Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlandse Gebarentaal
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • Jeremia 23
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

Inhoud Jeremia

      • Goede en slechte herders (1-4)

      • Veiligheid onder ‘rechtvaardige spruit’ (5-8)

      • Valse profeten veroordeeld (9-32)

      • ‘De last’ van Jehovah (33-40)

Jeremia 23:1

Verwijsteksten

  • +Jer 10:21; 50:6; Ez 34:2

Jeremia 23:2

Verwijsteksten

  • +Ez 34:5

Jeremia 23:3

Verwijsteksten

  • +Jes 11:11; 35:10; Jer 29:14; 31:8
  • +Jer 50:19; Ez 34:14; Mi 2:12
  • +De 30:3, 5; Am 9:14; Za 10:8

Jeremia 23:4

Verwijsteksten

  • +Jer 3:15; Jo 21:15; Han 20:28

Jeremia 23:5

Voetnoten

  • *

    Of ‘scheut’, ‘erfgenaam’.

Verwijsteksten

  • +Jes 11:1; 53:2; Jer 33:15, 16; Za 3:8; Mt 2:23
  • +Lu 1:32, 33
  • +Jes 9:7; 11:3, 4; 32:1

Jeremia 23:6

Verwijsteksten

  • +Za 10:6
  • +De 33:28; Jer 32:37; Za 14:11
  • +Jes 54:17

Jeremia 23:7

Verwijsteksten

  • +Jer 16:14, 15

Jeremia 23:8

Verwijsteksten

  • +Jes 43:5; Ez 34:13; Ze 3:20

Jeremia 23:10

Verwijsteksten

  • +Jer 3:8, 9; 5:7; 13:27; Ez 22:11
  • +Jes 24:4; Joë 1:10
  • +Jer 12:4

Jeremia 23:11

Voetnoten

  • *

    Of ‘afvallig’.

Verwijsteksten

  • +Jes 28:7; Jer 5:31; 6:13; Ez 22:25; Ze 3:4
  • +2Kr 33:1, 5; 36:14; Jer 7:11; Ez 8:10, 11; 23:39

Jeremia 23:12

Verwijsteksten

  • +Jer 13:16

Jeremia 23:13

Verwijsteksten

  • +Ez 16:46

Jeremia 23:14

Voetnoten

  • *

    Of ‘en ze wandelen in leugen’.

  • *

    Lett.: ‘sterken de handen van’.

Verwijsteksten

  • +Jer 29:21, 23
  • +Jer 23:26
  • +Jes 3:9
  • +Ge 18:20; De 32:32; Jes 1:10; Ju 7

Jeremia 23:15

Verwijsteksten

  • +Jer 8:14; 9:15

Jeremia 23:16

Voetnoten

  • *

    Of ‘ze vullen jullie met ijdele hoop’.

Verwijsteksten

  • +Jer 27:9; 29:8
  • +Klg 2:14
  • +Jer 14:14; Ez 13:3; 22:28

Jeremia 23:17

Verwijsteksten

  • +Jer 4:10; 6:13, 14; 8:11; Ez 13:10
  • +Mi 3:11

Jeremia 23:19

Verwijsteksten

  • +Jer 25:32; 30:23, 24

Jeremia 23:21

Verwijsteksten

  • +Jer 14:14; 27:15; 29:8, 9

Jeremia 23:22

Verwijsteksten

  • +Jer 25:4, 5

Jeremia 23:24

Verwijsteksten

  • +Ge 16:7, 13; Sp 15:3; Am 9:2; Heb 4:13
  • +Ps 139:7

Jeremia 23:25

Verwijsteksten

  • +De 18:20; Jer 27:9; 29:21, 23

Jeremia 23:26

Verwijsteksten

  • +Jer 14:14

Jeremia 23:27

Verwijsteksten

  • +Re 3:7; 2Kon 21:1, 3

Jeremia 23:29

Verwijsteksten

  • +Jer 5:14
  • +Heb 4:12

Jeremia 23:30

Verwijsteksten

  • +De 18:20; Jer 14:15; Ez 13:2, 3

Jeremia 23:31

Verwijsteksten

  • +Ez 13:7

Jeremia 23:32

Verwijsteksten

  • +Ze 3:4
  • +Jer 7:8; Klg 2:14

Jeremia 23:33

Voetnoten

  • *

    Of ‘zware boodschap’. Het Hebreeuwse woord heeft een dubbele betekenis: ‘een gewichtige uitspraak van God’ of ‘een zware last’.

Verwijsteksten

  • +Jer 12:7

Jeremia 23:40

Verwijsteksten

  • +Jer 24:9; 42:18; Klg 5:20; Da 9:16

Algemeen

Jer. 23:1Jer 10:21; 50:6; Ez 34:2
Jer. 23:2Ez 34:5
Jer. 23:3Jes 11:11; 35:10; Jer 29:14; 31:8
Jer. 23:3Jer 50:19; Ez 34:14; Mi 2:12
Jer. 23:3De 30:3, 5; Am 9:14; Za 10:8
Jer. 23:4Jer 3:15; Jo 21:15; Han 20:28
Jer. 23:5Jes 11:1; 53:2; Jer 33:15, 16; Za 3:8; Mt 2:23
Jer. 23:5Lu 1:32, 33
Jer. 23:5Jes 9:7; 11:3, 4; 32:1
Jer. 23:6Za 10:6
Jer. 23:6De 33:28; Jer 32:37; Za 14:11
Jer. 23:6Jes 54:17
Jer. 23:7Jer 16:14, 15
Jer. 23:8Jes 43:5; Ez 34:13; Ze 3:20
Jer. 23:10Jer 3:8, 9; 5:7; 13:27; Ez 22:11
Jer. 23:10Jes 24:4; Joë 1:10
Jer. 23:10Jer 12:4
Jer. 23:11Jes 28:7; Jer 5:31; 6:13; Ez 22:25; Ze 3:4
Jer. 23:112Kr 33:1, 5; 36:14; Jer 7:11; Ez 8:10, 11; 23:39
Jer. 23:12Jer 13:16
Jer. 23:13Ez 16:46
Jer. 23:14Jer 29:21, 23
Jer. 23:14Jer 23:26
Jer. 23:14Jes 3:9
Jer. 23:14Ge 18:20; De 32:32; Jes 1:10; Ju 7
Jer. 23:15Jer 8:14; 9:15
Jer. 23:16Jer 27:9; 29:8
Jer. 23:16Klg 2:14
Jer. 23:16Jer 14:14; Ez 13:3; 22:28
Jer. 23:17Jer 4:10; 6:13, 14; 8:11; Ez 13:10
Jer. 23:17Mi 3:11
Jer. 23:19Jer 25:32; 30:23, 24
Jer. 23:21Jer 14:14; 27:15; 29:8, 9
Jer. 23:22Jer 25:4, 5
Jer. 23:24Ge 16:7, 13; Sp 15:3; Am 9:2; Heb 4:13
Jer. 23:24Ps 139:7
Jer. 23:25De 18:20; Jer 27:9; 29:21, 23
Jer. 23:26Jer 14:14
Jer. 23:27Re 3:7; 2Kon 21:1, 3
Jer. 23:29Jer 5:14
Jer. 23:29Heb 4:12
Jer. 23:30De 18:20; Jer 14:15; Ez 13:2, 3
Jer. 23:31Ez 13:7
Jer. 23:32Ze 3:4
Jer. 23:32Jer 7:8; Klg 2:14
Jer. 23:33Jer 12:7
Jer. 23:40Jer 24:9; 42:18; Klg 5:20; Da 9:16
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
Jeremia 23:1-40

Jeremia

23 ‘Wee de herders die de schapen van mijn weide ombrengen en verstrooien!’, verklaart Jehovah.+

2 Dus zegt Jehovah, de God van Israël, tegen de herders van mijn volk: ‘Jullie hebben mijn schapen verstrooid, jullie bleven ze uit elkaar drijven en jullie hebben geen aandacht voor ze gehad.’+

‘Daarom zal ik mijn aandacht op jullie richten vanwege jullie slechte daden’, verklaart Jehovah.

3 ‘Dan zal ik het overblijfsel van mijn schapen verzamelen uit alle landen waarheen ik ze verdreven heb.+ Ik zal ze terugbrengen naar hun weidegrond+ en ze zullen vruchtbaar zijn en talrijk worden.+ 4 En ik zal herders over ze aanstellen die echte herders voor ze zullen zijn.+ Ze zullen niet meer bang of angstig zijn en er zal er niet één ontbreken’, verklaart Jehovah.

5 ‘Luister! Er komt een tijd’, verklaart Jehovah, ‘dat ik voor David een rechtvaardige spruit* laat opkomen.+ En een koning zal regeren,+ inzicht hebben en opkomen voor recht en rechtvaardigheid in het land.+ 6 In zijn tijd zal Juda worden gered+ en Israël zal in veiligheid wonen.+ En dit is de naam die hij krijgt: Jehovah is onze rechtvaardigheid.’+

7 ‘Maar er komt een tijd’, verklaart Jehovah, ‘dat men niet meer zegt: “Zo zeker als Jehovah leeft, die het volk Israël heeft weggeleid uit Egypte!”,+ 8 maar: “Zo zeker als Jehovah leeft, die de nakomelingen van het huis van Israël heeft weggeleid en teruggebracht uit het land van het noorden en uit alle landen waarheen ik hen verdreven had”, en ze zullen in hun eigen land wonen.’+

9 Over de profeten:

Mijn hart is in mijn binnenste gebroken.

Al mijn botten beven.

Ik ben als een dronken man,

als een man die beneveld is door wijn,

vanwege Jehovah en vanwege zijn heilige woorden.

10 Want het land is vol mensen die overspel plegen.+

Door de vloek is het land gaan treuren+

en de weiden van de wildernis zijn verdroogd.+

Hun gedrag is slecht en ze misbruiken hun macht.

11 ‘Zowel de profeet als de priester is verontreinigd.*+

Zelfs in mijn eigen huis heb ik hun slechtheid gevonden’,+ verklaart Jehovah.

12 ‘Daarom zal hun pad glibberig en donker worden,+

ze zullen geduwd worden en vallen.

Want ik zal ellende over ze brengen

in het jaar van afrekening’, verklaart Jehovah.

13 ‘Bij de profeten van Sama̱ria+ heb ik iets weerzinwekkends gezien.

Hun profetieën zijn van Baäl afkomstig

en ze brengen mijn volk Israël op een dwaalspoor.

14 En bij de profeten van Jeruzalem heb ik afschuwelijke dingen gezien:

Ze plegen overspel+ en ze liegen en bedriegen.*+

Ze moedigen* boosdoeners aan

en ze keren zich niet af van hun slechtheid.

Voor mij zijn ze allemaal als Sodom,+

haar inwoners zijn als Gomorra.’+

15 Daarom zegt Jehovah van de legermachten tegen de profeten:

‘Ik laat ze alsem eten

en ik laat ze giftig water drinken.+

Want door de profeten van Jeruzalem heeft afvalligheid zich over het hele land verspreid.’

16 Dit zegt Jehovah van de legermachten:

‘Luister niet naar de woorden van de profeten die tot jullie profeteren.+

Ze misleiden jullie.*

Het visioen dat ze vertellen komt uit hun eigen hart,+

het komt niet uit de mond van Jehovah.+

17 Ze zeggen steeds tegen degenen die geen respect voor me hebben:

“Jehovah heeft gezegd: ‘Je zult vrede hebben.’”+

En tegen iedereen die zijn eigen koppige hart volgt zeggen ze:

“Jullie zal geen ellende overkomen.”+

18 Maar wie hoort bij de vertrouwelingen van Jehovah

en krijgt zijn woord te zien en te horen?

Wie heeft aandacht gehad voor zijn woord en ernaar geluisterd?

19 Kijk, de storm van Jehovah zal vol woede losbarsten.

Als een wervelstorm zal hij op het hoofd van slechte mensen neerkomen.+

20 De woede van Jehovah zal zich niet afwenden,

tot hij heeft uitgevoerd en gerealiseerd wat hij zich in zijn hart had voorgenomen.

Aan het einde van de dagen zullen jullie dat goed begrijpen.

21 De profeten zijn gaan lopen, ook al heb ik ze niet gestuurd.

Ze hebben geprofeteerd, ook al heb ik niet tegen ze gesproken.+

22 Maar als ze mijn vertrouwelingen waren,

dan hadden ze mijn volk mijn woorden laten horen

en zouden ze ervoor gezorgd hebben dat ze het verkeerde pad en hun slechte daden achter zich lieten.’+

23 ‘Ben ik alleen een God van dichtbij’, verklaart Jehovah, ‘en niet ook een God van ver?’

24 ‘Kan iemand zich verbergen in een schuilplaats zodat ik hem niet kan zien?’,+ verklaart Jehovah.

‘Ben ik het niet die de hemel en de aarde vult?’,+ verklaart Jehovah.

25 ‘Ik heb de profeten die in mijn naam leugens profeteren horen zeggen: “Ik heb een droom gehad! Ik heb een droom gehad!”+ 26 Hoelang zal dit doorgaan in het hart van de profeten, dat ze leugens profeteren? Ze zijn profeten van het bedrog uit hun eigen hart.+ 27 Ze willen mijn volk mijn naam laten vergeten door de dromen die ze aan elkaar vertellen, net zoals hun vaders mijn naam vergaten door Baäl.+ 28 Laat de profeet die een droom heeft gehad, de droom vertellen, maar degene die mijn woord heeft moet mijn woord naar waarheid weergeven.’

‘Wat heeft stro met graan te maken?’, verklaart Jehovah.

29 ‘Is mijn woord niet als een vuur’,+ verklaart Jehovah, ‘en als een smidshamer die een rots kapotslaat?’+

30 ‘Daarom ben ik tegen de profeten’, verklaart Jehovah, ‘die mijn woorden van elkaar stelen.’+

31 ‘Ik ben tegen de profeten’, verklaart Jehovah, ‘die hun tong gebruiken om te zeggen: “Hij verklaart!”’+

32 ‘Ik ben tegen de profeten van leugenachtige dromen’, verklaart Jehovah. ‘Ze vertellen ze rond en brengen mijn volk met hun leugens en opschepperij op een dwaalspoor.’+

‘Maar ik heb ze niet gestuurd en ze niets opgedragen. Dit volk heeft dus helemaal niets aan ze’,+ verklaart Jehovah.

33 ‘En als dit volk of een profeet of een priester je vraagt: “Wat is de last* van Jehovah?”, dan moet je antwoorden: “‘Jullie zijn de last! En ik zal jullie afwerpen’,+ verklaart Jehovah.” 34 Als een profeet of een priester of het volk zegt: “Dit is de last van Jehovah!”, dan zal ik mijn aandacht richten op die man en op zijn familie. 35 Dit is wat elk van jullie tegen zijn medemens en tegen zijn broeder zegt: “Wat heeft Jehovah geantwoord? En wat heeft Jehovah gezegd?” 36 Maar spreek niet meer over de last van Jehovah, want de last is jullie eigen woord. Jullie hebben de woorden van onze God, de levende God, Jehovah van de legermachten, veranderd.

37 Dit moet je tegen de profeet zeggen: “Wat voor antwoord heeft Jehovah je gegeven? En wat heeft Jehovah gezegd? 38 En als jullie blijven zeggen ‘De last van Jehovah!’, dan zegt Jehovah: ‘Omdat jullie zeggen: “Dit woord is de last van Jehovah”, terwijl ik jullie had gezegd: “Jullie mogen niet zeggen: ‘De last van Jehovah!’”, 39 daarom zal ik jullie optillen en ver van me weg gooien — jullie en de stad die ik aan jullie en je voorouders heb gegeven. 40 Ik breng eeuwige schande over jullie en eeuwige vernedering, die niet zal worden vergeten.’”’+

Publicaties voor de Nederlandse Gebarentaal (2000-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlandse Gebarentaal
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen