Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g79 8/10 blz. 21-24
  • De struisvogel — ’s Werelds grootste vogel

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • De struisvogel — ’s Werelds grootste vogel
  • Ontwaakt! 1979
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • De balts
  • Een boeiende vogel
  • Wat valt er over zijn manieren te zeggen?
  • Het fokken van struisvogels
  • Eieren rapen
  • Een blik op het uitkomen van de eieren
  • Huid en vlees
  • De verbazingwekkende struisvogel
    Ontwaakt! 1972
  • Struisvogel
    Hulp tot begrip van de bijbel
  • De struisvogel — Een snelvoetige, fascinerende loopvogel
    Ontwaakt! 1999
  • Struisvogel
    Inzicht in de Schrift, Deel 2
Meer weergeven
Ontwaakt! 1979
g79 8/10 blz. 21-24

De struisvogel — ’s Werelds grootste vogel

Door Ontwaakt!-correspondent in Zuid-Afrika

„LUISTER!” Opnieuw weergalmde het brullende geluid over het met struikgewas begroeide Zuidafrikaanse veld.

„Is dat een leeuw?”

„Nee, dat is een mannetjesstruisvogel die indruk op zijn vrouwtje wil maken.”

De bushveld-farmer en zijn vriend lieten hun Land-Rover staan en slopen voorzichtig voorwaarts. Weldra konden zij op een open plek de mannetjesstruis zijn wijfje het hof zien maken. Wat een reusachtige vogels! De struisvogel is verreweg de grootste vogel op aarde. Maar wat kan hij gracieus dansen!

De balts

De balts van het mannetje is een fascinerend schouwspel. Deze opmerkelijke uitvoering plaatst de struisvogel onder de beste artiesten van het vogel- en dierenrijk. Tijdens de paartijd krijgt het verenkleed van de haan veelal zijn schitterendste kleuren — zwart op de romp en vleugels, die daarbij witte slagpennen hebben, bruinachtig witte staartveren en een witte kraag om het nekvel. Het verenkleed van het wijfje is lichtgrijs van kleur, terwijl de huid donkergrijs is. De huid van de volwassen haan is donker loodblauw en is in de paringstijd boven de snavel, over de kop en boven de ogen, alsook over de voorkant van poten en tenen prachtig scharlaken.

De haan begint zijn dans met een opzienbarende „wals” waarbij hij zich als op zijn tenen in sierlijke kringetjes beweegt, terwijl hij met uitgespreide vleugels met zijn prachtige verenkleed pronkt. Hij nadert zijn wijfje zachtjes en laat zich voor haar op zijn knieën of zijn dijen zakken. Geduldig maakt hij haar het hof door met zijn lichaam te schommelen en zijn ietwat uitgespreide vleugels heen en weer te bewegen. Met een dof geluid slaat hij zijn kop wisselend tegen de rechter en de linker welving van zijn rug.

Een hen die op zijn avances wil ingaan, zal dan haar vleugels in een horizontale stand brengen, terwijl ze de vleugelpunten zachtjes laat trillen. Ze doet dit bijna deemoedig, met haar kop laag, terwijl ze haar snavel opent en sluit alsof ze op lucht kauwt. Na een tijdje drukt ze zich tegen de grond opdat het mannetje de paringsdaad zal verrichten.

Een boeiende vogel

Niet alleen het dansen, maar ook de hele verschijning van de struisvogel is fascinerend. De grootste van alle vogels, die ongeveer 2,5 meter hoog is, heeft een kleine kop met grote ogen en lange wimpers. Zijn oogbal is bijzonder groot, met een doorsnee van bijna vijf centimeter. De oogwimpers dienen om deze gevoelige ogen te beschermen tegen het stof van de droge gebieden en de zandstormen van de woestijn.

Een struisvogel heeft een smalle, kale nek van ongeveer één meter lang. Daar zijn vleugels klein zijn en zijn lichaam gemiddeld zo’n 110 kilo weegt, kan de struisvogel niet vliegen. Het respect voor de vogel neemt echter toe wanneer men zijn gespierde dijen en sterke poten gadeslaat. Deze stellen hem in staat om vlugger dan een paard te lopen, en een snelheid van een 70 kilometer per uur te halen. Het is dan ook niet zonder reden dat de bijbel zegt dat de struisvogel ’lacht om het paard en zijn berijder’. — Job 39:18.

De hoofdattractie van de struisvogel is zijn verenkleed. Deze schitterende veren op vleugels en staart zijn wel 75 centimeter lang en meer dan 35 centimeter breed. Ze werden hooglijk op prijs gesteld door de oude Egyptenaren, werden gedragen door middeleeuwse ridders en leden van de Europese vorstenhuizen, en vormden eeuwenlang de tooi van Afrikaanse opperhoofden en krijgers. Zelfs tegenwoordig zijn van Hong Kong tot Rio de Janeiro vrouwen erg op die sierlijke veren gesteld, en gebruiken danseressen ze bij hun optreden.

Als het instinct tot paren aanzet, begint de haan onmiddellijk aandacht te schenken aan het bouwen van een „nest”, als men dit zo mag noemen. Het is maar een primitieve boel. De haan kiest een plek uit vanwaaruit de hele omgeving goed te overzien is en krabt als een dolleman met zijn krachtige poten de grond los. Dan holt hij met zijn borst een ondiepe kuil uit en ziedaar het nest!

Wat valt er over zijn manieren te zeggen?

Struisvogels zijn, vooral in hun natuurlijke omgeving, erg strijdlustig. De mannetjes vechten vooral in de broedtijd om het minste of geringste met elkaar. De kracht waarmee ze trappen is enorm. Wanneer hij door een mens geprikkeld wordt, kan de struisvogel, als hij de gelegenheid krijgt, met zijn teen de borst en maag van de persoon met één haal openrijten.

Wanneer hanen in een strijdlustige bui zijn, kunnen ze zeer roekeloos zijn. Beschouw eens het verhaal van een haan die een trein in volle vaart van een helling zag afkomen. Hij kwam de spoorbaan op en liep op de vijand toe om met hem te vechten. Toen de locomotief dichterbij kwam, deelde hij nog een trap uit. Maar helaas! Het was wel zijn laatste.

Hoewel deze vogels zo vechtlustig zijn, is er één ding waarvoor een aanvallende struisvogel zich bedenkt — een tak vol doorns. Uit vrees dat hij zijn grote fijngevoelige ogen zal bezeren aan de lange scherpe doorns zal hij zich op een afstand houden. Struisvogelfokkers maken vaak gebruik van doorntakken om hun vogels in bedwang te houden.

Als de vogels hun eieren beginnen te leggen, gaan de haan en de hen (of hennen, want hij leeft vooral in het wild vaak polygaam) beurtelings op de eieren zitten. De hennen met hun doffere verenkleed, waarvan de kleur wegvalt tegen het omliggende terrein, nemen de „dagdienst” voor hun rekening. Daarentegen werken de hanen met hun zwart verenkleed in de „nachtploeg”. Wat heeft de Schepper deze vogels een uitstekende camouflage verschaft!

Als er vijanden opduiken, beschikken de volwassen vogels over de ingebouwde kundigheid de vijand van het nest weg te lokken door voor te wenden dat zij dood of gewond zijn. Een struisvogel kan net doen alsof hij letsel aan een poot heeft en heel zielig voortstrompelen, of hij misleidt de vijand door als dood heel stil te blijven liggen. Wanneer een roofdier dichterbij komt terwijl de vogel op het nest zit, zal hij zijn kop op de grond leggen waardoor zijn ronde romp precies op een mierenhoop lijkt. Een fokker van struisvogels schreef: „Men veronderstelt dat het onjuiste denkbeeld als zou een struisvogel zijn kop in het zand steken, bij deze gewoonte zijn oorsprong vindt.”

Het fokken van struisvogels

In Zuid-Afrika worden struisvogels hoofdzakelijk gefokt in de Kleine Karroo met als centrum de stad Oudtshoorn. Het bedrijf floreerde van omstreeks 1880 tot 1914, omdat toen het dragen van struisvogelveren onder vrouwen erg in de mode was. Er werden fortuinen verdiend en de grote herenhuizen die men nog steeds in Oudtshoorn ziet, getuigen van die tijdsperiode. Maar met het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog ondervond met een verschrikkelijke terugslag, die tot na de Tweede Wereldoorlog voortduurde. Tegenwoordig heeft dit bedrijf echter weer een gezonde basis.

Door de relatief lage intelligentie van struisvogels rijzen er bij het fokken vaak moeilijkheden. Bijvoorbeeld: Een mannetje kan wel vier of vijf wijfjes meenemen, waarbij hij zich een gedeelte van het veld afbakent. Maar met zoveel wijfjes liggen er dan zo’n 35 tot 40 eieren, sommige in het nest, andere erbuiten. Gedurende de dag kiest elk wijfje er een paar uit en „bebroedt” ze. Tegen het vallen van de avond zal het mannetje waarschijnlijk gewoon het midden van het nest uitkiezen en die eieren bebroeden. Daarom zullen vele eieren nooit uitkomen.

Bij dit probleem komt nog dat mannetje en wijfje drie of vier dagen nadat de eerste kuikens zijn uitgekomen, het nest zullen verlaten zonder zich erom te bekommeren hoeveel eieren er nog liggen die nog niet zijn uitgekomen. Geen wonder dat de bijbel erop wijst dat God de struisvogel ’de wijsheid heeft doen vergeten, en hij haar geen deel aan verstand heeft gegeven’ (Job 39:17). Om deze en andere redenen gebruikt men ten einde zich van een redelijke mate van succes te verzekeren liever broedmachines om de eieren uit te broeden, dan dat men zijn vertrouwen stelt in zulke onverantwoordelijke ouders.

Zelfs in dat geval moet men er zorg aan besteden. De eieren moeten ’s morgens en ’s avonds een keer met de hand worden omgedraaid, om na te bootsen wat de struisvogel doet om de ontkiemende dooier te laten bewegen en te voorkomen dat de dooier zich aan het vlies van de schaal vasthecht en eraan blijft vastkleven. In het nest draaien de oudervogels de eieren geregeld om.

Eieren rapen

Wil men de eieren door de broedmachine laten uitbroeden, dan moeten deze in het veld bijeengeraapt worden, en dit kan voor onervarenen gevaarlijk zijn. De eieren moeten weggepakt worden uit de nesten, terwijl de vogels bijna altijd op het nest aanwezig zijn. Personeel van de struisvogelfarm beweegt zich te paard tussen de vogels en zij doen de eieren in zakken die met stro gevuld zijn. De eieren zijn zwaar en wegen zo’n 1,6 kilo, bijna 15 centimeter lang en hebben een witte, poreuze schaal. Ze barsten of breken gemakkelijk als ze tegen elkaar stoten. Opmerkelijk is echter dat ze zonder te breken het gewicht van een man die erbovenop staat, kunnen dragen.

Een blik op het uitkomen van de eieren

Als u een ei wilt koken totdat het hard is — en struisvogeleieren zijn een voortreffelijk voedsel — hebt u 42 minuten nodig. Maar als u er getuige van wilt zijn hoe een van de schitterendste staaltjes van de ingewikkelde mechanismen in de natuur 42 dagen lang in actie komt, moet u de fokker volgen als hij de broedmachine gereedmaakt. Hij legt de struisvogeleieren op laden en stelt de geventileerde warmte in op om en nabij 37 graden Celsius. Deze simpele toepassing van warmte op de levenskiem van het ei brengt een proces op gang dat de grootste geleerde onder de mensen nederig moet stemmen.

Aan het einde van de ontwikkelingsperiode bemerken wij dat het ongeboren kuiken de hele schaal heeft opgevuld en klaar is om te voorschijn te komen. Maar hoe zal die dikke schaal gebroken worden? Dit doet het kuiken zelf. Met zijn snavel? Neen, met de klauw die op de grootste van zijn twee tenen zit. Met moet gezien hebben hoe dit scheppingswonder ingepakt zit om het te kunnen geloven. Wel, de grote teen zit naast de kop en snavel van het kuiken! De teen breekt de schaal open en het kuiken begint door zijn neusgaten te ademen. Hoe langer hij ademt, hoe krachtiger hij met zijn poot gaat trappen, totdat de schaal breekt en het kuiken vrij is. De schaal is van binnen bekleed met verschillende lagen van een op plastic gelijkend vlies (of binnenste schaal) waarin zich alle ingewikkelde verbindingen naar de navelstreng bevinden. Wanneer het vlies bij het uitkomen van het kuiken opdroogt, gebeurt dit ook met de navelstreng. Waarlijk een hoogst opwindend en nauwkeurig afgestemd geheel.

De fokker past ervoor op deze kritieke bewegingen niet te zeer te verhaasten door grote stukken van de schaal weg te breken in een poging het uitkomende kuiken te helpen. Zou hij dit doen, dan zou het vlies te veel bloot komen te liggen en te snel opdrogen, waardoor het kuiken door samentrekking van het vlies zou stikken.

Er zullen verscheidene dagen voorbijgaan eer het nieuwe kuiken voedsel en water in zich opneemt. Gedurende die periode zal het kuiken zichzelf in leven houden op de dooier, die vlak voordat het uit het ei kwam via de navel naar binnen is gegleden. Het eerste voedsel dat het schepseltje tot zich neemt is zeer ongewoon — de uitwerpselen van zijn moeder! Kennelijk geeft dit een bepaalde stabiliteit aan de maag, die in dit stadium bijzonder gevoelig is en de fokker veel bezorgdheid baart. Er kan veel sterfte onder kuikens optreden wanneer zij vroegtijdig verkeerde voeding krijgen. Maar op latere leeftijd zal de struisvogel zijn bijna onverzadigbare eetlust stillen door praktisch alles te verslinden wat hij te pakken kan krijgen. Als alleseters vielen de struisvogels onder de onreine dieren die in de Mozaïsche wet vermeld staan (Lev. 11:13, 16). Daar de struisvogel geen tanden heeft, slikt hij kleine kiezelstenen door die dan samen met de spierbeweging van de eerste maag het voedsel fijnmalen.

Het is een vaste gewoonte om drie tot vier dagen oude, in een broedmachine uitgekomen kuikens naar een broedend struisvogelpaar te brengen. De pleegouders nemen de kuikens graag op en brengen hen groot als waren ze van henzelf. Als de hen de binnen de omheining achtergelaten kuikens in het oog krijgt, loopt ze naar hen toe en laat onmiddellijk de levenonderhoudende uitwerpselen vallen. De kuikens voeden zich er slechts één keer mee. Vele nieuwe kuikens kunnen naar hetzelfde ouderpaar gebracht worden en uiteindelijk kan het paar wel 100 kuikens verzorgen.

Huid en vlees

Van struisvogelhuid kan een stevig, zacht leer gemaakt worden, waarnaar onder fabrikanten van schoenen, handtassen, handschoenen en andere artikelen veel vraag is. Het is licht van kleur en gemakkelijk te herkennen aan de gelijkmatig verdeelde knobbeltjes.

Het gedroogde, rauwe vlees, biltong genoemd, dat van struisvogels wordt verkregen, is van goede kwaliteit en wordt door velen in Zuid-Afrika als een delicatesse beschouwd. Men was gewoon het dier te slachten door het de nek te breken, maar het resultaat was een biltong van slechte kwaliteit. Sinds kort laten de slachthuizen de vogels uitbloeden met als gevolg dat de kwaliteit en duurzaamheid van de biltong duidelijk verbeterd is. Plaatselijke fokkers waren verrukt en ook verbaasd. Deze methode is echter vooral raadzaam omdat God van christenen eist dat zij zich „onthouden . . . van bloed”. — Hand. 15:28, 29; Deut. 12:23-25.

Hij is onstuimig en dwaas. Een vogel die niet kan vliegen. Een fascinerend beest. Dit alles is van toepassing op deze ongewone „mammoet” van het vogelrijk. Eigenaardig van uiterlijk en wat typisch in sommige van zijn gedragingen, vergroot de struisvogel beslist de wijsheid en verscheidenheid die wij in het werk van zijn Maker tot uitdrukking zien komen.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen