11 Daarom, mijn zoon, bid ik dat Jehovah met je is en dat je erin zult slagen het huis van Jehovah, je God, te bouwen, zoals hij over jou heeft gezegd.+ 12 Mag Jehovah je inzicht en verstand geven+ als hij je over Israël aanstelt, zodat je je zult houden aan de wet van Jehovah, je God.+