Vergaderingen om mensen tot discipelen te maken
„SOMMIGE mensen houden er niet van over godsdienst te praten”, begon een artikel in de San Jose News van 14 juli 1967.
„Maar dit is niet het geval met de bijna 10.000 personen die u dagelijks, tot en met zondag, op de Santa Clara County Fairgrounds zult aantreffen”, vervolgde het verslag. „Zij behoren tot de 170 gemeenten van Jehovah’s getuigen in 13 provincies in de omgeving van de [San Francisco] Baai, die een ’Maakt discipelen’-districtsvergadering bijwonen.”
De vergadering in San Jose, in de Amerikaanse staat Californië, was slechts een van de drieënzestig vierdaagse vergaderingen die vorig jaar zomer in Canada en op het vasteland van de Verenigde Staten werden gehouden. In totaal 463.658 personen bezochten de openbare lezing „Een grote schare mensen uit Armageddon redden”, die tijdens deze vergaderingen werd gehouden, terwijl 6875 nieuwe bedienaren van het evangelie hun opdracht aan Jehovah God door de waterdoop symboliseerden.
Dit waren echter slechts enkele van de „Maakt Discipelen”-districtsvergaderingen. In geheel West-Europa werden nog zevenenzeventig van deze vergaderingen gehouden. Er waren 312.032 personen op deze vergaderingen aanwezig, terwijl 6171 personen werden gedoopt. Dit bracht het totaal van degenen die alleen nog maar deze „Maakt discipelen”-vergaderingen hadden bijgewoond, op 775.690 — ruim driekwart miljoen! En hoe aangenaam was het te zien dat ruim 13.000 personen op deze 140 vergaderingen symboliseerden dat zij hun leven aan het dienen van hun Grootse Schepper hadden opgedragen en nu van ganser harte aan het werk bestaande in het maken van discipelen, zouden deelnemen.
HET BEGON IN JUNI
De serie vergaderingen begon op 8 juni in Bray, Ierland, waar 839 personen de openbare lezing bijwoonden. Twee weken later kwamen de vergaderingen in de Verenigde Staten op gang, en wel te Kalispell, in Montana, Shreveport, in Louisiana, en Stockton, in Californië, met een gecombineerd hoogtepunt in het aantal bezoekers van 19.270. De daaropvolgende week begonnen Engeland en Canada met hun serie congressen, en aldaar en in de Verenigde Staten woonden dat weekend 52.966 personen de openbare lezing bij.
Gedurende de volgende weken kwamen nog eens tienduizenden personen in ver uit elkaar liggende steden bijeen. De bevolking in deze plaatsen was vaak maar betrekkelijk klein, met het gevolg dat de congresbezoekers een diepe indruk maakten. U kunt zich bijvoorbeeld voorstellen welk een indruk ongeveer 4000 afgevaardigden maakten op het plaatsje Kalispell, waar de gemiddelde bevolking uit niet veel meer dan 10.000 personen bestaat! Of welk een indruk ongeveer 18.000 congresbezoekers op het stadje Costa Mesa, in Californië, maakten, waar slechts ongeveer 40.000 mensen wonen. Soms was de verhouding van het aantal congresgangers tot het inwonertal van de congresstad ongeveer één op vijf en bij gelegenheden was deze verhouding nog veel gunstiger.
Het meest bijzondere weekend, althans wat het aantal aanwezigen betrof, was dat van 3 tot 6 augustus. Alleen al in de Verenigde Staten kwamen dat weekend 82.345 personen in vergadering bijeen! Er waren 32.283 in Jersey City, New Jersey, en 25.618 in Pomona, Californië, de twee grootste vergaderingen. Van 14 tot 17 september werd de zomervergaderingsserie besloten met een laatste vergadering die in de Engelse stad Liverpool werd gehouden.
HET PROGRAMMA EN NIEUWE PUBLIKATIES
Het programma, dat op elke vergadering vrijwel gelijk was, legde de nadruk op de belangrijkheid niet alleen zelf een discipel van Jezus Christus te zijn, maar ook anderen te helpen er een te worden. De thematoespraak, „Laat God opstaan, laten zijn vijanden verstrooid worden”, wees op het ophanden zijnde einde van alle goddeloosheid, als God binnenkort aan het einde van dit samenstel van dingen tegen zijn vijanden zal opstaan. Er werd met klem op gewezen dat het nu de tijd is om Gods koninkrijk bekend te maken, opdat de mensen op de hoogte gebracht kunnen worden van de glorierijke overwinningen die Gods regering heeft behaald en alsnog zal verwezenlijken.
Na deze toespraak werd een herziene uitgave van het Engelse Qualified to Be Ministers-boek verkrijgbaar gesteld ten einde de afgevaardigden in hun werk, dat in het maken van discipelen bestaat, te helpen. Deze publikatie wordt nu reeds in Engels sprekende landen als een leerboek op de wekelijkse theocratische bedieningsschool van Jehovah’s getuigen gebruikt. Er werden gedurende de vergaderingen nog twee nieuwe Engelse boeken, die zijn uitgegeven om de Getuigen te helpen discipelen te maken, verkrijgbaar gesteld — Did Man Get Here by Evolution or by Creation? en „Your Word Is a Lamp to My Foot”.
Het nieuwe Evolutie-boek boeide de aandacht van velen. Iemand die de vergadering in Montgomery, in de Amerikaanse staat Alabama, bezocht, zei: „Ik ben vannacht tot een uur of twee/drie opgebleven om dat boek te lezen.” Het voorziet werkelijk in een behoefte, en een afgevaardigde die de vergadering te Tucson, in de Amerikaanse staat Arizona, had bijgewoond, schreef: „Ik ben er oprecht van overtuigd dat het nieuwe Evolutie-boek zeer in de smaak zal vallen bij degenen met een wereldse wetenschappelijke opleiding of achtergrond en ertoe kan bijdragen dat zij met de waarheid worden bereikt.” De hoop wordt gekoesterd dat het vele mensen zal helpen christelijke discipelen en aanbidders van de God van de Schepping, Jehovah, te worden.
Het 224 bladzijden tellende „Lamp”-boek, beschrijft de verantwoordelijkheden van christelijke discipelen en zet de verschillende kenmerken van de tegenwoordige christelijke organisatie uiteen. Het is op zo’n aantrekkelijke manier geschreven dat een afgevaardigde na het lezen van dit boek zei: „Ik kreeg echt zin om op pad te gaan en tot anderen te prediken.”
Het gehele vierdaagse vergaderingsprogramma had een overeenkomstige uitwerking op velen. Een afgevaardigde te South Bend, in de Amerikaanse staat Indiana, beschreef het terecht als volgt: „Het programma was boordevol praktische dingen — dingen die wij thuis rustig kunnen overdenken en in praktijk kunnen brengen. Ik kreeg er het verlangen door Jehovah te dienen, niet alleen maar het besef aan alles mee te doen omdat ik nu eenmaal wist dat ik dit moest doen.”
Vooral de bijbelse drama’s werden zeer op prijs gesteld. „Wij werden hierdoor midden in werkelijke situaties geplaatst”, merkte een afgevaardigde op. „Wij werden tot een deel van het voorval gemaakt. Het was niet moeilijk de hedendaagse toepassing in te zien, aangezien de bekende problemen waaraan wij het hoofd moeten bieden, in de verwikkelingen van het toneelstuk waren verweven.” Eén drama handelde over een Israëlitische man die een stotige stier had (Ex. 21:28, 29). Deze stier doodde een buurman, maar de feiten werden verkeerd voorgesteld en de zaak moest door de Israëlitische rechters worden uitgezocht.
„Pappie”, vroeg een zevenjarig jongetje na het drama aan zijn vader, „hebben ze die mannen nu echt weggebracht en gestenigd?” De gebeurtenissen werden zo realistisch vertolkt, dat ze een onuitwisbare indruk maakten. Er werd duidelijk door aangetoond hoe ernstig het in Gods ogen is te liegen en de raad die door middel van Gods organisatie komt, in de wind te slaan.
Op de geest van oudere kinderen werd echter een nog diepere indruk gemaakt. Een zestienjarige jongen, die ondanks de protesten van zijn vader met wereldlingen bleef omgaan, volgde het programma met grote aandacht. Toen zij die avond na afloop van het programma thuiskwamen, bood hij zijn vader zijn excuses aan voor zijn vroegere handelwijze. „Ik besefte niet hoe ernstig het was”, gaf hij toe, en hij beloofde dat hij zich in de toekomst niet meer aan die dwaasheid schuldig zou maken.
Het vergaderingsprogramma vormde werkelijk een krachtige stimulans om mensen tot christelijke discipelen te maken! Bovendien bezielde het de aanwezigen tot hernieuwde kracht in de christelijke bedieningsactiviteit. Het is zoals een groep uit België het onder woorden bracht: „Hoe kunnen wij onze hemelse Vader bewijzen dat wij dit geestelijke voedsel waarderen? Alleen door overeenkomstig de gegeven raad te leven en discipelen voor Christus te maken.”
AFGEVAARDIGDEN ONDANKS MOEILIJKHEDEN AANWEZIG
Rijpe christenen beseffen dat zij de zo belangrijke omgang en onderwijzingen die hun op vergaderingen worden geboden, absoluut niet kunnen missen, en daarom nemen zij zich vast voor aanwezig te zijn. Een oude, blinde discipelin kon niemand vinden om haar te vergezellen, en daarom bezocht zij de vergadering te Trenton maar op eigen gelegenheid. Zij ging uit van de stelregel: „Pieker maar niet. De broeders zullen voor mij zorgen.” Zij kreeg inderdaad gezelschap en heeft intens van de vergadering genoten.
In een ander geval werd het huis van een gezin van zeven personen in de Amerikaanse staat Missouri door overstromingen bedreigd. Tegen 29 juni, de dag dat de vergadering zou beginnen, was hun huis helemaal door water ingesloten, en het zag er niet naar uit dat het water zou terugtreden. Zij zetten het meubilair echter op tafels en stoelen en verhoogden hun bedden, hierdoor vastberaden te kennen gevend: „Wij gaan naar het congres en vertrouwen op Jehovah.” Zij ontvingen een werkelijke geestelijke zegen door aldaar aanwezig te zijn.
Het was voor een weduwe met acht kinderen niet gemakkelijk de vergadering in Asheville, in de Amerikaanse staat North Carolina, bij te wonen. Toch was zij aanwezig! „Ik besloot eenvoudig om elke dag op en neer te reizen”, zei ze. „Het is weliswaar geen kleinigheid om iedere dag een rondreis van ruim driehonderd kilometer te maken, maar ik vond dat wij de vergadering niet konden missen.”
Hoewel een christelijke opziener uit Mississippi tien kinderen heeft, van wie er nog negen thuis zijn, was hij vastbesloten op de vergadering in Montgomery, in de Amerikaanse staat Alabama, aanwezig te zijn. Hij leende een open vrachtwagen van zijn baas, bouwde er een soort caravan op, laadde hem vol met zijn gezin en nog vijf anderen uit zijn gemeente, en alle zestien bezochten het congres!
Het geloof van degenen die werkelijke moeilijkheden hadden overwonnen om een van de „Maakt discipelen”-vergaderingen bij te wonen, vormde een aanmoediging voor hun christelijke broeders. Dit was bijvoorbeeld het geval met de 622 Portugese christenen die, aangezien hun het recht was ontzegd in hun eigen land te vergaderen, naar Marseille in Frankrijk waren gereisd en daar genoten van een rijk geestelijk feest en de gastvrijheid van hun Franse broeders. Het was ook het geval met de ongeveer 4000 christelijke getuigen uit Spanje die erin slaagden naar de Franse stad Toulouse te gaan, waar zij in vrijheid bijeenwaren — iets wat in hun eigen land niet is toegestaan.
En in West Palm Beach, in de Amerikaanse staat Florida, moedigden Cubaanse vluchtelingen, die onder het communistische bewind in hun land allerlei ontberingen hadden ondergaan, alle aanwezigen door hun ervaringen aan. Zelfs de openbare pers toonde een werkelijke belangstelling voor hun bezielende verhalen over het handhaven van hun christelijke neutraliteit. In de Palm Beach Post van 8 juli 1967 werd in een redactioneel artikel bericht:
„De familie van sommigen van de vluchtelingen bevindt zich nog op Cuba, en hun familieleden hier dachten er weer aan hoe de mannen in kuilen werden gestopt die met zand werden dichtgegooid, zodat alleen hun hoofd er nog buiten stak, waarna zij aan de verzengende zon werden blootgesteld, hoe zij werden gedwongen gedurende lange tijd in water te staan, en nog veel meer van dergelijke ongelooflijke gruwelen.
De vrouwen worden niet zo slecht behandeld als de mannen, zeggen sommigen die het eiland hebben verlaten, maar hun zendingswerk is bijna onmogelijk gemaakt en het bezitten van een bijbel vormt voldoende reden voor opsluiting.
Ondanks de vervolging blijven Jehovah’s getuigen op Cuba echter neutraal ten opzichte van de druk van de zijde van de regering en, zoals één vluchteling het uitdrukte, ’De regeringsfunctionarissen hebben gezien welk een geloof er wordt getoond, en zij zeggen dat wij gehoorzaam zijn aan ons geloof.’”
ERTOE AANGEZET DISCIPELEN TE WORDEN
Personen die de vergaderingen van Jehovah’s getuigen bezoeken, zien hoe ditzelfde ware geloof wordt ten toon gespreid. De christelijke liefde en oprecht vriendelijke geest waarvan deze vergaderingen doortrokken zijn, zet vele personen die voor het eerst aanwezig zijn, ertoe aan ernstige stappen te doen om discipelen van Jezus Christus te worden. Een man die de vergadering te Columbus, in de Amerikaanse staat Georgia, bezocht, legde uit:
„Enkele weken geleden gaf een van Jehovah’s getuigen die aan het werk was, mij een Wachttoren. Ik las het tijdschrift en was diep onder de indruk van de erin opgetekende inlichtingen. De volgende twee weken bracht ik tien uur in de Koninkrijkszaal door, en ik heb van elke minuut ervan genoten. Ik ben hier gekomen en ik heb geen lezing gemist. Hier te zijn, is als in het licht te zijn, terwijl buiten, in de valse religie, diepe duisternis heerst. Ik heb eenentwintig jaar in het leger gediend. Nu ziet het ernaar uit alsof ik mij bij een ander leger zal gaan voegen.” Er zijn regelingen getroffen dat er bij deze man een geregelde bijbelstudie wordt geleid, zodat zijn verlangen om een voortreffelijke soldaat van Jezus Christus te worden, verwezenlijkt kan worden. — 2 Tim. 2:3.
Iemand anders had zich door de Getuige die een geregelde bijbelstudie bij hem leidt, laten overreden een zitting van de vergadering te Allentown, in de Amerikaanse staat Pennsylvania, bij te wonen. Hij deed dit en was hiervan zo onder de indruk dat hij er regelingen voor trof twee weken later de vergadering in Trenton, in de Amerikaanse staat New Jersey, bij te wonen. Hij zei gedurende deze vergadering: „Dit móet Jehovah’s organisatie zijn; ik heb veel van de wereld gezien, maar dat wat ik nu zie, bewijst voor mij dat Jehovah’s getuigen een wonder zijn.”
Zo’n conclusie kan worden bereikt wanneer men het initiatief neemt en een persoonlijk onderzoek instelt door een congres bij te wonen. In Noorwegen heeft een ongelovige vrouw dit gedaan door met haar man, die een Getuige was, mee te gaan. Zij kampeerden op het tentenkamp van het congres met bijna 2000 Getuigen. Onmiddellijk na afloop van het programma gingen zij samen op reis voor een trektocht. Welke indruk had de vergadering op haar gemaakt?
Welnu, de volgende dag kwamen zij terug! „Zouden jullie niet met vakantie gaan?” werd hun gevraagd. De vrouw antwoordde: „Ja, en wij zijn één nacht op een andere kampeerplaats geweest, maar toen ik weer aan de vrede en orde op dit kampeerterrein terugdacht, vond ik het verschil zo groot, dat ik liever terugging om jullie te helpen de boel op te ruimen.”
Zij wilde liever met Jehovah’s getuigen werken dan in het gezelschap van wereldlingen vakantie houden! Sinds het congres bezoekt zij samen met haar man de gemeentevergaderingen, en zij doet nu stappen om een christelijke discipelin te worden.
De „Maakt discipelen”-districtsvergaderingen waren inderdaad een groots succes! Ze hebben er toch zoveel toe bijgedragen eerlijke mensen te helpen inzien wie in deze tijd de ware discipelen van Jezus Christus op aarde zijn! En de bezielende aansporingen en onderwijzingen zetten de honderdduizenden christelijke afgevaardigden ertoe aan met hernieuwde kracht voort te gaan met het ten uitvoer brengen van Jezus’ opdracht: „Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën.” — Matth. 28:19.