31 En de krachtige man zal stellig tot vlasafval worden,+ en het product van zijn activiteit tot een vonk; en beide zullen stellig tegelijkertijd in vlammen opgaan, zonder dat er iemand blust.”+
3 Een geknakt riet zal hij niet breken;+ en wat een kwijnende vlaspit betreft, hij zal ze niet uitblussen. In waarachtigheid zal hij gerechtigheid* voortbrengen.+