Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • km 4/74 blz. 7
  • Dienen met een geest van bereidwilligheid

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Dienen met een geest van bereidwilligheid
  • Koninkrijksdienst 1974
  • Vergelijkbare artikelen
  • Kun jij een vollediger aandeel hebben aan de Koninkrijksprediking?
    Koninkrijksdienst 1973
  • ’Rein van het bloed van alle mensen’
    Koninkrijksdienst 1973
  • Het aandeel van de pionier in het bijeenbrengen van de „grote schare”
    Onze Koninkrijksdienst 1976
  • Voortdurende toename maakt vereenvoudigingen noodzakelijk
    Onze Koninkrijksdienst 1986
Meer weergeven
Koninkrijksdienst 1974
km 4/74 blz. 7

Dienen met een geest van bereidwilligheid

1 Over Jehovah’s dienstknechten in deze tijd van het einde staat profetisch beschreven dat zij een geest van bereidwilligheid aan de dag leggen (Ps. 110:3). Wij weten dat Jehovah altijd behagen geschept heeft in bereidwillige, met de gehele ziel verrichte dienst. — 2 Kor. 9:7.

2 Maar men zou kunnen vragen: „Hoe kon Paulus zeggen, ’Wee mij indien ik het goede nieuws niet zou bekendmaken’, en tegelijkertijd zijn dienst bereidwillig verrichten?” (1 Kor. 9:16) Paulus wist wat in Ezechiël 3:18 opgetekend staat over de ernstige verantwoordelijkheid de goddeloze te waarschuwen. Hij wist dat Jehovah, uit liefde voor de mensen, wilde dat zij gewaarschuwd werden. Ook Paulus bezat beslist liefde voor mensen, niet waar? En bereidwillig aanvaardde hij Jehovah’s zienswijze ten aanzien van het prediken van het goede nieuws tot de goddeloze mensenwereld. Bovendien verrichtte hij, zoals uit 1 Korinthiërs 9:17 blijkt, zijn bediening „gewillig” op eigen kosten.

3 Het is aanmoedigend te weten dat zovelen van onze broeders en zusters hun aangelegenheden bereidwillig geregeld hebben om als tijdelijke en gewone pionier te kunnen dienen. In de eerste maand van het dienstjaar konden 745 als gewone pionier dienen; in oktober 795; en in januari 890. Het is prijzenswaardig dat er in oktober meer dan 3100 tijdelijke pioniers waren. Worden deze cijfers verschaft om je het gevoel te geven in enig opzicht onder „dwang” te staan als pionier te dienen, zelfs als je omstandigheden dit niet toelaten? Nee, ze zijn veeleer als aanmoediging bedoeld om te laten zien wat anderen hebben kunnen doen om hun bijdrage in het werk van de Koninkrijksprediking en het maken van discipelen uit te breiden te vergroten. Wij begrijpen dat velen de zorg voor een gezin en andere verantwoordelijkheden hebben waarvan zij zich moeten kwijten, en dat deze dingen hen op het ogenblik wellicht beletten als tijdelijke of gewone pionier te dienen (Gal. 6:4; 1 Tim. 5:8). Is het evenwel niet aanmoedigend te weten dat zovelen van onze broeders en zusters hun dienstvoorrechten hebben kunnen vergroten? Kun jij dit?

4 Daar wij door hetzelfde „woord van God” worden aangedreven, beweegt dit ons over manieren na te denken waarop wij onze velddienstvoorrechten kunnen uitbreiden (Hebr. 4:12). Jongeren zouden gedurende de schoolvakanties als tijdelijke pionier kunnen dienen. Gezinshoofden kunnen misschien vrij van hun werk krijgen of avonden en weekeinden gebruiken om als tijdelijke pionier te dienen. Zoals te begrijpen valt zou dit wijzigingen in hun normale schema vereisen. In sommige gezinnen is het wellicht mogelijk andere gezinsleden te helpen in mei of oktober als tijdelijke pionier te dienen. Wanneer ouderlingen en dienaren in de bediening in de tijdelijke of gewone pioniersdienst de leiding kunnen nemen, heeft de hele gemeente hier baat bij.

5 Sommigen hebben de tijdelijke pioniersdienst als een springplank naar de gewone pioniersdienst kunnen gebruiken. Als je gedurende achtereenvolgende maanden als tijdelijke pionier zult dienen, probeer dan elke maand 100 uur te halen (Organisatie-boek, blz. 138). Dit zal je helpen te bepalen of je aan het urenvereiste dat voor gewone pioniers geldt, zult kunnen voldoen.

6 In april zullen velen met wie wij studeren zover gevorderd zijn dat zij uitgenodigd kunnen worden voor de eerste keer een aandeel aan de velddienst te hebben. Mogelijk zullen de ouderlingen je vragen zulke nieuwelingen liefdevol te helpen. Waar nuttig, kunnen de ouderlingen in april voor iedere dag van de week regelingen voor velddienstbijeenkomsten treffen om allen in de gemeente te helpen een volledig aandeel aan de velddienst te hebben. Ook kunnen er, met het oog op het beginsel dat in Prediker 4:9, 10 uiteengezet staat, regelingen getroffen worden dat ervaren verkondigers met anderen samenwerken om hen aan te moedigen.

7 Naarmate wij in zo’n rijkelijke mate van de overvloed aan geestelijk voedsel waarin via Jehovah’s organisatie wordt voorzien, blijven ’ontvangen’, voelen wij ons bewogen dergelijke goede dingen met anderen te delen, niet waar? (2 Petr. 1:8) Uit persoonlijke ervaring hebben wij ondervonden dat bereidwillig geven ons grote vreugde schenkt, precies zoals volgens Jezus, zeggen het geval zou zijn. — Hand. 20:35.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen