Streef ijverig naar het doel!

Hoogtepunten uit Filippenzen

DE APOSTEL Paulus wilde dat christenen in Filippi ijverig bleven streven naar het doel om de prijs van eeuwig leven. Vandaar dat hij hun omstreeks 60 of 61 G.T., tijdens zijn eerste gevangenschap in Rome, schreef. Hij zond zijn brief naar een gemeente die hij ongeveer tien jaar voordien in Filippi, een door Philippus van Macedonië (de vader van Alexander de Grote) gestichte stad, had opgericht. Tegen de eerste eeuw G.T. was Filippi „de voornaamste stad van het district Macedonië”, dat nu een deel vormt van Noord-Griekenland en Zuid-Joegoslavië. — Handelingen 16:11, 12.

De gelovigen in Filippi waren arm maar edelmoedig. Meer dan eens hadden zij Paulus iets gezonden om in zijn behoeften te voorzien (Filippenzen 4:14-17). Maar zijn brief was veel meer dan een bedankbrief. Er werd aanmoediging in gegeven, liefde in tot uitdrukking gebracht en raad in gegeven.

Christelijke hoedanigheden duidelijk

Paulus’ brief begint met blijken van zijn liefde voor de gelovigen in Filippi (1:1-30). Hij dankte Jehovah voor hun bijdrage ter bevordering van het goede nieuws en bad dat hun liefde mocht groeien. Paulus was blij dat zij tengevolge van zijn gevangenschap ’meer moed toonden om Gods woord onbevreesd te spreken’. Hij verlangde ernaar met Christus te zijn, maar hij was ervan overtuigd dat hij hen nog kon dienen. Paulus wilde ook dat zij ’zijde aan zijde bleven strijden voor het geloof van het goede nieuws’.

Hierop volgde raad met betrekking tot houding en gedrag (2:1-30). De Filippenzen werden aangemoedigd persoonlijke belangstelling voor anderen te tonen en een nederigheid als die van Christus tentoon te spreiden. Zij schenen „als lichtgevers in de wereld” en kregen de aansporing ’het woord des levens stevig te blijven vasthouden’. Paulus hoopte Timotheüs naar hen toe te zenden en vertrouwde erop dat hijzelf spoedig zou komen. Om hen in verband met Epafroditus, die ernstig ziek was geweest, gerust te stellen, zond Paulus deze loyale dienstknecht naar hen toe.

Blijf ijverig naar het doel streven

De apostel toonde de Filippenzen vervolgens aan waarop zij moesten vertrouwen terwijl zij ijverig naar het doel streefden (3:1-21). Zij moesten vertrouwen stellen in Jezus Christus, niet in het vlees of in de besnijdenis, zoals sommigen deden. Paulus beschouwde zijn vleselijke geloofsbrieven als een hoop vuil wegens „de uitnemende waarde van de kennis van Christus”. De apostel streefde „naar het doel om de prijs van de roeping naar boven, die God door bemiddeling van Christus Jezus doet toekomen”, en moedigde de Filippenzen aan dezelfde geestesgesteldheid te hebben.

Het toepassen van Paulus’ slotraadgevingen zou de Filippenzen helpen het doel en de prijs voor ogen te houden (4:1-23). Hij spoorde hen aan God in gebed deelgenoot te maken van hun bezorgdheden en hun geest met heilzame gedachten te vullen. Paulus prees hen nogmaals voor hun edelmoedigheid en eindigde met groeten en de wens dat de onverdiende goedheid van de Heer Jezus Christus met de geest zou zijn die zij aan de dag legden.

Paulus’ brief aan de Filippenzen spoort tot edelmoedigheid, liefde en nederigheid aan. De brief moedigt aan tot vertrouwen in Christus en innig gebed tot God. En Paulus’ woorden zijn beslist een hulp voor getuigen van Jehovah om ijverig te blijven streven naar het doel om de prijs van eeuwig leven.

[Kader/Illustratie op blz. 25]

Naar het doel: „De dingen die achter mij liggen vergetend en mij uitstrekkend naar de dingen die vóór mij liggen,” schreef Paulus, „streef ik naar het doel om de prijs van de roeping naar boven, die God door bemiddeling van Christus Jezus doet toekomen” (Filippenzen 3:13, 14). De apostel spande zich in als iemand die aan een wedloop deelneemt. Hij verspilde geen tijd en energie met achterom kijken, maar streefde ijverig naar het doel — als een hardloper die alles op alles zet om de finish te halen. Voor Paulus en andere gezalfde christenen was de prijs hemels leven door middel van een opstanding, nadat zij een aardse loopbaan van getrouwheid jegens God hadden beëindigd. Laten wij, of wij nu een hemelse of een aardse hoop hebben, onze rechtschapenheid jegens Jehovah bewaren en als zijn Getuigen ijverig naar het doel streven. — 2 Timotheüs 4:7.