Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g91 22/7 blz. 7-8
  • AIDS — Wat ouders en kinderen moeten weten

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • AIDS — Wat ouders en kinderen moeten weten
  • Ontwaakt! 1991
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Wat u moet weten
  • Het helpen van mensen met aids
    Ontwaakt! 1994
  • Wie lopen gevaar?
    Ontwaakt! 1986
  • AIDS — Een crisis voor tieners
    Ontwaakt! 1991
  • Hoe heeft AIDS zich zo kunnen verbreiden?
    Ontwaakt! 1988
Meer weergeven
Ontwaakt! 1991
g91 22/7 blz. 7-8

AIDS — Wat ouders en kinderen moeten weten

JAMMER genoeg worden voor veel jongeren die AIDS hebben opgelopen de problemen vaak nog verergerd door de onevenwichtige denkwijze van veel volwassenen die weinig van AIDS af weten. In veel gevallen hebben ouders hun eigen kinderen vooroordelen bijgebracht tegen kinderen met de ziekte. Zelfs na de mededeling van artsen dat er geen gevaar is, hebben schoolinspecteurs en schoolhoofden geweigerd leerlingen toe te laten die met het AIDS-virus besmet zijn. Geheimhouding is dan ook het wachtwoord voor veel ouders van met HIV besmette kinderen. Zij zijn bang, en in sommige gevallen met reden, dat hun kinderen uitgestoten en mishandeld zullen worden, of erger nog.

Zo was een moeder van een met AIDS besmette dochter zo bang voor problemen met haar buren, dat zij haar kind verbood met hun kinderen te spelen. „Je wilt niet dat de mensen die rondom je wonen, weten dat je kind AIDS heeft, want mensen doen rare dingen.” Volgens berichten is dat zeker niet overdreven. Ouders zijn gemeden door hun beste vrienden en buren. Vrienden hebben op straat hun hoofd omgedraaid in plaats van te laten blijken dat zij hen hadden gezien of hen te groeten. Aan het AIDS-stigma kleven zulke zware vooroordelen dat vaste klanten onder het roepen van beledigingen restaurants zijn uitgelopen als er een familie met een aan AIDS lijdend kind binnenstapte. Vaders zijn hun baan kwijtgeraakt. Anderen hebben bomdreigementen ontvangen. Bij weer anderen is het huis in brand gestoken.

Kinderen met AIDS zijn het mikpunt geweest van wrede grappen van klasgenoten. Een zo’n AIDS-patiënt, die de ziekte had opgelopen door een bloedtransfusie, werd er door klasgenoten herhaaldelijk van beschuldigd homoseksueel te zijn. Zij treiterden: „Wij weten hoe je echt AIDS hebt gekregen.” Het gezin werd gemeden door leden van hun kerk. Er kwamen gemene anonieme brieven. Hopen afval werden op hun gazon gedeponeerd. Iemand schoot zelfs een kogel door een raam aan de voorkant.

„Er wordt zo geheimzinnig over gedaan,” zei een moeder van een met AIDS besmet kind, „en daardoor raak je zo geïsoleerd.” The New York Times voegt daaraan toe: „De meeste van de 1736 Amerikaanse kinderen van onder de 13 bij wie AIDS is geconstateerd, zijn door hun ziekte in een isolement geraakt, gedwongen hun ziekte geheim te houden voor gezonde vriendjes of schoolmakkers die hen zouden kunnen gaan mijden.” En tot slot stond in The Toronto Star deze opmerking: „Zelfs nadat een jongere is gestorven, zijn veel gezinnen bang de waarheid te vertellen, wat het verdriet en de eenzaamheid waarmee het verlies van elk kind gepaard gaat, nog groter maakt.”

Wat u moet weten

Erkend moet worden dat AIDS geen aanzien des persoons kent. Het kan rijk en arm, jong, heel jong, en oud treffen. In sommige landen is onder de jongeren de kennis over AIDS armzalig en oppervlakkig. De meeste mensen „hebben er geen idee van wat een enorm gevaar AIDS voor tieners is”, zei een Newyorkse AIDS-deskundige.

Zo onthulde een onderzoek onder jonge mensen in een grote Amerikaanse stad dat 30 procent van de geïnterviewden geloofde dat AIDS te genezen was als het in een vroeg stadium behandeld werd. Er is nog geen geneesmiddel voor AIDS gevonden. Een derde wist niet dat men geen AIDS kan oplopen door iemand met de ziekte gewoon aan te raken of door zijn kam te gebruiken. Bij een aanvullend onderzoek onder 860 tieners tussen de 16 en de 19 in een ander deel van de Verenigde Staten werd bevonden, dat 22 procent niet wist dat het AIDS-virus overgedragen kan worden door zaad en dat 29 procent er niet van op de hoogte was dat het door vaginale afscheidingen kan worden overgedragen.

Niet alleen in de tijd dat AIDS zich werkelijk heeft geopenbaard maar ook tijdens de hele incubatieperiode zijn de slachtoffers besmettelijk en kunnen zij het AIDS-virus op anderen overdragen. Het kan echter niet overgedragen worden door een AIDS-patiënt een hand te geven of hem of haar te omhelzen, daar het virus buiten het lichaam snel sterft. Evenmin blijft het virus in leven op toiletbrillen, een angst die sommigen koesteren. Waren schoolhoofden en -inspecteurs bang dat AIDS-vrije leerlingen de ziekte konden oplopen door te drinken aan een waterkraan die net door een AIDS-patiënt was gebruikt? Deskundigen zeggen dat deze vrees ongegrond is, daar het virus onmogelijk in de bloedsomloop van de niet-besmette persoon kan komen.

Artsen wordt vaak gevraagd of het gevaarlijk is gaatjes in de oren te laten prikken, daar dat met naalden gebeurt. Deskundigen geven toe dat als er besmette naalden worden gebruikt, de kans op het oplopen van het AIDS-virus aanwezig is. En hoe staat het met kussen? „Als iemand die AIDS heeft of met HIV besmet is, u kust en u een bloedend kloofje of een wondje aan uw lippen of in uw mond hebt, is dat denkbaar, maar zeer onwaarschijnlijk”, zei een deskundige. Het is echter mogelijk.

De enige manier om te weten of u besmet bent, ook nadat er bepaalde verdachte symptomen zijn opgetreden, is u grondig door een arts te laten onderzoeken en uw bloed te laten testen.

En wees ten slotte, als je een kind bent, eerlijk tegenover je ouders. Als alle anderen je in de steek laten, kunnen zij degenen zijn die je trouw blijven en je de troost en hulp geven die je nodig zult hebben. Wees verstandig en zeg nee tegen drugs en voorechtelijke seks. Het kan je het leven redden. Veel jongeren die het AIDS-virus hebben opgelopen door seks of besmette naalden, hebben toegegeven dat zij beïnvloed waren door slechte omgang. De woorden van de apostel Paulus hebben nu vast een diepe betekenis voor hen. „Wordt niet misleid. Slechte omgang bederft nuttige gewoonten” — en kan je, in sommige gevallen, het leven kosten. — 1 Korinthiërs 15:33.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen