Een doel in het leven vinden

TOEN José elf was, verhuisde hij naar Santo Domingo. Om wat geld te verdienen poetste hij schoenen en verkocht schaafijs en sinaasappels. Als jonge man had hij de reputatie opgebouwd een serieuze en harde werker te zijn. Enkele jaren later vroeg zijn broer, die een Getuige was, of hij op zijn huis wilde passen. Daar zag José op de eettafel het boek U kunt voor eeuwig in een paradijs op aarde leven en hij bleef er de hele nacht in lezen. Hij realiseerde zich dat hij een doel in zijn leven had gevonden.

Het weekend daarop ging José naar de dichtstbijzijnde Koninkrijkszaal en stelde zichzelf voor als een Getuige van Jehovah. Hij zei tegen de broeders dat hij had geleerd dat hij vergaderingen moest bezoeken en het goede nieuws moest prediken. Ook had hij in het Eeuwig leven-​boek gelezen dat bepaalde praktijken verkeerd zijn voor christenen en hij verzekerde de broeders ervan dat hij zich daar niet mee bezighield. Twee weken later werd José verkondiger en een halfjaar daarna werd hij op 21-jarige leeftijd gedoopt.

Omdat José’s werkschema zijn vergaderingsbezoek in de weg stond, nam hij ontslag en ging hij werken voor een kwart van wat hij voorheen verdiende. Met zijn nieuwe werkschema kon hij de vergaderingen bijwonen en pionieren. Maar toen hij later trouwde en twee kinderen kreeg, moest hij stoppen met de pioniersdienst.

José was vastbesloten zijn zoontjes van kleins af aan de waarheid te onderwijzen. Toen zijn vrouw, Josefina, drie maanden zwanger was van hun eerste kindje, Noé, las José daarom hardop voor uit Mijn boek met bijbelverhalen, in de hoop dat de ongeboren baby hem kon horen. Tegen de tijd dat Noé geboren werd, had José het hele boek voorgelezen. Hij deed hetzelfde voor hun tweede zoontje, Neftalí.

Na verloop van tijd werd José algemeen directeur van een bedrijf waar hij tien keer zo veel verdiende als bij zijn vorige baan. Maar toen zijn jongens tien en dertien waren, gaf hij zijn positie als directeur op en begon hij weer te pionieren, deze keer met zijn vrouw en kinderen. Omdat hij nu veel minder verdiende, moesten ze als gezin samenwerken om hun uitgaven te beperken. Met zijn vieren leiden ze elke maand zo’n dertig Bijbelstudies. Jezus verzekert ons ervan dat als we eerst het Koninkrijk zoeken Jehovah ons zal zegenen (Matth. 6:33). José en zijn gezin hebben hier vertrouwen in gesteld en persoonlijk ondervonden dat Jehovah zich aan zijn woord houdt.