen; tracht niet hen tegen te houden” (Mark. 10:14). Jezus beklemtoonde dat zelfs kleine schepselen kostbaar zijn in Gods ogen, door te zeggen: „Worden niet twee mussen voor een geldstuk van geringe waarde verkocht? Toch zal er niet een van op de grond vallen zonder medeweten van uw Vader” (Matth. 10:29). Indien Jehovah dus zelfs kleine vogels waardevol acht, hoeveel te meer kunnen dan kleine kinderen hem dierbaar zijn!
3. Waarom zijn niet alle kinderen, evenmin als alle engelen, God dierbaar?
3 Zo’n kostbaarheid in Gods ogen komt echter niet automatisch tot stand. Niet alle jongeren zijn God dierbaar — en evenmin alle engelen. De bijbel zegt: „De engelen die hun oorspronkelijke positie niet hebben behouden maar hun eigen juiste woonplaats hebben verlaten, heeft hij met eeuwige banden onder dikke duisternis bewaard voor het oordeel van de grote dag” (Jud. 6). Engelen hebben werktoewijzingen in de hemel, waar zij Jehovah God als een deel van zijn hemelse organisatie dienen. De engelen van wie hierboven sprake is, zagen echter iets anders dat hun aanlokkelijk toescheen, en daarom verlieten zij hun „juiste woonplaats”. Wat zagen zij?
4, 5. (a) Waarom hielden bepaalde engelen ermee op God te dienen, en wat deed God in verband met de verschrikkelijke toestanden die hier het gevolg van waren? (b) Welke les kunnen wij allen hieruit leren?
4 De bijbel legt uit: „De zonen van de ware God [gingen] de dochters der mensen . . . gadeslaan en bemerkten dat zij mooi waren; en zij gingen zich vrouwen nemen” (Gen. 6:2). Waren deze ’zonen van God’ louter mannen op aarde? Neen. Zij waren in werkelijkheid engelenzonen van God die hun juiste plaats in de hemel verlieten en in menselijke lichamen verschenen ten einde seksuele betrekkingen met de mooie vrouwen op aarde te hebben. Als gevolg van hun immorele invloed, en later die van hun bastaardnakomelingen, gingen de toestanden op aarde snel achteruit, zodat God besloot een wereldomvattende vloed te brengen. De bijbel zegt: „Dientengevolge zag Jehovah dat de slechtheid van de mens overvloedig was op de aarde en dat elke neiging van de gedachten van zijn hart te allen tijde alleen maar slecht was. Daarom zei Jehovah: ’Ik zal de mensen, die ik heb geschapen, van de oppervlakte van de aardbodem wegvagen.’” — Gen. 6:5, 7.
5 Voor ons allemaal, voor zowel jong als oud, ligt hierin een les opgesloten, en wel de volgende: Jehovah heeft een plaats voor zijn ware dienstknechten, en zij dienen op juiste wijze aan die plaats vast te houden. Ja, om Jehovah dierbaar te zijn, moeten wij onze plaats in zijn regeling kennen en eraan vasthouden. Jongeren, wat is jullie juiste plaats?
DE PLAATS VAN DE JEUGD IN GODS REGERING
6. (a) Wat is onze juiste plaats? (b) Wat maakt ons kostbaar in Gods ogen?
6 Uit liefdevolle bezorgdheid voor mensen heeft Jehovah zijn Zoon Jezus Christus verschaft om de juiste plaats voor ons allemaal vast te stellen. Christus heeft het fundament voor een christelijke maatschappij gelegd. In deze tijd bestaat die maatschappij van ware aanbidders onder Jehovah’s Getuigen. De juiste plaats voor zowel jong als oud bevindt zich dan ook binnen deze christelijke maatschappij. Merk evenwel op: Men wordt niet kostbaar in Jehovah’s ogen door alleen maar vergaderingen met Jehovah’s Getuigen te bezoeken of met hen om te gaan; deze band komt veeleer door iemands getrouwheid jegens Jehovah tot stand! „Wat . . . wordt verwacht”, zegt 1 Korinthiërs 4:2, „is, dat elkeen getrouw wordt bevonden.” Een getrouwe zesjarige, of een zestienjarige, is veel kostbaarder in Jehovah’s ogen dan de machtige engelen die hun eigen juiste woonplaats verlieten en ontrouw werden. Die engelen hebben niet langer enige plaats in Gods regeling.
7. Wat is het belangrijkste werk dat wij allen moeten verrichten?
7 Wij allen — jong en oud, mannen en vrouwen — die deel uitmaken van de christelijke maatschappij, moeten getrouw een gemeenschappelijk, uiterst belangrijk werk verrichten. Dat werk houdt in dat wij het voornemen van onze Vader bekendmaken en door ons gedrag en doordat wij over hem spreken, als zijn Getuigen dienst verrichten. Alleen als wij dit doen, bevinden wij ons op onze juiste plaats. De 148ste psalm zegt: „Looft Jah . . . gij jongelingen en ook gij maagden, gij oude mannen te zamen met knapen. Dat zij de naam van Jehovah loven.” Jonge mensen ontvangen de speciale aansporing: „Gedenk nu uw grootse Schepper in uw jongelingsdagen.” — Pred. 12:1.
8, 9. (a) Hoe vervullen onbezielde dingen hun doel in de schepping? (b) Hoe moeten wij het doel waarvoor wij leven, vervullen?
8 De vraag is: Bevindt u zich op uw juiste plaats? Looft u Jehovah werkelijk? Opent u uw bijbel eens bij die 148ste psalm. Merk op hoe hierin herhaaldelijk de aansporing wordt gegeven Jehovah te loven. De zon, de maan, de sterren, de bomen, de viervoetige dieren en de vogels, ja, alle scheppingen van God worden ertoe aangespoord hem te loven. En sta er eens bij stil op welke schitterende manier zij dit doen. Een zonsopgang of een zonsondergang, die met prachtige kleuren opvlamt, is een gloedvol huldeblijk aan de Grootse Maker van de zon. De nachtelijke sterren, die als fonkelende diamanten op zwart fluweel boven ons zijn uitgestald, of de zilverkleurige maan die op de golven van de zee schijnt, onthullen dat een Grootse Architect voor al deze prachtige dingen verantwoordelijk is. De instinctieve wijsheid van dieren, de vogeltrek — wij zouden kunnen blijven doorgaan en kunnen opmerken hoe de dingen die door Jehovah zijn gemaakt, hem werkelijk loven. Hoe staat het echter met jullie „jongelingen en maagden” ofte wel jonge mannen en jonge vrouwen?
9 Jullie lichaam op zichzelf doet Jehovah reeds eer aan. De schoonheid, behendigheid en gratie waarmee atletische jonge mannen en vrouwen zich bewegen, getuigen van het werk van een Meesterontwerper. Mensen zijn er echter ook toe bestemd Jehovah te loven door de rechtschapen wijze waarop zij hun leven leiden en door de goede dingen die zij over hem en zijn werken zeggen. Wij moeten de vastberadenheid van de psalmist David bezitten, die zei: „Jehovah’s lof zal mijn mond spreken.” Ook dient ons gedrag voorbeeldig te zijn. Christenen worden ertoe aangespoord ’zich af te keren van wat slecht is en te doen wat goed is’ (Ps. 145:21; 1 Petr. 3:11). Geef jij jegens Jehovah blijk van waardering voor zijn goedheid door hem op deze manieren te loven? Bevind jij je op je juiste plaats?
GELEGENHEDEN OM JEHOVAH TE LOVEN
10. Hoe kunnen christelijke jongeren soms over hun positie in de gemeente denken?
10 Mensen zijn er ongelukkig genoeg toe geneigd zich om positie te bekommeren. Jezus’ apostelen bekommerden zich hierom. Jakobus en Johannes hebben zelfs eens gevraagd of Jezus hun een belangrijke positie naast zichzelf in zijn koninkrijk wilde geven (Mark. 10:35-37). Sommige jongeren in deze tijd hebben een overeenkomstige houding. Zij vinden dat zij geen voorrechten of gelegenheden hebben om dingen in de gemeente te doen. ’Ik ben maar een kind of een tiener. Wat kan ik doen?’ zullen zij misschien vragen. Toch hebben jullie jongeren juist speciale gelegenheden om Jehovah te loven.
11. Welke unieke gelegenheden hebben jongeren om Jehovah te loven?
11 Gedurende een groot deel van het jaar staan jullie nauw in contact met zowel klasgenoten als onderwijzers en leraren. Op jullie gedrag wordt dus als het ware een schijnwerper gericht, aangezien het door veel personen wordt waargenomen. Vraag jezelf af: Strekt mijn gedrag tot eer van Jehovah, de God met wie mensen mij vereenzelvigen? Houd in gedachte dat je gedrag hetzij tot eer van hem zal strekken of smaad op hem zal werpen. En hier is nòg iets om over na te denken: Trek ik voordeel van gelegenheden op school om over Jehovah’s voornemen te spreken? Dient onze houding niet te zijn als die van de psalmist David: „Jehovah’s lof zal mijn mond spreken”? (Ps. 145:21) Veel christelijke jongeren hebben de zienswijze aanvaard dat de school hun „gebied” is, zodat zij waakzaam naar gelegenheden uitzien om getuigenis te geven. Doe jij dit ook?
12. (a) Waarom vinden jongeren het vaak moeilijk aan medeleerlingen en leerkrachten getuigenis te geven? (b) Wat maakte één jongere mee?
12 Sommige jongeren vinden het echter moeilijk om getuigenis te geven aan klasgenoten of leerkrachten. Eén reden is, dat zij zich er een beetje voor generen geïdentificeerd te worden als bijbelonderzoekers of personen die er belangstelling voor hebben over God te praten. Een tiener in Californië probeerde bijvoorbeeld het voor anderen verborgen te houden dat hij een van Jehovah’s Getuigen was. Zoals u zich kunt voorstellen, maakte het hem niet gelukkiger om voortdurend in vrees te leven dat anderen hier achter zouden komen. Ten slotte dacht deze tiener ernstig over de kwestie na. Hij was ervan overtuigd dat hij het ware geloof had, dus waarom zou hij zich erover schamen? Hij besloot heel openlijk over zijn religie te worden en bij passende gelegenheden de redelijkheid van bijbelse leerstellingen aan anderen duidelijk te maken. Niet alleen maakte dit hem uiteindelijk veel gelukkiger, maar hij won ook het respect van veel leraren en klasgenoten.
13, 14. Wat zijn enkele gelegenheden om op school getuigenis te geven?
13 Deze tiener bemerkte dat er op school veel gelegenheden zijn om Gods kijk op kwesties bekend te maken. Jullie kunnen deze ook vinden. De klas zou bijvoorbeeld de werken kunnen beschouwen van de een of andere welbekende schrijver die over de onsterfelijkheid van de ziel of een ander met de bijbel verband houdend onderwerp heeft geschreven. In je opstel of in de klasbesprekingen zou je op tactvolle wijze kunnen aantonen hoe de zienswijze van de auteur afsteekt bij wat de bijbel over het onderwerp zegt (Ezech. 18:4; Pred. 9:5, 10). Getuigen in de tienerleeftijd hebben dit inderdaad gedaan, waardoor de weg werd geopend voor verdere bijbelbesprekingen op school.
14 Op zeker moment gedurende de schooltijd komt gewoonlijk ook het onderwerp van ’s mensen oorsprong in een klasbespreking ter sprake, en ook dan doet zich weer een schitterende gelegenheid voor om getuigenis te geven. Je kunt inlichtingen gebruiken uit het boek Is de mens ontstaan door evolutie of door schepping?, waarin bewijzen worden verschaft ten behoeve van schepping. Getuigen in de tienerleeftijd hebben dit gedaan en hebben als resultaat heel wat van deze boeken aan leerkrachten en klasgenoten verspreid. Ook kan het zijn dat in een van jullie klassen onderwerpen als het maken van afspraakjes, seksualiteit, drugs, alcoholisme of verwante zaken ter sprake komen. Vaak hebben christelijke jongeren hierbij de publikatie Maak je jeugd tot een succes voor de dag gehaald, waarin al deze onderwerpen worden besproken, en zowel leerkrachten als medeleerlingen hebben van dit boek genoten en er voordeel van getrokken.
15-17. (a) Welke fijne ervaringen hebben jongeren zoal opgedaan met getuigenisgeven op school? (b) Welke twee vragen dienen christelijke jongeren zich te stellen?
15 Over de gehele wereld hebben waakzame, getrouwe christelijke jongeren die het initiatief nemen, een voortreffelijk getuigenis op school gegeven. Een christelijke jongere schrijft bijvoorbeeld: „Gedurende de pauzes tussen de lesuren had ik heel veel gelegenheden om getuigenis te geven, vooral omstreeks de feestdagen. Vooral doordat ik bijbelse publikaties op mijn lessenaar liet liggen, zodat anderen deze konden zien, kwamen veel geïnteresseerde leerlingen naar mij toe. De fijnste ervaring die ik heb opgedaan, betreft mijn maatschappijlerares. Ik had aan een van haar leerlingen een publikatie verspreid, en toen het meisje deze op zekere dag in de klas las, zag deze maatschappijlerares dit en vroeg zij haar waar zij de publikatie vandaan had.” Het resultaat? Na verloop van tijd werden er in de middagpauze dagelijks bijbelse besprekingen met de onderwijzeres gehouden. Uiteindelijk begon een aantal van de leerlingen de christelijke vergaderingen bij te wonen. En de onderwijzeres maakte zulke goede vorderingen dat zij een opgedragen Getuige werd!
16 In een ander geval maakte een jonge Getuige er een gewoonte van exemplaren van de tijdschriften De Wachttoren en Ontwaakt! aan zijn leraar te geven. Enkele dagen later vroeg hij dan beleefd aan de leraar: „Hoe vond u het artikel dat in het tijdschrift stond?” In het begin maakte de leraar zich min of meer met een schouderophalen van de vragen van zijn leerling af. De beleefde vasthoudendheid van de tiener maakte echter al gauw indruk op hem. De leraar redeneerde dat als hij erop stond dat zijn leerling naar hem luisterde om wetenschappelijke onderwerpen onder de knie te krijgen, hij van zijn kant toch best op de vasthoudendheid van de leerling kon reageren door meer over de bijbel te leren. Er ontwikkelden zich daarom veel bijbelse gesprekken over artikelen in de tijdschriften. Ten slotte nam deze leraar een abonnement op de tijdschriften, bezocht samen met zijn gezin de vergaderingen in de Koninkrijkszaal en werd een gedoopte Getuige!
17 Dergelijke ervaringen komen veel voor. Ja, duizenden personen zijn tot een kennis van Gods waarheid gekomen doordat jongeren op school getuigenis gaven. Heb jij als christelijke jongere genoeg moed en liefde voor Jehovah om het voor zijn Woord en beginselen op te nemen? En wat minstens even belangrijk is: Bezit jij de morele kracht om je in overeenstemming met Gods rechtvaardige vereisten te gedragen? Indien dit zo is, behoor je tot een uitgelezen grote groep jongeren over de gehele wereld die hun juiste plaats bewaren. Zij gebruiken hun gelegenheden om Jehovah te loven.
18. Waarom kunnen jongeren vaak extra doeltreffend zijn in het geven van getuigenis?
18 Jonge mensen kunnen vaak bijzonder doeltreffend zijn in het geven van getuigenis. Jullie kunnen gewoonlijk bijvoorbeeld beter met andere jongeren overweg; jullie kunnen als het ware hun ’taal’ spreken. Ook zijn sommige volwassenen geneigd naar jullie, jongeren, te luisteren, evenals de oudere mannen in Jeruzalems tempel naar de twaalfjarige Jezus luisterden (Luk. 2:46, 47). Acht de voortreffelijke bijdrage die jullie tot Jehovah’s lof kunnen leveren, daarom niet gering. Als jullie je ervoor openstellen, kan God jullie op een belangrijke manier gebruiken bij de vervulling van zijn voornemen om dit goede nieuws van het Koninkrijk over de gehele aarde te laten prediken. — Matth. 24:14.
19. Hoe kunnen jongeren tot lof van Jehovah zijn in de christelijke gemeente?
19 Ook binnen de gemeente kunnen jongeren een geweldige bijdrage tot Jehovah’s lof leveren. In de wereld van thans gebruiken vele jongeren smerige taal, terwijl zij slordig zijn gekleed en geen goede manieren hebben. Wanneer jullie, jonge christenen, dus beleefd zijn, er netjes en verzorgd uitzien en een oprechte belangstelling hebben voor geestelijke zaken, maakt dit een gunstige indruk op personen die de Koninkrijkszaal bezoeken. Zij komen vooral onder de indruk wanneer zij jullie een goed voorbereide oefenlezing horen houden of naar jullie luisteren als jullie enthousiast en met oprechte overtuiging commentaar geven, of wanneer zij zien dat jullie bijvoorbeeld voor de loopmicrofoons zorgen, anderen vóór en na de vergaderingen begroeten, bij de lectuurbalie helpen en meehelpen de zaal schoon te maken. Ja, bezoekers kunnen zo onder de indruk zijn van het voorbeeld dat jullie jonge christenen geven, dat zij ertoe bewogen worden betreffende de gemeente te concluderen: „God is werkelijk in uw midden.” — 1 Kor. 14:25.
20. Welke houding dienen jongeren derhalve niet aan te nemen, en welk vertrouwen kunnen zij hebben?
20 Neem dus niet een negatieve houding aan van: ’Ik ben maar een kind of een tiener. Wat kan ik feitelijk doen?’ Je kunt vele dingen doen die een hulp zijn voor je broeders en zusters en die tot lof van Jehovah zijn. En je kunt het vertrouwen hebben dat Jehovah dit zal opmerken en je zal belonen. „Want God is niet onrechtvaardig, zodat hij uw werk en de liefde die gij voor zijn naam hebt getoond doordat gij de heiligen hebt gediend en blijft dienen, zou vergeten.” — Hebr. 6:10.
21. Wat zijn enkele aangelegenheden waaraan wij in het volgende artikel aandacht zullen schenken?
21 Het is waar dat het in de ontaarde wereld waarin wij leven, niet gemakkelijk is Jehovah te dienen, vooral niet voor jullie christelijke jongeren. Er wordt veel druk uitgeoefend om te trachten jullie ertoe te dwingen jullie juiste plaats te verlaten. De verleidingen zijn groot en tegelijkertijd erg subtiel. Vergeet niet dat zelfs enkelen van Gods engelen in de hemel ertoe werden verleid hun juiste woonplaats te verlaten, als gevolg waarvan zij voorgoed Jehovah’s gunst verloren. En wat bracht hen ertoe weg te gaan? Onjuiste seksuele interesses. Het dient ons dan ook niet te verbazen dat de belangrijkste verleidingen in deze tijd op het seksuele vlak liggen. Laten wij eens enkele wereldse vormen van druk beschouwen die ten doel hebben het geloof van jonge christenen te gronde te richten.