De tong — verbazend doelmatig
EEN stukje spier — dat is alles. Maar hoe verbazend doelmatig! De tong is immers in staat alle klanken te vormen die in de honderden talen welke de mens bekend zijn, worden gesproken. Ze is bovendien een tast- en smaakorgaan bij uitstek en weet zoet en zuur, warm en koud, zout en bitter zodanig te onderscheiden dat de mens er, waar ook ter wereld, vreugde aan beleeft. Zonder tong zou het u zelfs heel moeilijk vallen te eten.
Ja, dit verbazend veelzijdige orgaan is bovendien zo gemaakt dat het zonder moeite voedsel heen en weer kan bewegen, het tussen de tanden en kiezen kan plaatsen en het daar kan houden om goed gekauwd te worden en het vervolgens achter in de keel kan brengen om doorgeslikt te worden.
Wanneer u vandaag lekker hebt gegeten en als de heerlijke geur en het aroma ervan u deden watertanden, heeft de tong hier een groot aandeel aan gehad. De tong helpt eraan mee, speeksel met het voedsel dat wij eten te vermengen, zodat wij niet zo gemakkelijk de kans lopen later een maagkwaal te krijgen. Door onze smaakzin, die hoofdzakelijk in de tong zetelt, kan ze ons zelfs vertellen of het voedsel goed of slecht is. Dit is de reden waarom u een kok ziet proeven van het eten dat hij bezig is te bereiden, om na te gaan of het precies goed van smaak is of dat er misschien nog iets bij moet om de smaak te verbeteren. Een klein likje of teugje is genoeg om hem dat te laten weten.
Ingewikkeld gebouwd
Hoewel de menselijke tong een tamelijk eenvoudig stuk spier schijnt te zijn, brengt een nauwkeuriger onderzoek aan het licht dat ze werkelijk een behoorlijk ingewikkeld orgaan is met een structuur die van grote intelligentie getuigt. Ze heeft spieren die in verschillende richtingen lopen, en zo komt het dat ze buitengewoon beweeglijk en buigzaam is. Sommige spieren lopen overlangs, andere in dwarsrichting en weer andere verticaal. Dit maakt het mogelijk de tong korter of langer te maken, haar omhoog of naar beneden te doen, de punt ervan in diverse richtingen te draaien of de tong smaller te maken en de randen ervan omhoog te krullen. Juist door deze veelzijdigheid en veranderlijkheid is de tong in staat voedsel naar alle delen van de mond te bewegen, het tussen de tanden en kiezen te duwen of zelfs een zandkorreltje te ontdekken dat misschien bij ongeluk in de sla was blijven zitten en dit vervolgens af te zonderen.
Behalve dat de tong met slijmvlies bedekt is, treft men op de oppervlakte ervan vier soorten kleine verhevenheden aan, papillen genaamd. Een van deze soorten bestaat bijvoorbeeld uit kleine kegelvormige uitsteeksels die zowel de hele bovenkant als de zijranden en de punt van de tong bedekken. Bij de katachtigen wordt de tong hierdoor zo raspig dat ze er gemakkelijk alle vlees mee van de beenderen kunnen schoonschrapen.
Een ander soort papillen is ongeveer zo groot als een speldeknop. Ze gelijken op miniatuurpaddestoelen, waaraan ze ook hun naam te danken hebben (papillae fungiformae). Ze bevinden zich vooral aan de punt en de zijranden van de tong, zijn rozerood van kleur en bevatten gewoonlijk speciale smaakpapillen.
Van weer een ander soort papillen zijn er in totaal niet meer dan zeven tot tien; ze zijn over de achterkant van de tong verdeeld en zijn door smaakpapillen omgeven. Ze zijn met het blote oog te zien.
Ten slotte is er volgens de geleerden nog een vierde soort van papillen, die langs de zijranden van de tong en in de plooien van het slijmvlies aan de achterkant van de tong worden aangetroffen.
Eenvoudig een stuk spier? Verre van dat. De tong is ingewikkeld gebouwd en heeft grote waarde voor haar eigenaar. Niet alleen is de tong bijzonder gevoelig voor smaak en warmte, maar ze is gevoeliger voor aanraking dan enig ander deel van het lichaam.
Verbazend doelmatig in al haar verscheidenheid
In het dierenrijk kan de verbazingwekkende doelmatigheid van de tong in een grote verscheidenheid worden aangetroffen. Beschouw bijvoorbeeld eens de gespleten tong van de slang. Sommige mensen geloven dat een gifslang bijt met haar snel bewegende tong en door middel hiervan gif in haar slachtoffer laat stromen, maar dit is niet het geval. Ze gebruikt haar tanden voor dit doel. De tong van de slang is niet alleen gespleten, maar ook smal en zeer gevoelig. De slang zal haar tong van tijd tot tijd buiten de bek brengen om de lucht te voelen. Wanneer het dier dan met de punt van zijn tong de zintuigholten of het zogenoemde orgaan van Jacobson boven in de bek aanraakt, geven de geurmoleculen uit de lucht, waarmee de tong in aanraking is gekomen, het dier een reukgewaarwording. Een tong om te ruiken? ja, de slangen hebben die. Ze kunnen hun tong zelfs in een soort schede terugtrekken om te voorkomen dat ze beschadigd wordt als ze niet in gebruik is.
Het kameleon heeft een gespecialiseerde telescooptong die uitzonderlijk lang is voor een dier van deze grootte. Geduldig en langzaam nadert dit diertje zijn prooi totdat het deze dicht genoeg genaderd is. Dan, snel als de weerlicht, schiet zijn tong uit en zit het insekt, het voor het kameleon zo smakelijke hapje, eraan vastgekleefd. Vrijwel op dezelfde manier hebben de meeste kikvorsen een lange tong die ze heel snel en ver kunnen uitsteken om er net als met een vliegeklap insekten mee te vangen.
Mierenberen of miereneters spannen de kroon als het erop aankomt snel hun slag te slaan met hun tong. Wanneer ze met hun machtige klauwen een termietennest openhalen, is voor hun tong de tijd gekomen om zo snel dat het nauwelijks te zien is, aan het werk te gaan. Hun snuit is lang, en de tong schiet uit de bek als een pijl uit een blaasroer. Ze is lang, zeer beweeglijk en met een kleverige substantie bedekt. De miereneter hoeft dus niets anders te doen dan zijn tong in de bek terug te brengen en de termieten die eraan zijn blijven kleven naar binnen te halen om ze lekker op te peuzelen. Evenzo heeft de Aziatische pangolin, een geschubde miereneter, een lange, wormachtige tong die hij gebruikt om mieren te vangen en op te eten.
Ook vogels hebben een opmerkelijk doelmatige tong. De specht bijvoorbeeld heeft een tong die aan de punt slijmerig is en voorzien is van weerhaken, waardoor ze bij uitstek geschikt is om maden en larven te verschalken en uit rottend hout vandaan te halen. Dan is er ook nog de prachtige kleine kolibrie, die zijn verbazingwekkende tong als een limonaderietje gebruikt! Om van de nectar te kunnen drinken vliegt hij van bloem tot bloem. Hoewel de kolibrie een heel klein vogeltje is, waarvan sommige soorten vanaf de punt van de snavel tot de punt van de staart niet groter zijn dan 6,5 tot 7,5 centimeter, is hij toch nog zo zwaar dat tere bloemen zijn gewicht niet kunnen dragen. Hij zweeft daarom dicht bij de bloem en gebruikt dan zijn lange, dunne tong om door middel van de zuigmethode het zoete vocht eruit te halen.
De bloedzuigende lamprei of zeeprik, een palingachtige vis die aan de kusten van de Middellandse Zee en Noordatlantische Oceaan voorkomt, heeft een merkwaardige tong. Het is een krachtige spier die bedekt is met een hoornachtig vlies, en de lamprei gebruikt deze als een zuigpomp om zich aan rotsen te verankeren of zich aan andere vissen vast te hechten en er zich al zuigend mee te voeden.
Planteneters zoals de giraffe hebben ook wonderlijk doelmatige tongen. De tong van de giraffe kan wel een halve meter lang zijn en het dier kan deze snel om bladerachtig materiaal heenslaan, dit afrukken en vervolgens naar binnen werken.
De prijs voor de allergrootste tong moet naar de walvis gaan. Naar verluidt kan de tong van een dertig meter lange blauwe walvis 3000 kilo wegen. Ja, de tong van een zevenentwintig meter lange blauwe walvis bleek, toen ze in haar geheel gewogen werd, ongeveer het gewicht te hebben van een middelgrote olifant. Denk eens aan de kracht die ervoor nodig is om zo’n tong te bewegen!
Niet alleen dat tongen kunnen jagen, zuigen, schrapen en rukken, maar wat zou u ervan zeggen als ze ook nog gebruikt werden om te reinigen en eerste hulp bij ongelukken toe te passen? Denkt u maar eens aan de huiskat: wat zit dat dier zich, net als de meeste dieren, niet elke dag weer met zijn tong heerlijk te wassen! En zien wij niet vaak bij katten, honden en andere dieren dat ze met hun tong een wond zorgvuldig betten en reinigen? Hebt u ook wel eens bemerkt dat als u een van uw tanden verliest, uw tong er veel belang in schijnt te stellen en zorgzaam en teder de open ruimte aftast?
Hoe de tong te verzorgen en te gebruiken
Zo’n opmerkelijk en noodzakelijk orgaan verdient stellig onze aandachtige zorg, want zelfs dit elastische lid van ons lichaam kan verkeerd gebruikt worden. Interessant is hetgeen de Encyclopædia Britannica zegt, namelijk dat, wanneer de tong geïrriteerd wordt door rotte tanden of kiezen, een slecht passend kunstgebit of door veel roken, chronische ontsteking van de tong het gevolg kan zijn. Aangezien een dergelijke chronische ontsteking tot kanker kan leiden, vermeldt deze autoriteit: „De behandeling vereist de verwijdering van elke bron van irritatie . . . Roken moet absoluut geheel worden opgegeven . . . en alles wat verder een mogelijke oorzaak van irritatie zou kunnen zijn, moet worde vermeden.”
Het is ook goed om irritatie te vermijden die bij het spreken door een onjuist gebruik van de tong wordt veroorzaakt. Schreeuwen en toornig en schimpend gepraat irriteren anderen en schenken niemand enig voordeel. „Dood en leven zijn in de macht van de tong”, vertelt de geïnspireerde spreuk ons (Spr. 18:21). Iemand kan zijn tong oefenen in het spreken van wat goed is en in het helpen van anderen, maar eerst moet hij zijn denkvermogen oefenen in overeenstemming met de wijsheid die afkomstig is van Jehovah God, de grote Ontwerper van de tong. Dan kan onze tong gebruikt worden om vrede en geluk in ons gezin en onder onze kennissen en vrienden te bevorderen, en dit alles tot lof van de Schepper, wiens wijsheid duidelijk te zien is in de verbazingwekkende doelmatigheid van de tong.