Waarom zoveel ruimtevaartprojecten?
WIST u dat een van de voornaamste redenen voor de vele ruimtevaartprojecten van de mens het zoeken naar leven buiten de aarde is?
Geleerden die in evolutie geloven, beweren dat ook op enkele andere planeten ergens in het onbegrensde universum leven moet zijn geëvolueerd. Zij hopen tevens dat er door exploratie van andere planeten licht zal worden geworpen op de vraag hoe er leven op aarde is ontstaan.
Veel geleerden hebben bovendien het denkbeeld geopperd dat het universum nu waarschijnlijk wemelt van geëvolueerde intelligente wezens. Derhalve zetten de evolutionisten hun grote speurtocht naar buitenaards leven voort.
Het zoeken naar leven buiten de aarde is zelfs, zo luidt een rapport dat is opgesteld door de afdeling ruimtevaart van de Nationale Amerikaanse Academie van Wetenschappen, „een wetenschappelijke onderneming van de grootste waarde en betekenis . . . de belangrijkheid en gevolgen ervan voor de biologie rechtvaardigen de hoogste prioriteit die er boven alle andere doeleinden in het wetenschappelijke ruimtevaartonderzoek — ja, in het hele ruimtevaartprogramma, aan wordt verleend”. Bent u het hiermee eens?
Er zijn natuurlijk nog andere voorname redenen voor de ruimtevaartprojecten van de mens. Er worden verschillende wetenschappelijke doeleinden genoemd, zoals de wens te weten hoe de structurele samenstelling van bepaalde hemellichamen is, welke omstandigheden er op verschillende planeten heersen, enzovoort.
Nieuwsgierigheid en het verlangen het „onmogelijke” tot stand te brengen, zijn eveneens factoren die tot ’s mensen exploratie van de ruimte hebben geleid.
Er schuilt meer achter
In werkelijkheid schuilt er veel meer achter de ruimtevaartprojecten van de mens dan het verlangen naar wetenschappelijke verlichting, het zoeken naar leven, ’s mensen nieuwsgierigheid en zijn verlangen het „onmogelijke” tot stand te brengen. Wat dan wel? Nationaal prestige.
Met het Amerikaanse ruimtevaartprogramma werd bijvoorbeeld pas ernst gemaakt nadat Rusland zijn eerste spoetnik in een baan om de aarde had gebracht. Zo zeggen de schrijvers van het boek Journey to Tranquility over Amerika’s verrichtingen op ruimtevaartgebied:
„Het project werd uit nood geboren. Het werd op touw gezet als een haastige reactie op een onmiddellijke crisis: de crisis die naar men dacht was veroorzaakt door Sovjetrussische ruimtevaarttriomfen. . . . Het beslissende aspect van de bedreiging was echter haar betekenis voor het prestige van Amerika. Dit was de vrees die president Kennedy aandreef. . . . Prestige . . . plus het geloof dat Amerika het zich niet kon veroorloven door Rusland te worden verslagen. Prestige werd, met andere woorden, gelijk gesteld met macht in de wereld, en de maan werd als middel gezien om dit doel — meer wereldlijke macht — te bereiken.”
Dat prestige de voornaamste aandrijvende factor was, blijkt duidelijk uit een memorandum, gedateerd 20 april 1961, van president John F. Kennedy gericht aan de vice-president van de Verenigde Staten, die toen voorzitter was van de Raad voor de Ruimtevaart. President Kennedy vroeg:
„Hebben wij nog een kans de Sovjets te verslaan: door een laboratorium in de ruimte te brengen, door een tocht rond de maan te maken, door een raketlanding op de maan uit te voeren, of door een raket met een man heen en weer naar de maan te laten gaan? Is er nog enig ander ruimtevaartprogramma dat spectaculaire resultaten belooft en waarmee wij de overwinning zouden kunnen behalen?”
Zo begon de ruimtevaartwedloop, en tot dusver hebben de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten bij elkaar meer dan 1000 ruimtevluchten ondernomen. Nationaal prestige blijkt dus nog rechtstreekser verband te hebben gehouden met de tot nu toe uitgevoerde ruimtevaartprojecten dan de evolutionaire speurtocht naar leven buiten de aarde.
Twijfels en vragen
De succesvolle Apollo-maanmissies en de veilige terugkeer van de erbij betrokken mannen, vormden een prestatie waarmee Amerika zich veel lof verwierf. President Nixon merkte zelfs op: ’Kunnen wij er niet Gods hand in zien?’
Er bestonden evenwel twijfels omtrent deze kwestie. Het tijdschrift Time van 1 januari 1973 merkte bijvoorbeeld op: „De fout in zo’n uitspraak [door president Nixon] schuilt in de daaraan ten grondslag liggende veronderstelling dat het veroveren van de ruimte zulk een onvermengd goed is dat God zich zou verwaardigen het zijn speciale bescherming te geven. Indien de motieven in aanmerking genomen zouden worden — vooral het ongebreidelde chauvinisme waardoor zovelen werden gedreven die ten gunste van de voor het Apollo-project gevraagde gelden hebben gestemd — zou het project eerder gepaard hebben moeten gaan met goddelijke wraak dan welwillendheid.”
Ja, ’s mensen prestaties op het gebied van de ruimtevaart hebben een aantal twijfels en vragen opgeroepen. Een van de grootste vragen is bijvoorbeeld of het Apollo-maanprogramma de 25 miljard dollar waard is geweest die het heeft gekost. Wat zou men met dat geld niet hebben kunnen doen om de toestanden op aarde leefbaarder te maken? „Is het bereiken van de maan de enige ’onmogelijkheid’ die wij kunnen bedenken?” zo vraagt Amitai Etzioni zich af in zijn boek The Moon-Doggle. „De aarde is nog nooit zonder gebrek aan voedsel of zonder oorlog geweest. Degenen die zich graag met ’onmogelijke’ uitdagingen bezighouden, mogen gerust deze eens proberen.”
Volgens deze schrijver bestaan er ook twijfels omtrent de relevantie of belangrijkheid van veel wetenschappelijke doeleinden die als argument voor ruimtevluchten worden gebruikt: „Beweringen als zouden ruimtesondes ons kunnen vertellen ’hoe het universum werkt’ en ’hoe het leven op aarde is ontstaan’ zijn een grove belediging voor het logische denken, een opzichtige verpakking van een interessante maar verre van sensationele wijze van onderzoek.”
Een daarmee verband houdende vraag die onderzocht moet worden, is of het zoeken naar geëvolueerd leven op andere planeten de besteding van enorme sommen gelds waard is. Hoe verstandig of onverstandig is zulk een zoeken?
En zijn de krachtsinspanningen ter vergroting van het nationaal prestige voor de betrokken landen de moeite waard geweest? Velen in de Verenigde Staten zijn van oordeel dat het wel 25 miljard dollar waard is geweest om zesmaal de Amerikaanse vlag op de maan te hebben kunnen planten. Maar niet allen zijn het hiermee eens. De schrijvers van Journey to Tranquility zeggen: „De ontwikkelingen wijzen er sterk op dat het Apollo-project, wat datgene betreft wat men er op korte termijn mee trachtte te bereiken, tot een van de duidelijkste misrekeningen van de twintigste eeuw zal gaan behoren. Hoewel de onmiddellijke opdracht volmaakt werd uitgevoerd, is het uiteindelijke doel ervan mislukt. Mensen hebben wel voet op de maan gezet, maar de grote sprong waarmee de populariteit van Amerika en de Amerikaanse leefwijze zou moeten zijn gestegen, bleef achterwege.”
Maar hoewel het Apollo-programma Amerika dan misschien geen „25 miljard dollar prestige” heeft geschonken, heeft het de mens wel een nieuw begrip van de maan gegeven en hem gedwongen enkele van zijn theorieën omtrent dit hemellichaam te herzien.