Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w93 15/12 blz. 3-7
  • Werd Jezus in de sneeuw geboren?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Werd Jezus in de sneeuw geboren?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1993
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Welke betekenis voor bijbelstudenten?
  • Op de bijbel gebaseerde berekeningen
  • Wat is de oorsprong?
  • Doet het er iets toe?
  • Wanneer werd Jezus geboren?
    Ontwaakt! 2008
  • Wanneer werd Jezus geboren?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1980
  • Wanneer werd Jezus geboren?
    Vragen over de Bijbel
  • Is Kerstmis werkelijk christelijk?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1994
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1993
w93 15/12 blz. 3-7

Werd Jezus in de sneeuw geboren?

„ZWARE sneeuwval legt Jeruzalem lam”, en „Voortdurende sneeuwval ontregelt het noorden”. Zulke krantekoppen in The Jerusalem Post werden in 1992, in wat een van de strengste winters van de eeuw in Israël bleek te zijn, voor Israëlische lezers iets heel gewoons.

In januari was de top van de berg Hermon met zeven tot twaalf meter sneeuw bedekt, en de winter was nog lang niet voorbij. Van de Golan-hoogvlakte en Boven-Galilea naar beneden voorbij Jeruzalem en het vlak daarbij gelegen Bethlehem (op de omslag te zien), en zelfs nog verder naar het zuiden tot in de Negeb, werd het normale, dagelijkse leven in Israël keer op keer lamgelegd door een bevallige en zachte, maar invloedrijke bezoeker. In één artikel in The Jerusalem Post werd verklaard: „Zware sneeuwval slaagde er gisteren in tot stand te brengen wat een stroom van Katyusharaketten vorige week niet is gelukt, namelijk nederzettingen af te sluiten en de inwoners sterk verschanst in hun huizen te houden.”

De strenge winter hield niet alleen geducht huis onder de stadsbewoners. Er werd bericht dat honderden koeien en kalveren, en ook duizenden kippen, waren doodgevroren toen de temperatuur ’s nachts plotseling tot onder het vriespunt daalde. Alsof de sneeuw nog niet genoeg was, eisten ook zware, ijzige regenbuien hun tol. Op een dag werden twee herdersjongetjes, die blijkbaar wanhopig probeerden een aantal van hun schapen te redden die door een plotselinge overstroming werden gegrepen, zelf meegesleurd en zij verdronken in de krachtige stroom.

Hoewel deze winter niet kenmerkend voor het Midden-Oosten was, werd in het Israëlische tijdschrift Eretz bericht: „De meteorologische gegevens die de afgelopen 130 jaar in het land Israël verzameld en geregistreerd zijn, laten zien dat sneeuw in Jeruzalem een vaker voorkomend verschijnsel is dan men wellicht zou verwachten . . . Tussen 1949 en 1980 heeft de stad Jeruzalem 24 winters met sneeuw meegemaakt.” Maar is dit louter van meteorologisch of menselijk standpunt uit bezien van belang, of heeft dit een bijzondere betekenis voor bijbelstudenten?

Welke betekenis voor bijbelstudenten?

Veel mensen halen zich, wanneer zij aan Jezus’ geboorte denken, het ontroerende tafereel voor de geest van de kerstkribbe, zoals die in de kersttijd vaak wordt opgesteld. Daar ligt de baby Jezus, warm in doeken gewikkeld terwijl zijn moeder over hem waakt en de sneeuw als een zachte deken over het omliggende landschap ligt. Stemt deze populaire voorstelling overeen met de bijbelse beschrijving van deze historische gebeurtenis?

De bijbelschrijver Lukas geeft een nauwkeurig gedocumenteerd verslag van Jezus’ geboorte: „Er waren in diezelfde landstreek ook herders, die buitenshuis verbleven en ’s nachts de wacht hielden over hun kudden. En plotseling stond Jehovah’s engel bij hen, en Jehovah’s heerlijkheid omscheen hen, en zij werden zeer bevreesd. Maar de engel zei tot hen: ’Vreest niet, want ziet! ik maak u goed nieuws bekend omtrent een grote vreugde, die heel het volk ten deel zal vallen, want heden is u in Davids stad [Bethlehem] een Redder geboren, die Christus de Heer is. En dit is een teken voor u: gij zult een baby vinden in windsels van doeken gebonden en liggend in een kribbe.’ En plotseling bevond zich bij de engel een menigte van de hemelse legerschare, die God loofde en zei: ’Glorie in de hoogste hoogten aan God, en op aarde vrede onder mensen van goede wil.’” — Lukas 2:8-14.

Als u dit verslag in deze tijd aan een doorsnee-Israëli zou voorlezen en hem zou vragen in welke tijd van het jaar dit kan hebben plaatsgevonden, dan zou hij waarschijnlijk antwoorden: „Ergens tussen april en oktober.” Waarom? Het antwoord is eenvoudig. Van november tot maart is het in Israël een koude, regenachtige tijd, en 25 december valt beslist in de wintertijd. Herders zouden dan niet buitenshuis verblijven en ’s nachts in de velden de wacht over hun kudden houden. Wanneer u de berichten aan het begin van dit artikel in aanmerking neemt, zult u begrijpen waarom niet. Bethlehem, waar Jezus werd geboren, ligt in de heuvels en slechts een paar kilometer van Jeruzalem vandaan. Zelfs in jaren met minder extreem weer is het daar in de winter ’s nachts vrij koud. — Micha 5:2; Lukas 2:15.

Wanneer wij in de geschiedenis terugkijken naar de tijd van Jezus’ geboorte, wordt duidelijk dat hij niet in december werd geboren. Jezus’ moeder Maria moest, ofschoon zij hoogzwanger was, van haar huis in Nazareth naar Bethlehem reizen. Zij en Jozef deden dit om te voldoen aan de vereisten in verband met de volkstelling die de Romeinse heerser Caesar Augustus had verordend (Lukas 2:1-7). De joodse bevolking, die de Romeinse overheersing en de hoge belastingen haatte, stond al op het punt in opstand te komen. Waarom zou Rome hen onnodig ergeren door te verlangen dat velen in het bijzonder lastige en zelfs gevaarlijke winterweer op reis gingen om zich te laten registreren? Is het niet veel redelijker dat dit verordend zou zijn voor een seizoen dat geschikt was om te reizen, zoals de lente of de herfst?

Op de bijbel gebaseerde berekeningen

Uit het historische en fysische bewijsmateriaal blijkt dat december, of een andere wintermaand, niet past in de verslagen van Jezus’ geboorte. Bovendien onthult de bijbel door middel van een profetie de tijd van het jaar waarin Jezus werd geboren. Waar vinden wij dit in de bijbel?

In het boek Daniël, hoofdstuk 9, treffen wij een van de indrukwekkendste profetieën betreffende de Messias aan. Die profetie beschrijft zowel zijn komst als zijn afsnijding in de dood, waardoor een loskoopoffer werd verschaft om verzoening te doen voor zonde en om voor de gehoorzame mensheid een basis te leggen voor het verkrijgen van ’rechtvaardigheid voor onbepaalde tijden’ (Daniël 9:24-27; vergelijk Mattheüs 20:28). Volgens deze profetie zou dit alles tot stand worden gebracht in een periode van zeventig jaarweken, die zou beginnen in 455 v.G.T., toen het bevel uitging om Jeruzalem te herbouwen (Nehemia 2:1-11).a Uit de tijdsindeling in deze profetie kan worden opgemaakt dat de Messias aan het begin van de zeventigste jaarweek zou verschijnen. Dit vond plaats toen Jezus zich in 29 G.T. voor de doop aanbood, en aldus officieel zijn Messiaanse rol begon te vervullen. „Op de helft van de week”, of na drie en een half jaar, zou de Messias in de dood worden afgesneden, waardoor hij een eind zou maken aan de waarde van alle slachtoffers onder het Mozaïsche wetsverbond. — Hebreeën 9:11-15; 10:1-10.

Uit deze profetie blijkt dat Jezus’ bediening drie en een half jaar heeft geduurd. Jezus stierf op de paschadag, 14 Nisan (volgens de joodse kalender), in de lente van 33 G.T. Deze datum komt in dat jaar overeen met 1 april (Mattheüs 26:2). Wanneer wij drie en een half jaar terugtellen, blijkt dat zijn doop in 29 G.T., in het begin van oktober, heeft plaatsgevonden. Lukas licht ons erover in dat Jezus ongeveer dertig jaar was toen hij werd gedoopt (Lukas 3:21-23). Dit zou betekenen dat ook Jezus’ geboorte tegen het begin van oktober heeft plaatsgevonden. De herders zouden in die tijd van het jaar, in overeenstemming met Lukas’ verslag, nog ’buitenshuis verblijven en ’s nachts de wacht over hun kudden houden’. — Lukas 2:8.

Wat is de oorsprong?

Aangezien het bewijsmateriaal op begin oktober duidt als de tijd waarin Jezus’ werd geboren, waarom wordt zijn geboorte dan op 25 december gevierd? The New Encyclopædia Britannica laat zien dat deze viering eeuwen na Jezus’ geboorte werd overgenomen: „Tijdens de 4de eeuw werd de viering van Christus’ geboorte op 25 december geleidelijk door de meeste oosterse kerken overgenomen. In Jeruzalem duurde het verzet tegen Kerstmis langer, maar uiteindelijk werd dit feest aanvaard.”

Waarom werd het gebruik zo gemakkelijk aanvaard door hen die zich, vele eeuwen na Christus, christenen noemden? In The New Encyclopædia Britannica wordt meer licht op het onderwerp geworpen: „De traditionele gebruiken in verband met Kerstmis hebben zich uit verschillende bronnen ontwikkeld als gevolg van het toevallig samenvallen van de viering van de geboorte van Christus met de heidense landbouw- en zonnefeesten rond midwinter. In de Romeinse wereld waren de Saturnalia (17 december) een tijd van pretmakerij en het uitwisselen van geschenken. Ook werd 25 december beschouwd als de geboortedatum van de Iraanse mysterieuze god Mithras, de Zon der Rechtvaardigheid.”

Was dit alles werkelijk een „toevallig samenvallen”? Beslist niet! Het is een historisch feit dat het Romeinse Rijk in de vierde eeuw G.T., onder keizer Constantijn, een opvallende verandering onderging van vervolger van het christendom tot ondersteuner van het „christendom” als een erkende religie. Toen meer mensen uit het gewone volk, die geen achtergrondkennis hadden van de ware betekenis van het christendom, dit nieuwe geloof aannamen, begonnen zij hun vertrouwde heidense feesten met nieuwe „christelijke” benamingen te vieren. Welke datum zou passender zijn voor de viering van de geboorte van Christus dan 25 december, de datum die al was aangegeven als de geboortedatum van „de Zon der Rechtvaardigheid”?

Doet het er iets toe?

Het lijdt geen twijfel dat Jezus’ eerste volgelingen, die een joodse achtergrond hadden, zijn geboortedag niet vierden. Volgens de Encyclopaedia Judaica is „de viering van verjaardagen onbekend in de traditionele joodse ritus”. De eerste christenen zouden zo’n viering beslist niet hebben overgenomen. In plaats van Jezus’ geboorte te vieren, namen zij zijn gebod in acht om zijn dood te gedenken, waarvoor zij een onbetwistbare datum hadden, namelijk 14 Nisan. — Lukas 22:7, 15, 19, 20; 1 Korinthiërs 11:23-26.

Eeuwen vóór Christus kregen de joden, die toen Gods uitverkoren natie vormden, de volgende profetische waarschuwing met betrekking tot het einde van hun nog in de toekomst liggende ballingschap in Babylon: „Vertrekt, vertrekt, gaat uit vandaar, raakt niets onreins aan; gaat uit haar midden vandaan, houdt u rein, gij die het gerei van Jehovah draagt” (Jesaja 52:11). Zij moesten naar hun vaderland terugkeren om Jehovah’s zuivere aanbidding te herstellen. Het zou voor hen ondenkbaar zijn de onreine heidense gebruiken en vormen van aanbidding die zij in Babylon hadden gezien, over te nemen.

Het is niet verwonderlijk dat ditzelfde gebod in 2 Korinthiërs 6:14-18 voor christenen wordt herhaald. In plaats van de joodse natie wier leden Christus verwierpen, werden Christus’ volgelingen de vertegenwoordigers van de zuivere aanbidding. Zij hadden de verantwoordelijkheid anderen te helpen uit de geestelijke duisternis in het waarheidslicht te komen (1 Petrus 2:9, 10). Maar hoe zouden zij dit kunnen doen als zij Christus’ leringen zouden vermengen met gebruiken en feestdagen van heidense oorsprong?

Hoezeer het vieren van een „witte kerst” ook aanspreekt, het komt neer op het ’aanraken van het onreine’ (2 Korinthiërs 6:17). Iemand die God en Christus werkelijk liefheeft, moet dit vermijden.

Naast het feit dat de oorsprong van het kerstfeest in heidense vieringen gelegen is, hebben wij ook gezien dat het niet de waarheid weerspiegelt, want Jezus werd in oktober geboren. Ja, welk tafereel iemand ook voor de geest komt, Jezus werd eenvoudig niet in de sneeuw geboren.

[Voetnoot]

a Zie voor een vollediger bespreking van deze profetie de brochure Zal er ooit een wereld zijn zonder oorlog?, blz. 26, uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.

[Illustratie op blz. 4, 5]

Het met sneeuw bedekte Jeruzalem, vanuit het oosten gezien

[Verantwoording]

Garo Nalbandian

[Illustratie op blz. 6]

Sneeuw langs de muren van Jeruzalem

[Illustratie op blz. 7]

Herders kunnen alleen in het warme seizoen ’s nachts met hun kudden in de rotsachtige heuvels verblijven, zoals hieronder te zien is

[Verantwoording]

Garo Nalbandian

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen