De geest van zelfopoffering aankweken
1 De apostel Paulus moedigde zijn mededienstknechten ertoe aan ’hun lichaam aan te bieden als een slachtoffer dat heilig en aan God welgevallig is, een heilige dienst met hun denkvermogen’ (Rom. 12:1). Paulus offerde zich bereidwillig op en werd rijkelijk beloond voor deze heilige dienst. Wanneer wij onze persoonlijke verlangens opofferen ten behoeve van Koninkrijksbelangen, kunnen ook wij van Jehovah’s zegen verzekerd zijn. — Mal. 3:10; Hand. 20:20.
2 Dienstknechten van Jehovah hebben altijd de geest van zelfopoffering in hun leven aan de dag gelegd. Stel je eens even voor welke offers Noach moet hebben gebracht, door al zijn energie te gebruiken om een ark te bouwen die groot genoeg was om hemzelf, zijn naaste familie en de dieren veilig door de vloed heen te brengen! En terwijl hij dat grootse werk verrichtte, hield zijn zelfopofferende handelwijze ook in dat hij dienst deed als „een prediker van rechtvaardigheid”. — 2 Petr. 2:5.
3 Denk eens aan het persoonlijke offer van Abraham. Op Gods bevel verliet Abraham op 75-jarige leeftijd zijn geboorteplaats en werd hij een tijdelijke inwoner in een vreemd land (Hebr. 11:8-10). Het is ook aanmoedigend aan de geest van zelfopoffering te denken die aan de dag werd gelegd door mannen als Jesaja, Jeremia en Ezechiël, die een moeilijke gebiedstoewijzing hadden (Ezech. 2:4, 7). Toch hebben al deze mannen jaar na jaar onzelfzuchtig dienst verricht in het vaste vertrouwen dat Jehovah hen zou zegenen. Ook in deze tijd brengen Jehovah’s dienstknechten veranderingen in hun leven aan om een zo volledig mogelijk aandeel aan het predikingswerk te hebben, hetzij op een of andere verafgelegen plaats, of dichtbij.
4 Aangezien het nieuwe dienstjaar nog maar net is begonnen, is het de juiste tijd om eens na te denken over de voortreffelijke resultaten van de offers die wij tot dusver hebben gebracht, en vast te stellen wat wij gedurende het dienstjaar 1982 tot stand hopen te brengen. Gewoonlijk is het nuttig persoonlijke doeleinden vast te stellen. Zou het bijvoorbeeld mogelijk zijn dat jij dit jaar één of meer maanden in de hulppioniersdienst gaat? Heb je erover nagedacht de gewone pioniersdienst op je te nemen? Misschien zou de mogelijkheid hiertoe zich al gauw openen wanneer je de nodige offers brengt. Of heb je plannen gemaakt om op geregelde basis meer tijd aan de velddienst te besteden? Zo ja, dan is het nu de tijd om je plannen te gaan verwezenlijken! — Ef. 5:15-17.
WAT VOOR GOEDS IS ER TOT STAND GEBRACHT?
5 Wanneer je terugkijkt op wat jij persoonlijk tot stand hebt gebracht, moet je kunnen zien waarin je goede vorderingen hebt gemaakt. Is jouw kennis van Gods Woord bijvoorbeeld verdiept? Kweek je een intiemere verhouding tot Jehovah aan door hem geregeld dank te zeggen en door in gebed zijn hulp te zoeken? Toon je een grotere waardering voor vergaderingen door geregeld aanwezig te zijn en je goed voor te bereiden? Geef je geregeld commentaar, zodat je anderen opbouwt? Heb je naar gelang van je omstandigheden meer tijd aan de velddienst besteed? Of heb je op verscheidene manieren de kwaliteit van jouw bediening kunnen verbeteren? Indien je één of meer van deze dingen tot stand hebt kunnen brengen, heb je goede redenen om gelukkig te zijn.
6 Wij hebben enkele prachtige ervaringen ontvangen van degenen die er een begin mee hebben gemaakt op de tweede en vierde zaterdag van de maand op geregelde basis een aandeel aan het tijdschriftenwerk te hebben. In één gemeente merkten de ouderlingen op dat de gemeente in de eerste maand dat deze regeling werd ingesteld meer dan 1000 tijdschriften verspreidde, terwijl het gemiddelde voorheen slechts 550 tot 600 bedroeg.
7 Een pionierster, die op zondag gewoonlijk niet in de velddienst ging, paste haar schema aan zodat zij de eerste zondag van de maand kon uittrekken. De allereerste zondag verspreidde zij twee boeken en richtte twee bijbelstudies met personen die door de week werkten en alleen op zondag konden studeren. Jehovah heeft haar zelfopoffering rijkelijk gezegend.
DIENST UITGEBREID
8 Herinner je je de voortreffelijke suggesties in Onze Koninkrijksdienst van juni 1981 in verband met tijdschriftenroutes? Degenen die deze suggesties hebben toegepast, zijn gezegend, en dit geldt ook voor degenen die de tijdschriften met hun voortreffelijke boodschap geregeld ontvangen. Werkelijk, alle tijd, moeite en offers die erbij betrokken zijn, werpen rijke zegeningen af!
9 Er zijn nog andere manieren waarop wij de geest van zelfopoffering aan de dag leggen. Indien wij gewend zijn slechts één uur in de velddienst te staan, zouden onze omstandigheden het dan toelaten dat wij anderhalf uur, of nog langer, in de dienst blijven? Wij putten er vreugde uit wanneer wij iets tot stand brengen, en als wij langer in de dienst blijven, zullen wij meer geïnteresseerde personen ontmoeten en meer lectuur verspreiden. Wanneer wij meer tijd aan de bediening besteden, zal dit ook onze doeltreffendheid in het veld vergroten. Wij kunnen eveneens tonen dat wij zelfopofferend zijn door op wereldse feestdagen dienst te verrichten in plaats van de gehele dag aan ontspanning of andere persoonlijke bezigheden te besteden.
10 Het afgelopen dienstjaar is in vele opzichten uitstekend geweest, en dit was te danken aan Jehovah’s zegen op de zelfopofferende krachtsinspanningen van zijn dienstknechten. Laten wij er nu zorgvuldig, aandacht aan schenken gedurende het dienstjaar 1982 verdere vorderingen te maken in onze dienst voor Jehovah. Mogen wij vol vertrouwen naar Hem opzien voor zijn zegen op ons werk.