Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w99 1/6 blz. 9-14
  • „Gaven in mensen” om voor Jehovah’s schapen te zorgen

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • „Gaven in mensen” om voor Jehovah’s schapen te zorgen
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1999
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • „Gaven in mensen” — Waarvandaan?
  • Wanneer de noodzaak voor „terechtbrengen” zich voordoet
  • De kudde ’opbouwen’
  • Mannen die de eenheid bevorderen
  • De kudde beschermen
  • De „gaven in mensen” waarderen
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1999
  • Liefdevol opzicht bouwt op
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1976
  • „Weidt de kudde Gods die aan uw zorg is toevertrouwd”
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2011
  • Ouderlingen, vat uw herderlijke verantwoordelijkheden ernstig op
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1985
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1999
w99 1/6 blz. 9-14

„Gaven in mensen” om voor Jehovah’s schapen te zorgen

„Toen hij naar boven opsteeg, heeft hij gevangenen meegevoerd; hij heeft gaven in mensen gegeven.” — EFEZIËRS 4:8.

1. Wat zei een christelijke zuster over de ouderlingen in haar gemeente?

„DANK jullie wel voor alle aandacht die jullie aan ons hebben besteed. Jullie glimlach, jullie hartelijkheid en jullie zorg zijn zo oprecht. Jullie zijn er altijd om een horend oor te bieden en uit de bijbel afkomstige woorden met ons te delen die ons opmonteren. Ik bid dat ik jullie nooit als iets vanzelfsprekends mag beschouwen.” Dit schreef een christelijke zuster aan de ouderlingen in haar gemeente. Het is duidelijk dat de door zorgzame christelijke herders betoonde liefde haar hart had geraakt. — 1 Petrus 5:2, 3.

2, 3. (a) Hoe zorgen meedogende ouderlingen volgens Jesaja 32:1, 2 voor Jehovah’s schapen? (b) Wanneer kan een ouderling als een gave worden beschouwd?

2 Ouderlingen zijn een van Jehovah afkomstige voorziening om voor zijn schapen te zorgen (Lukas 12:32; Johannes 10:16). Jehovah’s schapen zijn hem dierbaar — in feite zo dierbaar dat hij hen met het kostbare bloed van Jezus heeft gekocht. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Jehovah er behagen in schept als ouderlingen zijn kudde teder behandelen (Handelingen 20:28, 29). Let eens op de profetische beschrijving van deze ouderlingen, of „vorsten”: „Een ieder moet als een wijkplaats voor de wind blijken te zijn en een schuilplaats voor de slagregen, als waterstromen in een waterloos land, als de schaduw van een zware, steile rots in een uitgeput land” (Jesaja 32:1, 2). Ja, zij moeten zijn schapen beschermen, verkwikken en vertroosten. Ouderlingen die de kudde vol mededogen weiden, beijveren zich aldus om te beantwoorden aan wat God van hen verwacht.

3 Zulke ouderlingen worden in de bijbel als „gaven in mensen” aangeduid (Efeziërs 4:8). Als u aan een gave denkt, denkt u aan iets dat gegeven wordt om een behoefte van de ontvanger te lenigen of hem geluk te schenken. Een ouderling kan als een gave worden beschouwd als hij zijn bekwaamheden gebruikt om benodigde hulp te bieden en aan het geluk van de kudde bij te dragen. Hoe kan hij daarin slagen? Het antwoord, dat wij in Paulus’ woorden in Efeziërs 4:7-16 aantreffen, laat de grootsheid van Jehovah’s liefdevolle zorg voor zijn schapen uitkomen.

„Gaven in mensen” — Waarvandaan?

4. Hoe is Jehovah als vervulling van Psalm 68:18 „naar boven opgestegen”, en wie waren de „gaven in de vorm van mensen”?

4 Toen Paulus de uitdrukking „gaven in mensen” gebruikte, citeerde hij koning David, die over Jehovah had gezegd: „Gij zijt naar boven opgestegen; gij hebt gevangenen meegevoerd; gij hebt gaven in de vorm van mensen genomen” (Psalm 68:18). Nadat de Israëlieten al enige jaren in het Beloofde Land waren, ’besteeg’ Jehovah in figuurlijke zin de berg Sion en maakte Jeruzalem tot de hoofdstad van het koninkrijk Israël met David als zijn koning. Maar wie waren de „gaven in de vorm van mensen”? Het waren mannen die tijdens de verovering van het land waren gevangengenomen. Sommige van deze mannen stonden later de levieten ter beschikking om te helpen met het werk in de tabernakel. — Ezra 8:20.

5. (a) Hoe geeft Paulus te kennen dat Psalm 68:18 een vervulling in de christelijke gemeente heeft? (b) Hoe is Jezus „naar boven opgestegen”?

5 In zijn brief aan de Efeziërs geeft Paulus te kennen dat de woorden van de psalmist een grotere vervulling hebben in de christelijke gemeente. Paulus parafraseerde Psalm 68:18 toen hij schreef: „Aan een ieder van ons nu werd onverdiende goedheid gegeven naar de wijze waarop de Christus de vrije gave heeft toegemeten. Daarom zegt hij: ’Toen hij naar boven opsteeg, heeft hij gevangenen meegevoerd; hij heeft gaven in mensen gegeven’” (Efeziërs 4:7, 8). Paulus past deze psalm hier toe op Jezus als Gods vertegenwoordiger. Jezus ’overwon de wereld’ door zijn getrouwe loopbaan (Johannes 16:33). Hij zegevierde ook over de dood en over Satan doordat God hem uit de dood opwekte (Handelingen 2:24; Hebreeën 2:14). In 33 G.T. steeg de opgestane Jezus tot „hoog boven alle hemelen” op — hoger dan alle andere hemelse schepselen (Efeziërs 4:9, 10; Filippenzen 2:9-11). Als een overwinnaar nam Jezus „gevangenen” van de vijand mee. Hoe dat zo?

6. Hoe begon de ten hemel opgestegen Jezus vanaf Pinksteren 33 G.T. Satans huis te plunderen, en wat deed hij met de „gevangenen”?

6 Toen Jezus op aarde was, demonstreerde hij zijn macht over Satan door degenen die door de demonen in slavernij werden gehouden te bevrijden. Het was alsof Jezus Satans huis binnendrong, hem bond en zijn goederen buitmaakte (Mattheüs 12:22-29). Denk eens in wat een plundering Jezus kon verrichten nadat hij eenmaal was opgewekt en hem ’alle autoriteit in hemel en op aarde’ was toevertrouwd! (Mattheüs 28:18) Vanaf Pinksteren 33 G.T. begon de ten hemel opgestegen Jezus als Gods vertegenwoordiger Satans huis te plunderen door ’gevangenen mee te voeren’ — mannen die reeds lang in slavernij aan zonde en dood en onder Satans macht hadden verkeerd. Deze „gevangenen” werden bereidwillig „Christus’ slaven, die met geheel hun ziel de wil van God [deden]” (Efeziërs 6:6). In feite onttrok Jezus hen aan Satans macht en gaf hen namens Jehovah als „gaven in mensen” aan de gemeente. Denkt u zich Satans hulpeloze woede eens in toen zij in zijn eigen aanwezigheid aan zijn macht werden ontrukt!

7. (a) In welke hoedanigheden dienen de „gaven in mensen” in de gemeenten? (b) Welke gelegenheid heeft Jehovah gegeven aan elke man die als ouderling dienst verricht?

7 Vinden wij zulke „gaven in mensen” in de hedendaagse gemeente? Ja zeker! Wij zien hen terwijl zij dienen als ouderlingen en hard werken als ’evangeliepredikers, herders en leraren’ in de meer dan 87.000 gemeenten van Gods volk over de hele aarde (Efeziërs 4:11). Satan zou niets liever willen dan dat zij de kudde slecht zouden behandelen. Maar dat is niet de reden waarom God hen door bemiddeling van Christus aan de gemeente heeft gegeven. Jehovah heeft veeleer voorzien in deze mannen tot welzijn van de gemeente, en zij zijn hem verantwoording verschuldigd voor de schapen die aan hen zijn toevertrouwd (Hebreeën 13:17). Indien u als ouderling dient, dan heeft Jehovah u een schitterende gelegenheid gegeven om te bewijzen dat u een gave of zegen voor uw broeders en zusters bent. U kunt dit doen door u van vier belangrijke verantwoordelijkheden te kwijten.

Wanneer de noodzaak voor „terechtbrengen” zich voordoet

8. Op welke manieren dienen wij allen bij tijd en wijle terechtgebracht te worden?

8 Ten eerste zijn de „gaven in mensen” verschaft „met het oog op het terechtbrengen van de heiligen”, zegt Paulus (Efeziërs 4:12). Het Griekse zelfstandig naamwoord dat met „terechtbrengen” is weergegeven, heeft betrekking op het „in rechte lijn” brengen of rechtzetten van iets. Als onvolmaakte mensen moeten wij allen van tijd tot tijd worden terechtgebracht — om onze denkwijze, houdingen of ons gedrag „in rechte lijn” te laten brengen met Gods denkwijze en wil. Jehovah heeft liefdevol in „gaven in mensen” voorzien om ons te helpen de nodige veranderingen aan te brengen. Hoe doen zij dit?

9. Hoe kan een ouderling ertoe bijdragen een dwalend schaap terecht te brengen?

9 Soms kan er een beroep op een ouderling worden gedaan om een dwalend schaap te helpen dat misschien ’een misstap heeft gedaan voordat het zich ervan bewust is’. Hoe kan een ouderling hulp bieden? „Tracht . . . zo iemand in een geest van zachtaardigheid weer terecht te brengen”, zegt Galaten 6:1. Wanneer een ouderling raad geeft, zal hij derhalve niet tegen de dwalende uitvaren en harde woorden gebruiken. Raad dient de ontvanger aan te moedigen en geen ’vrees aan te jagen’ (2 Korinthiërs 10:9; vergelijk Job 33:7). De betrokkene kan zich reeds beschaamd voelen, zodat een liefdevolle herder het vermijdt diens geest te verbrijzelen. Wanneer raad, ja, zelfs krachtige terechtwijzing, duidelijk gemotiveerd wordt door en gegeven wordt in liefde, zal hierdoor de denkwijze of het gedrag van de dwalende waarschijnlijk worden gecorrigeerd, waardoor hij wordt hersteld. — 2 Timotheüs 4:2.

10. Wat houdt het terechtbrengen van anderen in?

10 Toen Jehovah voorzag in „gaven in mensen” om ons terecht te brengen, had hij in gedachten dat ouderlingen geestelijk verkwikkend zouden zijn en door zijn volk nagevolgd konden worden (1 Korinthiërs 16:17, 18; Filippenzen 3:17). Anderen terechtbrengen omvat niet alleen het corrigeren van degenen die een verkeerde handelwijze volgen, maar ook getrouwen helpen aan de goede handelwijze vast te houden.a In deze tijd, met zoveel problemen die ontmoedigend werken, hebben velen aanmoediging nodig om het niet op te geven. Sommigen hebben misschien liefdevolle hulp nodig om hun gedachten naar die van God te richten. Sommige getrouwe christenen bijvoorbeeld worstelen met diepe gevoelens van onbekwaamheid of waardeloosheid. Zulke „terneergeslagen zielen” denken misschien dat Jehovah nooit van hen zou kunnen houden en dat zelfs hun beste pogingen om God te dienen nooit aanvaardbaar voor hem zouden kunnen zijn (1 Thessalonicenzen 5:14). Maar deze denkwijze is niet in overeenstemming met de wijze waarop God werkelijk over zijn aanbidders denkt.

11. Wat kunnen ouderlingen doen om degenen die met gevoelens van onwaardigheid kampen, te helpen?

11 Ouderlingen, wat kunt u doen om zulke personen te helpen? Deel op vriendelijke wijze schriftuurlijke bewijzen met hen dat Jehovah voor elk van zijn dienstknechten zorgt en verzeker hen ervan dat deze bijbelteksten op hen persoonlijk van toepassing zijn (Lukas 12:6, 7, 24). Help hen in te zien dat Jehovah hen heeft ’getrokken’ om hem te dienen, dus moet hij hen beslist als waardevol bezien (Johannes 6:44). Verzeker hun dat zij niet alleen zijn — veel getrouwe dienstknechten van Jehovah hebben soortgelijke gevoelens gekend. De profeet Elia was eens zo neerslachtig dat hij wilde sterven (1 Koningen 19:1-4). Sommige gezalfde christenen in de eerste eeuw voelden zich door hun eigen hart ’veroordeeld’ (1 Johannes 3:20). Het is vertroostend te weten dat getrouwen in bijbelse tijden „dezelfde gevoelens als wij” hadden (Jakobus 5:17). U kunt met de terneergeslagen personen ook aanmoedigende artikelen uit De Wachttoren en Ontwaakt! doornemen. Uw liefdevolle inspanningen om het vertrouwen van zulke personen te herstellen, zullen voor de God die u als „gaven in mensen” heeft gegeven, niet onopgemerkt blijven. — Hebreeën 6:10.

De kudde ’opbouwen’

12. Wat wordt door de uitdrukking de „opbouw van het lichaam van de Christus” te kennen gegeven, en wat is de sleutel tot het opbouwen van de kudde?

12 Ten tweede zijn de „gaven in mensen” gegeven met het oog op de „opbouw van het lichaam van de Christus” (Efeziërs 4:12). Paulus gebruikt hier beeldspraak. „Opbouw” doet ons denken aan een bouwwerk, en „het lichaam van de Christus” heeft betrekking op mensen — de leden van de gezalfde christelijke gemeente (1 Korinthiërs 12:27; Efeziërs 5:23, 29, 30). Ouderlingen moeten hun broeders en zusters helpen geestelijk sterk te worden. Hun oogmerk is de kudde ’op te bouwen en niet af te breken’ (2 Korinthiërs 10:8). De sleutel om de kudde op te bouwen is liefde, want „liefde bouwt op”. — 1 Korinthiërs 8:1.

13. Wat betekent het meelevend te zijn en waarom is het belangrijk dat ouderlingen empathie tonen?

13 Een facet van liefde waardoor ouderlingen worden geholpen de kudde op te bouwen, is empathie. Empathie betonen betekent met anderen mee te voelen — zich met hun gedachten en gevoelens te vereenzelvigen en hun beperkingen in aanmerking te nemen (1 Petrus 3:8). Waarom is het belangrijk dat ouderlingen empathie bezitten? Vooral omdat Jehovah — degene die de „gaven in mensen” geeft — een God van empathie is. Wanneer zijn dienstknechten lijden of pijn ondergaan, heeft hij medegevoel met hen (Exodus 3:7; Jesaja 63:9). Hij houdt rekening met hun beperkingen (Psalm 103:14). Hoe kunnen ouderlingen dan empathie tonen?

14. Op welke manieren kunnen ouderlingen anderen empathie betonen?

14 Wanneer iemand die ontmoedigd is naar hen toekomt, luisteren zij, waarbij zij de gevoelens van die persoon erkennen. Zij proberen de achtergrond, persoonlijkheid en omstandigheden van hun broeders en zusters te begrijpen. Wanneer ouderlingen vervolgens opbouwende schriftuurlijke hulp verlenen, zullen de schapen het niet moeilijk vinden die te aanvaarden, omdat ze afkomstig is van herders die hen werkelijk begrijpen en zich om hen bekommeren (Spreuken 16:23). Empathie beweegt ouderlingen er ook toe de beperkingen van anderen en de gevoelens die hieruit kunnen voortvloeien, in aanmerking te nemen. Sommige gewetensvolle christenen bijvoorbeeld voelen zich wellicht schuldig omdat zij niet meer in Gods dienst kunnen doen, misschien vanwege ouderdom of een slechte gezondheid. Anderzijds kan het zijn dat sommigen aanmoediging nodig hebben om hun bediening te verbeteren (Hebreeën 5:12; 6:1). Empathie zal ouderlingen ertoe bewegen „verrukkelijke woorden” te vinden waardoor anderen worden opgebouwd (Prediker 12:10). Wanneer Jehovah’s schapen worden opgebouwd en gemotiveerd, zal hun liefde voor God hen ertoe bewegen al het mogelijke te doen om hem te dienen!

Mannen die de eenheid bevorderen

15. Wat wordt met de uitdrukking „eenheid in het geloof” bedoeld?

15 Ten derde is in de „gaven in mensen” voorzien opdat „wij allen geraken tot de eenheid in het geloof en in de nauwkeurige kennis van de Zoon van God” (Efeziërs 4:13). De zinsnede „eenheid in het geloof” duidt niet alleen op eenheid ten aanzien van geloofsovertuigingen, maar ook op eenheid van gelovigen. Dit is derhalve nog een reden waarom God ons „gaven in mensen” heeft geschonken — om de eenheid onder zijn volk te bevorderen. Hoe doen zij dit?

16. Waarom is het belangrijk dat ouderlingen de onderlinge eenheid bewaren?

16 Om te beginnen, moeten zij de eenheid onder elkaar bewaren. Als de herders verdeeld zijn, worden de schapen misschien verwaarloosd. Kostbare tijd die besteed zou kunnen worden aan het weiden van de kudde kan onnodig in beslag genomen worden door langdurige vergaderingen en debatten over bijkomstigheden (1 Timotheüs 2:8). Misschien zijn ouderlingen het niet automatisch eens over elke aangelegenheid die zij bespreken, want het zijn mannen die zeer uiteenlopende persoonlijkheden kunnen hebben. Eenheid sluit niet uit dat zij er verschillende meningen op na houden of dat zij die zelfs tijdens een onbevangen bespreking op een evenwichtige wijze onder woorden brengen. Ouderlingen bewaren hun eenheid door zonder vooroordeel respectvol naar elkaar te luisteren. En zolang er geen bijbels beginsel wordt overtreden, dient elk van hen bereid te zijn toe te geven en de uiteindelijke beslissing van het lichaam van ouderlingen te steunen. Een geest van inschikkelijkheid toont aan dat zij geleid worden door de „wijsheid van boven”, die „vredelievend, redelijk” is. — Jakobus 3:17, 18.

17. Hoe kunnen de ouderlingen ertoe bijdragen de eenheid in de gemeente te bewaren?

17 Ouderlingen zijn er ook op bedacht de eenheid in de gemeente te bevorderen. Wanneer verdeeldheid zaaiende invloeden — zoals nadelig geklets, een neiging om verkeerde motieven toe te schrijven, of een twistzieke geest — de vrede bedreigen, verschaffen zij prompt nuttige raad (Filippenzen 2:2, 3). Ouderlingen kunnen er bijvoorbeeld van op de hoogte zijn dat bepaalde personen overkritisch zijn of geneigd zich met andermans zaken in te laten, waardoor zij bemoeiallen worden (1 Timotheüs 5:13; 1 Petrus 4:15). De ouderlingen zullen trachten zulke personen te helpen beseffen dat deze handelwijze in strijd is met wat ons door God is geleerd en dat een ieder ’zijn eigen vracht moet dragen’ (Galaten 6:5, 7; 1 Thessalonicenzen 4:9-12). Met gebruikmaking van de Schrift zullen zij uiteenzetten dat Jehovah veel dingen aan ons eigen geweten overlaat, en dat niemand van ons in zulke zaken een oordeel over anderen dient te vellen (Mattheüs 7:1, 2; Jakobus 4:10-12). Om in eenheid samen dienst te verrichten, moet er een sfeer van vertrouwen en respect in de gemeente zijn. Door indien nodig schriftuurlijke raad te verschaffen, helpen de „gaven in mensen” ons om onze vrede en eenheid te bewaren. — Romeinen 14:19.

De kudde beschermen

18, 19. (a) Waartegen beschermen de „gaven in mensen” ons? (b) Tegen welk ander gevaar moeten de schapen beschermd worden, en hoe handelen ouderlingen om de schapen te beschermen?

18 Ten vierde voorziet Jehovah in de „gaven in mensen” om ons ertegen te beschermen „door elke wind van leer door middel van de bedriegerij van mensen, door middel van listigheid in het beramen van dwaling” beïnvloed te worden (Efeziërs 4:14). Het oorspronkelijke woord voor „bedriegerij” betekent naar men zegt „vals spelen met dobbelen” of „bedrevenheid in het manipuleren van dobbelstenen”. Doet dat ons er niet aan denken hoe gewiekst afvalligen te werk gaan? Door gladde argumenten te gebruiken, verdraaien zij de Schrift in een poging ware christenen van hun geloof weg te lokken. Ouderlingen dienen zich voor zulke „onderdrukkende wolven” te wachten! — Handelingen 20:29, 30.

19 Jehovah’s schapen moeten ook tegen andere gevaren beschermd worden. De herder David uit de oudheid beschermde de kudde van zijn vader onbevreesd tegen roofdieren (1 Samuël 17:34-36). Ook thans kunnen zich gelegenheden voordoen waarbij bezorgde christelijke herders moed aan de dag moeten leggen teneinde de kudde te beschermen tegen een ieder die Jehovah’s schapen, vooral de kwetsbaarderen, onheus zou bejegenen of zou onderdrukken. Ouderlingen zullen er vlug bij zijn moedwillige zondaars die zich opzettelijk van bedrog, slinksheid en gekonkel bedienen teneinde goddeloosheid te bedrijven, uit de gemeente te verwijderen.b — 1 Korinthiërs 5:9-13; vergelijk Psalm 101:7.

20. Waarom kunnen wij ons onder de hoede van de „gaven in mensen” veilig voelen?

20 Wat zijn wij dankbaar voor de „gaven in mensen”! In hun liefdevolle zorg kunnen wij ons veilig voelen, want zij brengen ons vriendelijk terecht, bouwen ons liefdevol op, treden prompt op ten behoeve van onze eenheid en beschermen ons moedig. Maar hoe dienen de „gaven in mensen” hun rol in de gemeente te bezien? En hoe kunnen wij er blijk van geven dat wij hen waarderen? Deze vragen zullen in het volgende artikel besproken worden.

[Voetnoten]

a In de Griekse Septuaginta-vertaling werd ditzelfde met „terechtbrengen” weergegeven woord gebruikt in Psalm 17[16]:5, waar de getrouwe David bad of zijn schreden mochten vasthouden aan Jehovah’s sporen.

b Zie bijvoorbeeld „Vragen van lezers” in De Wachttoren van 15 februari 1980, blz. 31, 32, en „Laten wij een afschuw hebben van wat goddeloos is” in de uitgave van 1 januari 1997, blz. 26-29.

Kunt u zich dit herinneren?

◻ Wie zijn de „gaven in mensen” en waarom heeft God hen door bemiddeling van Christus aan de gemeente geschonken?

◻ Hoe kwijten ouderlingen zich van hun taak om de kudde terecht te brengen?

◻ Wat kunnen ouderlingen doen om hun medegelovigen op te bouwen?

◻ Hoe kunnen ouderlingen de eenheid van de gemeente bewaren?

[Illustratie op blz. 10]

Empathie is een hulp voor ouderlingen om degenen die terneergeslagen zijn aan te moedigen

[Illustratie op blz. 10]

Eenheid onder ouderlingen bevordert de eenheid in de gemeente

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen