Kun jij een vollediger aandeel hebben?
1 Talrijk zijn inderdaad de aangelegenheden des levens die onze tijd en energie opeisen (Pred. 3:1-8). Naarmate het leven in dit huidige samenstel van dingen drukker wordt, en er steeds meer van onze tijd wordt opgeëist, ondervinden wij grotere druk. Terzelfdertijd is er nooit een tijd geweest waarin het van groter belang is een aandeel aan de velddienst te hebben en degenen die in de schaduw van de dood leven, te helpen Jehovah’s voorziening voor leven te leren kennen. Een volledig aandeel aan dit werk hebben is ook van wezenlijk belang voor onze eigen geestelijke gezindheid. — Hand. 20:26, 27.
2 Kunnen wij persoonlijk meer tijd voor velddienst op ons schema inruimen? Een juiste kijk op onze omstandigheden zal ons daarbij helpen. Niet een ieder van ons kan dezelfde hoeveelheid doen. Maar blijkt uit de wijze waarop wij iedere dag onze tijd gebruiken dat wij Gods zienswijze op de aangelegenheden delen, dat wij er vurig naar verlangen dat „alle soorten van mensen” redding verwerven? (1 Tim. 2:3, 4) Natuurlijk hebben wij behoefte aan wat tijd voor ontspanning, maar wij dienen er ook aan te denken dat de wijze waarop wij onze aangelegenheden regelen en datgene waaraan wij tijd besteden, door God bezien worden als een bewijs van de mate van onze toewijding en loyaliteit jegens hem. — Ps. 119:168.
3 De beste manier om er zeker van te zijn dat wij de velddienst werkelijk hoog bovenaan ons lijstje plaatsen, is er een definitieve, vaste tijd voor in te ruimen, net zoals wij een vast schema voor onze vergaderingen, ons werelds werk, enz., hebben. Misschien is zaterdag, zondag of een door de weekse dag een goede tijd voor jou, of mogelijk kun je er verscheidene dagen per week aan deelnemen. Waarom zou je de velddienst niet tot een vast onderdeel van je schema maken? Waarschijnlijk zul je ook nog andere gelegenheden hebben die niet op je schema voorkomen, maar houd je aan je vastgestelde tijden.
4 De ouderlingen zullen helpen door definitieve groepsregelingen voor velddienst door de week en tijdens de weekeinden te treffen. Het wordt ook gewaardeerd wanneer ouderlingen en dienaren in de bediening vaste regelingen treffen dat ervaren verkondigers nieuwelingen helpen door hen in de velddienst te vergezellen, hetzij door de week of op het weekeinde. Dergelijke vaste regelingen voor velddienstbijeenkomsten en praktijkopleiding kunnen het gemakkelijker ons aandeel aan dit belangrijke werk te vergroten.
5 Ook is het heel verkwikkend en stimulerend om met de kringopziener of zijn vrouw te werken. Maak de ouderlingen je wens kenbaar tijdens de week van zijn bezoek met hem mee te gaan. De berichten wijzen uit dat zijn middagen vaak niet volledig gevuld zijn met afspraken om met verkondigers te werken, dus waarom zou je niet wat nabezoeken of een studie voor de middagen regelen en hem vragen met je mee te gaan. Talloze voordelen en vreugde zullen hiervan het gevolg zijn. — Spr. 27:17.
6 Het prediken en onderwijzen is een onderdeel van de bediening die wij, zoals Paulus te kennen gaf, hebben „overeenkomstig de barmhartigheid die ons werd betoond” en derhalve „geven wij de moed niet op” (2 Kor. 4:1). Wij zijn veeleer dankbaar voor deze onverdiende goedheid en indien mogelijk, willen wij in de weinige tijd die nog rest ons aandeel aan de velddienst vergroten, terwijl wij vol vertrouwen opzien naar Jehovah en uitkijken naar de snel naderende vervulling van al de dingen die wij nu prediken. — 2 Petr. 3:13.