Het goede nieuws aanbieden — Door persoonlijke belangstelling voor anderen te tonen (Deel I)
1 Wanneer wij aan de deur een gesprek beginnen, dienen wij altijd rekening te houden met de gevoelens van anderen. De mensen voelen onmiskenbaar aan of wij belangstelling voor hen hebben als persoon of dat wij andere oogmerken hebben, zoals alleen maar het houden van een toespraakje of het verspreiden van lectuur. Willen wij bereiken dat de huisbewoner aandacht aan onze boodschap schenkt, dan is het duidelijk dat wij oprechte, persoonlijke belangstelling voor hen aan de dag moeten leggen.
2 Hoe doen wij dit? Het komt erop neer dat wij erachter proberen te komen waar zij belangstelling voor hebben en daar dan op voortbouwen. Eén manier waarop wij dit kunnen doen, is door goed op te letten. Waar kijken wij naar als wij naar het huis toelopen? Merken wij speelgoed of kinderfietsjes op? Ziet de tuin er goed verzorgd uit, zonder rommel? Is het huis pas geschilderd? Zitten er veel sloten op de deur? Zie je iets waaruit zou blijken welke geloofsovertuiging zij zijn toegedaan? Zitten er stickers of plaatjes op de deur of op de auto, waar je iets uit kunt opmaken?
3 Misschien trekken wij niet altijd de juiste conclusie uit deze uiterlijke aanwijzingen. Wat wij waarnemen, kan echter een hulp vormen om te weten in welke richting ons gesprek moet gaan ten einde ergens over te praten waar ook de huisbewoner belangstelling voor heeft. Denk er ook aan dat een prijzend woord de mensen goed doet. Een vriendelijk woord over hun beleefde kinderen, of een opmerking over de voortreffelijke manier waarop ze voor hun huis of tuin zorgen, kan aanslaan bij de huisbewoner en zou er wel eens meer toe kunnen bijdragen dat wij een horend oor vinden dan de een of andere korte of lange „preek”.
4 Houd in gedachte dat mannen, vrouwen en jongelui verschillende interesses hebben. Oudere mensen worden bijvoorbeeld vaak helemaal in beslag genomen door de onkosten van het levensonderhoud. Mensen die werken, hebben altijd al belang gesteld in hun carrière en in wat zij persoonlijk bereikt hebben. Moeders hebben over het algemeen belangstelling voor hun huis, kinderen en baby’s, alsook voor zaken die veel leed veroorzaken — dood, ziekte, ongelukken, plaatselijke tragedies, misdaad. Jongeren willen weten wat de zin van het leven is, wat er van hen zal worden en wat de toekomst zal brengen.
5 Een reizende opziener merkte op: „Degenen die hun werk (in het veld) doeltreffend verrichten, zijn niet altijd degenen die daar eenvoudig een of andere techniek voor hebben. Het zijn de verkondigers die liefde voor mensen tonen en die stralen van vriendelijkheid en hulpvaardigheid. Zij zijn een aanmoediging voor de mensen. Hun bezoeken zijn niet uitsluitend gericht op het verspreiden van lectuur maar zij willen de mensen leren kennen en zijn geïnteresseerd in hun problemen, hun dagelijks leven en hun gezinnen.”
6 Kun je grotere naastenliefde betonen door oprechte persoonlijke belangstelling aan de dag te leggen voor degenen die je in het veld ontmoet? — Mark. 12:30, 31.