Het goede nieuws aanbieden — Van huis tot huis
1 Ons werk, het prediken van het goede nieuws van het Koninkrijk, werd geboden door de voornaamste autoriteiten in het universum, de Soevereine Heer Jehovah en zijn op de troon geplaatste Zoon, Jezus Christus. — Matth. 28:18; Openb. 14:6, 7.
2 Jezus gaf het voorbeeld doordat hij „van stad tot stad en van dorp tot dorp [trok], terwijl hij het goede nieuws van het koninkrijk Gods predikte en bekendmaakte” (Luk. 8:1). De les die hij zowel door woord als door voorbeeld onderwees, ontging zijn discipelen niet (Matth. 13:51, 52). Zij beseften de belangrijkheid van het openbare predikingswerk. Zelfs nadat zij gegeseld waren omdat zij zo ronduit hadden gesproken, hielden zij niet op maar bleven dagelijks in de tempel en van huis tot huis „het goede nieuws over de Christus, Jezus, bekendmaken” (Hand. 5:41, 42; 20:20). In de huidige tijd wordt dit werk alleen maar verricht door Jehovah’s Getuigen, die vorig dienstjaar meer dan 739 miljoen uren aan de predikingsactiviteit besteedden, waarvan veel bestond uit van-huis-tot-huiswerk. — Hag. 2:7; Jes. 60:22.
WAT VAN-HUIS-TOT-HUISWERK BEWERKSTELLIGT
3 Zoals in Ezechiël 33:33 en 38:23 te kennen wordt gegeven, speelt onze van-huis-tot-huispredikingsactiviteit een belangrijke rol bij de heiliging van Jehovah’s naam. Individuele huisbewoners worden vierkant met het goede nieuws van het Koninkrijk geconfronteerd, hetgeen hun gelegenheid biedt te tonen waar zij staan (2 Thess. 1:8-10). Hopelijk zullen zij ertoe bewogen worden hun standpunt aan Jehovah’s zijde in te nemen en leven ontvangen. — Matth. 24:14; Joh. 17:3.
4 Geregeld van-huis-tot-huiswerk versterkt ook onze hoop op Gods beloften. Ons vermogen de bijbel op doeltreffende wijze te gebruiken, wordt vergroot. Wij worden geholpen mensenvrees te overwinnen. Er kan grotere empathie worden ontwikkeld wanneer wij uit de eerste hand vernemen hoe mensen lijden ondergaan omdat zij Jehovah niet kennen en niet volgens zijn rechtvaardige maatstaven leven. Wij worden ook geholpen de vrucht van Gods geest aan de dag te leggen in ons eigen leven. — Gal. 5:22, 23.
BELEMMERINGEN OVERWINNEN
5 Bemerk je dat veel mensen niet thuis zijn wanneer je overdag bij hen aanbelt? Hoe staat het met diepgewortelde onverschilligheid, vooral in vaak bewerkt gebied? Laat niet toe dat deze dingen je ontmoedigen. Bid tot Jehovah en hij zal je helpen het gebied met een juiste geestesgesteldheid te benaderen. Werk eraan mee slechts in kleine groepjes, van 4-6 verkondigers, het gebied te bewerken. Ga ervan uit dat zich achter elke deur mogelijk een met een schaap te vergelijken persoon kan bevinden. Wees, zoals Jezus onderwees, altijd vriendelijk tegen iedereen, aldus kan de persoon zelf tonen of hij het waard is. — Matth. 10:11-14.
6 Zelfs in gebied dat frequent wordt bewerkt, kunnen mensen zijn aan wie niet vaak getuigenis wordt gegeven omdat zij zelden thuis worden getroffen. Op diverse tijden aanbellen ten einde verschillende leden van het huisgezin te treffen en het bijhouden van een nauwkeurig van-huis-tot-huisrapport zullen een grondiger gebiedsbewerking tot gevolg hebben.
7 De door God verordineerde bekendmaking van het goede nieuws van huis tot huis nadert snel haar voltooiing. Wij willen in staat zijn verslag uit te brengen bij Jehovah en met een volledig goed geweten kunnen zeggen: „Ik heb gedaan juist zoals gij mij geboden hebt” (Ezech. 9:11). IJverige van-huis-tot-huisactiviteit zal ons in staat stellen dit te doen.