Hoe gezond is de financiële toestand van het rijkste land?
GEMETEN naar de geproduceerde waarde van hun goederen en diensten, vormen de Verenigde Staten zonder meer het rijkste land ter wereld — het land ook met een van de hoogste levensstandaarden.
In Vital Speeches of the Day schreef een economisch medewerker: „Het is zonder meer waar dat de economie van de Verenigde Staten onze levensstandaard tot ongekende hoogte heeft opgestuwd; even waar is echter dat we in de tijd van één generatie onze economie hebben beladen met de grootste schuldenlast in de menselijke geschiedenis.”
Ja, een groot deel van de huidige hoge levensstandaard is verworven met geleend geld.
Enorme schulden
Het gevolg is dat de Verenigde Staten nu een enorme schuld hebben te torsen die elk jaar groter wordt — in het buitenland waar het vaak met tekorten te kampen heeft, en in het binnenland waar de schulden ook enorm zijn.
R. Swinarton, vice-voorzitter van Dean Witter & Co., maakte de opmerking: „Als land zijn we aangetast door een wilde drang tot lenen, of zoals een recent redactioneel artikel in Barron’s het stelde: ’Vrijwel het gehele land, van bureaucraat tot broodwinner, is bevangen door een soort van leenwoede. Deze tamelijk algemene geneigdheid om in te teren op de toekomst, zal, daar zijn we absoluut van overtuigd, een van de excessen zijn waarvoor ons op een kwade dag de rekening zal worden gepresenteerd.’”
De totale schuld van de Verenigde Staten loopt thans dik in de drie biljoen (drie duizend miljard) dollar (!) — ongeveer tweemaal zoveel als de waarde van alle goederen en diensten die het land in een heel jaar kan produceren.
Aangaande die reusachtige schuld stelde het weekblad U.S. News & World Report de vraag: „Loopt de situatie uit de hand?”, waarop het zelf antwoordde: „De schuldenlast is voor heel wat leners veel en veel te zwaar geworden.”
Van het reusachtige totaal aan schulden komt ongeveer 650 miljard dollar voor rekening van de federale regering, ongeveer 1500 miljard voor rekening van de bedrijven, ongeveer 1000 miljard voor rekening van particulieren, en 230 miljard voor rekening van staats- en stadsbesturen.
De regeringsschuld
De federale regering van de V.S. heeft de afgelopen jaren grote schulden gemaakt, door meer uit te geven dan ze aan belasting binnenkreeg.
De beide afgelopen jaren waren de tekorten enorm — in het fiscale jaar 1975 110 miljard gulden, meer dan in enig jaar na de Tweede Wereldoorlog, en in het fiscale jaar 1976: 164 miljard gulden, het grootste tekort in de geschiedenis van de V.S.! Alleen de rente van de regeringsschuld ligt nu al rond de 100 miljard gulden per jaar! In 1939 was dit 2,5 miljard.
Het zou bovendien niet gemakkelijk zijn de kosten te verminderen want de „vaste” verplichtingen van de regering blijven toenemen. De kosten van de moderne bewapening liggen nu al een heel stuk boven de 250 miljard gulden per jaar. De totale uitkering aan ambtenarenpensioenen is nu zesmaal zo hoog als tien jaar geleden, en zal, naar alle verwachting, in de volgende tien jaar nog wel verdubbelen of verdrievoudigen. Het burgerlijk pensioenfonds betaalt thans meer uit dan het ontvangt. En hetzelfde geldt voor sociale zaken.
Het blad The Wall Street Journal gelooft dat de sociale uitkeringen van de regering aan bejaarden, gepensioneerden en gehandicapten in de toekomst een tekort van ongeveer 6,3 biljoen gulden (6,3 duizend miljard) zal vertonen. Deze schuld, aldus het blad, „heeft het land, zoals de liberalen graag betogen, aan zichzelf te danken, en het zal haar in de toekomst afbetalen door de belasting te verhogen. Dat is natuurlijk onzin, want een forse verhoging van de belasting kan alleen maar de basis van het Amerikaanse belastingstelsel ondermijnen”.
Financieringsschulden
Wanneer de Amerikaanse regering in de loop van het jaar met tekorten te kampen krijgt, moet ze geld lenen om de kosten te dekken. Een van de manieren waarop ze dat doet, is door aan banken, particulieren en bedrijven staatsleningen of obligaties te verkopen.
Maar de regering financiert haar tekorten ook op een andere manier. Ze kan ’geld uit niets maken’. Hierover schreef de New York Times: „Slechts over één feit met betrekking tot de mysterieuze en vaak bediscussieerde geldpolitiek van de regering, uitgevoerd door het semi-onafhankelijke Federal Reserve Board, bestaat overeenstemming en duidelijkheid, en wel dat het ’Fed’, zoals deze instelling algemeen wordt genoemd, geld uit niets kan maken, door ten behoeve van zichzelf een cheque uit te schrijven zonder enige geldelijke dekking, en dat in onbeperkte mate.” Weliswaar moet het Congres steeds nieuwe en hogere schuldgrenzen goedkeuren, maar dat doet het bijna altijd.
Natuurlijk hoopt de regering in de toekomst weer voldoende belasting binnen te krijgen om de staatsleningen af te lossen die ze heeft uitgegeven. Maar de afgelopen zestien jaar hebben de Verenigde Staten slechts eenmaal een klein overschot gehad, en de overige vijftien jaar een tekort. Bovendien zijn de tekorten de laatste jaren veel groter geworden.
Het aanwakkeren van de inflatie
Veel economen menen dat de regeringsschuld een van de voornaamste oorzaken is van de inflatie. Al het extra geld dat de regering in de economie pompt, brengt uiteindelijk slechts een stijging van de kosten van goederen en diensten met zich mee.
Eén resultaat van al die buitensporige bestedingen, is dat de Amerikaanse dollar de afgelopen veertig jaar ongeveer driekwart van zijn koopkracht heeft verloren. Maar dit is ook elders in de wereld met andere munteenheden gebeurd.
Het Amerikaanse Instituut voor Economisch Onderzoek schrijft: „Alle munteenheden zijn gestaag in waarde gedaald en dalen nog. Ze hebben allemaal op zijn minst ongeveer driekwart van hun koopkracht van vóór de Tweede Wereldoorlog verloren, en het lijkt erop dat ze de komende jaren allemaal nog verder achteruit zullen gaan . . . totdat ze nagenoeg waardeloos zijn geworden.”
Het Instituut plaatst de voornaamste verantwoordelijkheid voor dit proces bij de „instellingen die zijn geschapen om de tekorten van de regering te financieren”.
„Bittere les” in het verschiet
Somber verklaart dit rapport verder: „We zien maar weinig kans op terugkeer van een gezonde kredietsituatie zonder dat er tijdens een toekomstige depressie bittere lessen zullen worden geleerd.”
Woorden van gelijke strekking stonden in Baxter: „De inflatoire invloed die uitgaat van grote en aanhoudende tekorten heeft een vernietigende uitwerking op de financiële basis van de Amerikaanse economie.”
Ook G. M. Haas, hoofd van een investerings-adviesbureau, schreef: „Een constante overbelasting aan schulden heeft tot een gestaag verval geleid van de liquide middelen [contanten of geldswaardige papieren die gemakkelijk in contanten zijn om te zetten]. Uiteindelijk zal hier een internationale geldpaniek uit voortvloeien, gevolgd door een wereldomvattende depressie.”
Zou een regering dan niet eenvoudig haar uitgaven kunnen beperken en haar uitgaven met haar inkomsten in evenwicht kunnen brengen? Ja, dat zou kunnen, maar dat zou ook een hogere werkloosheid kunnen betekenen. Het economische systeem is zo geconstrueerd dat wanneer de regering nu zou ophouden met „uit niets” geld te scheppen en in de economie te pompen, veel mensen hun baan zouden kunnen verliezen. En er zijn al te veel werklozen. Bovendien zijn de belastingen reeds fors, zodat een poging om die te verhogen, ten einde de regeringsbegroting in evenwicht te brengen, misschien zelfs tot een ’belastingoproer’ zou leiden.
Het rijkste land ter wereld heeft dus zelf met ernstige geldproblemen te kampen en wordt overspoeld door schulden, zodat het in een slechte positie verkeert om andere landen te helpen die in hun schulden verdrinken.
[Illustratie op blz. 8]
’Alle munteenheden hebben ongeveer driekwart van hun koopkracht van vóór de Tweede Wereldoorlog verloren’