24 Toen zei Jezus tegen zijn discipelen: ‘Als iemand mijn volgeling wil worden, moet hij zichzelf wegcijferen, zijn martelpaal opnemen en mij altijd volgen.+
28 Jezus zei tegen ze: ‘Ik verzeker jullie: in de herschepping, als de Mensenzoon op zijn verheven troon gaat zitten, zullen jullie, mijn volgelingen, op 12 tronen zitten en de 12 stammen van Israël oordelen.+
4 Zij zijn het die zich niet met vrouwen hebben verontreinigd — ze zijn maagden.+ Zij zijn het die het Lam blijven volgen waar hij ook naartoe gaat.+ Ze zijn uit de mensheid gekocht+ als eerstelingen*+ voor God en voor het Lam.