Het goede nieuws aanbieden — Vind je er nog meer?
1 Het is een genoegen te berichten dat de bijbelstudieactiviteit omhoog gaat. In de maanden januari tot en met april zijn jullie erin geslaagd 1018 studies meer op te richten en te leiden dan jullie in december hebben gerapporteerd. Aan het einde van april leidden jullie 429 studies meer dan gedurende april een jaar geleden. Veel gemeenten hebben nu een gemiddelde van een halve studie per verkondiger. Hoewel wij nog ver af zijn van het doel van één studie per verkondiger verheugen wij ons toch over Jehovah’s zegen op onze krachtsinspanningen tot dusver.
2 Natuurlijk is het zo dat velen die lectuur nemen, niet gunstig reageren op ons aanbod van de studieregeling. Wij bemerken dikwijls dat deze mensen hun hart op iets anders hebben gezet en, zoals wij uit onze studie van De Wachttoren van 1 juni hebben geleerd, is het hart de aandrijvende factor bij zowel hen als ons.
3 Er zijn echter veel dingen die de mensen hun denkwijze en verlangens doen veranderen. Misschien de dood van een intieme vriend of een familielid, of een verandering in iemands financiële situatie of persoonlijke omstandigheden. Misschien veranderen zij door jouw geregelde bezoeken in de bediening. Velen krijgen een afkeer van dit oude samenstel van dingen. Ja, veel mensen veranderen hun denkwijze en veranderen hun verlangens, en wij willen op de juiste tijd bij de hand zijn om hen te helpen en hun geest en hart op Jehovah’s Woord en zijn nieuwe samenstel van dingen te richten, niet waar? Dit is één reden waarom wij een zo volledig en geregeld mogelijk aandeel aan het van-huis-tot-huiswerk blijven hebben. Wij planten de waarheidszaadjes en maken ze nat en zien naar Jehovah op om de wasdom te geven. — 1 Kor. 3:6.
4 Eén kringdienaar merkte op dat in veel gevallen de verkondigers die ’onafgebroken pogingen bleven doen en louter vastberaden waren’ erin slaagden bijbelstudies op te richten. Velen bemerken dat door herhaling en oefening van de wijze waarop zij de dingen zullen aanpakken, hun doeltreffendheid in het oprichten van nieuwe studies is toegenomen. Heb jij de goede suggesties opgevolgd die op zaterdagavond op jouw kringvergadering werden gegeven, alsook die welke op bladzijde 8 van de Koninkrijksdienst van april staan?
5 In de week van het bezoek van de kringdienaar hebben de kringdienaar en zijn vrouw, indien hij gehuwd is, zich ten doel gesteld twee of meer huisbijbelstudies op te richten en deze aan verkondigers en pioniers in de gemeente over te dragen. Zou jij bereid zijn geregeld een van deze studies te leiden? Laat dit de kringdienaar weten. Als gevolg van de krachtsinspanningen van de vrouw van een kringdienaar om studies op te richten en de gewetensvolle behartiging van deze adressen door ijverige verkondigers die de aan hen overgedragen studies geregeld hebben geleid, zijn dertig personen in één kring thans verkondigers.
6 Wanneer er belangstelling is gevonden en studies zijn opgericht, houd dan de voortreffelijke suggesties in gedachten die op bladzijde 2 van de Koninkrijksdienst van mei worden gegeven ten einde ons te helpen deze belangstellenden te beschermen, hun hart te versterken en ’bijbelstudies gaande te houden’.
7 Wanneer je moeite doet om nieuwe bijbelstudies op te richten, bid dan of Jehovah je krachtsinspanningen wil zegenen. Werk met anderen die succes in het werk hebben. Tracht vorderingen te maken. Blijf je krachtig inspannen. Ja, „laten wij het . . . niet opgeven te doen wat voortreffelijk is, want te rechter tijd zullen wij oogsten indien wij het niet moe worden”. — Gal. 6:9.