Blijf het goede nieuws bekendmaken
1 Hoe heb jij de waarheid leren kennen? Door bemiddeling van je ouders, andere familieleden, collega’s of iemand die bij je aan de deur kwam? Wat ook het geval moge zijn, ben je niet dankbaar dat iemand belangstelling voor je had en je hielp Jehovah God te leren kennen, alsook hoe je hem kunt navolgen? Die kennis heeft voor jou de gelegenheid geopend eeuwig leven te verwerven. — Joh. 17:3.
2 Wanneer wij er de waarde van inzien Jehovah God en Jezus Christus te kennen, worden wij ertoe bewogen te doen wat wij kunnen om degenen te helpen die belangstelling tonen meer omtrent de bijbel te vernemen (1 Tim. 2:3, 4; Matth. 7:12). Het nieuwe dienstjaar zal vele gelegenheden bieden om mensen te helpen discipelen van Jezus Christus te worden.
NIET TE MOEILIJK
3 Ben je van mening dat het wat moeilijk is belangstellende personen te helpen? Komt dit doordat je ervaring mist? Welnu, wij moeten allemaal meer over de bijbel blijven leren. En wij kunnen individueel beperkingen hebben. Sommigen vinden het moeilijk zich te uiten. Anderen zijn misschien van mening dat zij niet genoeg kennis hebben. Er wordt echter niet van ons gevraagd iets te verkondigen waarmee wij niet bekend zijn. Jezus gaf zijn discipelen de opdracht datgene te vertellen wat zij omtrent het Koninkrijk wisten (Matth. 10:7). En wij allen weten ten minste iets over dat onderwerp.
4 Ons succes in de velddienst wordt niet bepaald door de hoeveelheid lectuur die wij verspreiden. Het is onze wens een getuigenis omtrent het Koninkrijk te geven en harten met de waarheid te bereiken. Aan het einde van een periode van velddienst zouden wij er dus goed aan doen onszelf af te vragen: Met hoeveel mensen heb ik vandaag over het Koninkrijk gesproken?
5 Zoals in de uitgave van maart 1976 van Onze Koninkrijksdienst werd uiteengezet, zijn er verscheidene manieren om met mensen een gesprek over de waarheid te beginnen. Vragen zijn heel doeltreffend. Door een goede luisteraar te zijn, zullen wij bovendien geholpen worden te weten hoe de persoon met wie wij spreken, denkt. Dit zal het gemakkelijker maken de waarheid aan te bieden op een wijze die zijn belangstelling wekt. Het is goed in gedachten te houden dat het doel waarvoor wij met mensen spreken, is harten in plaats van argumenten te winnen.
6 Gebed is eveneens onontbeerlijk in verband met ons predikingswerk. Is het, wanneer wij aan de velddienst deelnemen, niet passend Jehovah om zijn hulp te vragen? Ja, wij hebben Zijn geest nodig (1 Joh. 5:14). Die geest hielp degenen die in de eerste eeuw dienst verrichtten en is nog steeds beschikbaar om ons allen in deze tijd te helpen. — Hand. 1:8.
7 Tevens zal het nuttig zijn een positieve geestesgesteldheid in je van-huis-tot-huiswerk te hebben. Benader de mensen op een vriendelijke manier en begroet hen opgewekt. Dit is in overeenstemming met de instructies die Jezus Christus zijn apostelen gaf toen hij hen uitzond om te prediken (Matth. 10:12, 13). Het kan weliswaar zijn dat sommigen niet waarderen wat je zegt. Maar dit is geen reden om van streek te zijn of te menen dat je niet bekwaam bent. De Schrift maakt duidelijk dat niet allen gunstig zullen reageren. — Matth. 10:14, 34-36.
8 Hoe blij kunnen wij zijn dat Jehovah God ons de gelegenheid heeft geschonken anderen te helpen redding te verwerven! Dit is een grootse tentoonspreiding van zijn liefde en geduld jegens de mensheid (2 Petr. 3:9). Mogen wij derhalve een goed gebruik maken van onze tijd door het goede nieuws van redding met onze medemensen te blijven delen. — 2 Kor. 6:2.